donderdag 24 juli 2025

Een zwerm appelvinken.

bleke juveniele appelvink
In de Boswachterij zie ik af en toe appelvinken. Dat gaat in de winter altijd wat makkelijker dan in deze tijd van het jaar als de bomen vol in blad staan. Maar vanmorgen lukte het ondanks het volle bladerdak prima. Maar dit was dan ook een zeldzame ontmoeting. Ongeveer vijfentwintig appelvinken zaten luidruchtig in een amerikaanse eik en in de toppen van de omliggende lariksen. De lariksen waren aardig kaal en boden geen schuilplaats voor de appelvinken. Ze zaten vol in het zicht en aten volgens mij de piepkleine eikels van de eikenboom. 

Steeds heen en weer vliegend van boomtop naar boomtop maakt het voor mij lastig om goed duidelijk te krijgen om hoeveel vogels het nu eigenlijk ging. In ieder geval een grote groep die groter was dan ik ooit eerder had gezien. Wat opviel was dat het overgrote deel van de appelvinken jonge vogels van dit jaar waren. Dit verzamelgedrag ken ik niet van appelvinken, meestal zie er maar een paar bij elkaar. 

adulte appelvink man, mrt 2025
Appelvinken zijn lastige vogels om te spotten, ten eerste omdat ze geen uitbundige zang hebben en de aandacht niet trekken. Het vrij zacht hoge piepje van de appelvink kun je makkelijk missen ook omdat zoveel vogels wel eens een hoog vrij zacht geluidje maken. En ten tweede omdat de appelvink vrijwel altijd hoog in de boomtoppen verscholen zitten. Heel af en toe zie je ze wel eens op de grond naar zaden zoeken. Maar in deze tijd van het jaar zitten ze graag hoog.

De jonge appelvinkjes zagen er een beetje bleekjes uit. en moeten nog op kleur komen. Ik denk dat het uitkleuren naar een volwassen kleed nog wel een paar maanden kan duren. 

juveniele appelvink, 21 jul 2025
Een volwassen appelvink in het vroege voorjaar ziet er spectaculair uit, Niet alleen vanwege de staalblauwe kegelsnavel maar ook het gevarieerde en prachtige gekleurde verenkleed. Met als mooi accent de staalblauwe buitenvlaggen van de hand- en armpennen. Ook de spierwitte rechte eindband van de staart valt erg op. Ik zag deze volwassen vogels in prachtkleed in de tuin op vakantie in Lauwersoog.

De grote groep appelvinken van vanmorgen zagen er nog niet zo mooi uit als een adulte appelvink maar waren als groep indrukwekkender dan die ene man in prachtkleed. De vogels waren de hele tijd in beweging en vlogen de hele tijd van top naar top. Lastig om ze rustig te bekijken

Wil je meer weten van deze Nederlandse prachtvink, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/appelvink

maandag 21 juli 2025

Het heeft even geduurd.

Het is altijd leuk om een dwaalgast te spotten. Afgelopen week zag ik dankzij een familiebezoek in Oost-Brabant een roodkopklauwier en dat was pas de tweede keer dat ik deze mooie vogel zag. Een foto maken was er jammer genoeg niet bij. In 2013 zat bij Udenhout ook een roodkopklauwier en die zat op een plek die op mijn route van het werk naar huis lag. Aan het eind van mijn werkdag hoefde ik maar een kleine omweg te maken om hem te zien. 

Op een wei paaltje zat de klauwier vol in het zicht. Hij verbleef hier ook al een paar dagen en was volledig op zijn gemak. En wat dat betreft was de roodkopklauwier van afgelopen week een hele andere vogel. Hij zat nu ook alweer een aantal dagen op dezelfde plek vlakbij Uden maar was een stuk drukker dan de vogel uit 2013.


mannetje grauwe klauwier
Nu waaide het ook flink en vloog de vogel met regelmaat uit de struik en verdween dan even in de vegetatie. Vlak daarna keerde hij dan weer terug naar de struik en bleef rusteloos zolang ik daar stond. Misschien dat door de sterke wind insecten opvlogen en dat de klauwier hier steeds een uitval naar deed. Dat kon ik niet goed zien want de afstand was daar ook te groot voor. Roodkopklauwieren die we tegenwoordig hier zien, komen oorspronkelijk uit Zuid- en/of Oost-Europa. 

Nog niet zo heel lang geleden was de roodkopklauwier een Nederlandse broedvogel. Het laatste broedgeval dateert alweer van 1997 en dat is voor mij nauwelijks voor te stellen. Ik had niet het idee dat ze hier ooit gewoon voorkwamen en ook broedden Wat is het dan toch jammer dat deze prachtige vogelsoort ook verdwenen is en jammer genoeg in het rijtje van ortolaan en kuifleeuwerik bijgeschreven is. 

De grauwe klauwier doet het gelukkig een stuk beter en neemt het aantal territoria gestaag toe. Niet snel en niet spectaculair maar alles beter dan een teruggang van een soort. Grauwe klauwieren komen zelfs hier in de buurt op verschillende plekken voor en elk jaar worden hier ook jonge vogels geboren. Hoopgevend zullen we maar zeggen.

Voor de roodkopklauwier geldt dat dus niet en blijft het bij een zeldzame waarneming die enkele keren per jaar wordt gedaan. Nu weer eens in de buurt en bij toeval op een plek waar ik die dag moest zijn. Kan niet beter.

Wil je meer weten van deze prachtige dwaalgast , klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/roodkopklauwier

donderdag 17 juli 2025

Met een beetje hulp.

jonge zwarte stern
In het voorjaar zag ik wekenlang zwarte sternen rondvliegen in de Noordwaard. Een goed teken want het is een soort waar het al vele jaren niet heel erg goed mee gaat. Met name de hele specifieke voorwaarden die de zwarte stern aan zijn broedgebied stelt spelen de soort parten. De zwarte stern broedt het liefst op drijvende planten zoals krabbenscheer en die verlandingsplant is steeds minder beschikbaar. 

Ik denk dat met name de manier waarop wij met de waterlopen in ons land omgaan een belangrijke reden is. Sloten worden vaak en diep uitgebaggerd terwijl de krabbenscheer in ondiep water het beste gedijd. Naast het intensieve waterbeheer heeft de verzuring en het overvloedige mestgebruik voor een veel te hoog stikstof en fosfaat gehalte gezorgd. En dan hebben we nog niet eens gehad over de dieren die het de plant ook niet makkelijk maken. Brasems bijvoorbeeld wroeten in de bodem en beschadigen zo de wortels van de plant.

bedelen om voedsel
Het gevolg is dat door het "verkeerde" waterbeheer er voor zwarte sternen steeds minder geschikte broedgebiedjes overbleven en de soort het steeds moeilijker kreeg. Op verschillende plaatsen worden tegenwoordig de zwarte sternen geholpen met kleine vlotjes waarop gebroed kan worden. 

Op de Asterdplas in Breda zijn dit voorjaar ook een aantal broedvlotjes geplaatst en daar is het nu afwachten of ze bij de zwarte sternen in de smaak vallen. Het zou toch prachtig zijn als deze bijzondere stern weer in de buurt gaat broeden? Jaren geleden sprak in oude boer in de Willemspolder en die vertelde dat heel vroeger zwarte sternen in de kleine ondiepe watertjes tussen 's-Gravenmoer, Raamsdonk en Waspik ook zwarte sternen hebben gebroed. Of dat ook zo was, durf ik ik niet te zeggen. Ik ken daar wel een plasje waar ook krabbenscheer groeide

deze kan al vliegen
Een bekende plek waar de zwarte sternen op vlotjes broeden, is de Zouweboezem bij Ameide-Lexmond. Daar worden elk voorjaar, ook alweer jaren en jaren, vlotjes weggelegd en die worden door de zwarte sternen dankbaar in gebruik genomen. Later namen grauwe ganzen de vlotjes in beslag waardoor er nu gaas omheen is gezet en de sternen hun gang weer kunnen gaan.  De sternen doen het daar zo goed dat inmiddels bijna 50 broedparen voor nakomelingen zorgen. Ik zag daar jonge bedelende sternen in verschillende leeftijden. Sommigen zijn nog maar net uit het ei terwijl grotere jongen al voorbij vlogen.

Wil je meer weten van deze zoetwaterstern, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zwarte-stern

dinsdag 15 juli 2025

10 jaar Vogels in de Oranjepolder

        
  
"onze" ransuil 17 sep 2015
Het is vandaag alweer 10 jaar geleden dat ik met mijn blog over vogels ben begonnen. Het eerste stukje in 2015 ging over een ransuil die onze tuin had uitgekozen om de zomer door te brengen. Vanaf mei tot half oktober zat hij dagelijks in onze acacia achterin de tuin. Elke avond vertrok hij in de beginnende schemer richting de Oranjepolder en in de vroege ochtend als ik dan even naar hem ging kijken zat hij weer op dezelfde tak en keek hij mij nieuwsgierig aan. Wat was dat een bijzondere waarneming en wat was dat een mooie aanleiding om een blog te gaan schrijven.

Vanaf dat moment schreef ik elke week twee stukjes over vogels in de Oranjepolder. Van lieverlee kwamen daar ook stukjes bij over vogels in het bos, de Biesbosch en ook over zeevogels langs de Nederlandse kust. Vanaf dat moment stond in de naam van mijn blog tussen aanhalingstekens: (en soms ver daarbuiten). In totaal heb ik nu bijna 1.100 stukjes geschreven en Inmiddels is mijn blog in de afgelopen tien jaar bijna 150.000 keer bekeken. 

ransuil, Oranjepolder 7 maart 2007
"Onze" ransuil heb ik na die zomer in 2015 nooit meer gezien en hij zal waarschijnlijk ook niet meer leven. Ransuilen worden gemiddeld maar een jaar of drie tot vijf. Maar wie weet heeft hij of zij hier in de polder nog voor nakomelingen gezorgd en zie ik af en toe een van die nakomelingen? Er leven in ieder geval na al die jaren nog steeds ransuilen in onze polder ondanks dat het steeds slechter met deze mooie uil gaat. Ik hoor en zie nog elk jaar ransuilen in de Oranjepolder. Hier vlakbij vinden ze dus voldoende muizen en vinden ze ook geschikte nesten. 

Boswachterij Dorst, 28 nov 2017
Het zullen wel gebruikte kraaiennesten zijn die de voorkeur hebben en als ik ook zie hoeveel kraaien hier in de polder zitten is er ook keuze genoeg. Begin dit jaar zat een ransuil nog te roepen in een populier aan de Otterweg. Hemelsbreed nog geen kilometer van onze tuin vandaan en het zou mij dan ook niet verbazen dat zo af en toe een ransuil over onze tuin vliegt.

Voorlopig schrijf ik nog even door en beschrijf ik in mijn blog mooie waarnemingen, verwonderingen en verbazingen over vogels hier in de buurt, de Oranjepolder, ons bos en zeker ook de Biesbosch. Het was een leerzame periode en ik hoop dat de komende jaren de net zo leerzaam zullen zijn. Maar belangrijker is eigenlijk dat het met de vogels goed gaat. In mijn blog zal ik vooral de positieve ontdekkingen beschrijven.

Wil je meer weten van deze prachtige uil, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ransuil

vrijdag 11 juli 2025

Zijn de stelkluten te jong?

steltkluut in de Noordwaard, 7 juli 2025
De afgelopen weken heb ik al heel wat jonge vogels gezien en dat is goed. Veel vogels hebben jongen en werken hard om die groot te brengen. Vooral de mezen met hun grote nesten van soms wel vijftien jongen moeten hard werken. Ik heb bewondering voor die oudervogels die hele dagen bezig zijn omwerken om de jongen te voeren en te beschermen. Ze krijgen maar weinig rust en als het een beetje tegenzit moeten ze over een paar weken ook nog eens naar Zuid/Europa of nog verder naar Afrika vliegen. In mijn stukjes van de afgelopen weken kwamen al jonge groene spechten, grauwe klauwieren en jonge ijsvogels voorbij.

Gisteren kwamen daar nog de jonge steltkluten bij. In de Noordwaard zag ik twee jonge steltkluten lopen en vroeg mij af of deze jonge vogels wel op tijd groot en sterk genoeg zouden zijn om de lange tocht naar het zuiden te kunnen maken? 
jonge steltkluut(heel ver weg)
Ze waren nog zo klein en liepen nog in hun donsveren rond, ze hadden nog geen echte veren waar ze wat mee kunnen. Dat gaat nog wel een paar weken duren en dan moeten ze ook nog eens leren vliegen. Wat een opgave en wat een vooruitzicht, dat moet toch stressvol zijn? Ook voor de ouders is dat zo denk ik want die zullen in deze fase hun jongen wel uit alle macht verdedigen als er iets verkeerd dreigt te gaan. Stel dat het allemaal goedkomt dan is dat toch een hele prestatie waar je niet altijd bij stil staat.

Dit is overigens alweer het 3e jaar dat de stelt- kluten in dit deel van de Noordwaard aanwezig zijn en af en toe ook tot broeden komen. Het jaar daarvoor moest je naar de Nieuwe Dordtse Biesbosch, daar zaten toen ook een paar steltkluten en was dat ook een primeur voor het gebied net als in 2023 voor de Noordwaard.

Vorige maand zaten in dit deel van de Noordwaard maar liefst twaalf steltkluten waarvan een vogel op een nest zat te broeden. Volgens mij is dat net zoveel als in het eerste jaar dat deel van de Noordwaard onder water was gezet. Destijds als proef begonnen en nu nar drie jaar is dat volgens mij een succes te noemen. De juiste waterstand in het gebied afstellen is nog wel een dingetje en loopt niet altijd even goed. Dan te weinig water en dan zoveel dat het te diep is voor steltlopers. Eenden kunnen hier altijd wel uit de voeten die passen zich erg makkelijk aan aan de gegeven omstandigheden.

Voor de jonge steltkluten in de Noordwaard wordt het dus nog spannend, zijn ze op tijd sterk genoeg om de lange reis aan te kunnen? We zullen het nooit weten want als ze vetrokken zijn zijn ze ook echt weg. Ook al komen ze volgend jaar terug, we zullen ze niet herkennen als "onze" steltkluten.

Wil je meer weten van deze prachtige Biesbosch vogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/steltkluut

maandag 7 juli 2025

Jonge klauwiertjes geboren.

een alerte man grauwe klauwier
En weer is het broedseizoen voor de grauwe klauwieren tot op heden succesvol verlopen. Het is natuurlijk afwachten of ze gegund is om groot en sterk genoeg te worden om over een kleine maand alweer te vertrekken naar Afrika. Het koppel wat al jaren in dezelfde houtsingel broedt, heeft ook dit jaar weer drie jonge klauwiertjes grootgebracht. De jonge vogels, ik schat dat ze nu een tot maximaal twee weken geleden uitgevlogen zijn, zagen er gezond uit en zaten geduldig te wachten totdat er wat te eten werd bezorgd. De ouder waren niet zo gestrest meer als een paar weken geleden toen de jongen nog in het nest zaten en de ouders af en aan vlogen met voedsel voor de kleintjes zonder zichzelf een moment van rust te gunnen. Nu ziet dat er wel wat anders uit. 
2 geduldig wachtende klauwiertjes
De oudervogels zijn redelijk relaxed en volgens mij vertrouwen ze erop dat de jongen zelf ook al een voorbij vliegend insect kunnen pakken. Ook is het gevaar minder groot dat ze gepakt worden door die vervelende kraaien of eksters. Daar zijn ze nu iets te groot voor en ze ook oud genoeg om te vluchten voor naderend gevaar. Voor roofvogels moeten ze allemaal oppassen ook de ouders. Ik weet dat het in al die jaren niet steeds hetzelfde broedpaar grauwe klauwieren is wat hier in de betreffende houtsingel broedt. Ik zou het mooi vinden als dat wel zo is maar in de wetenschap dat een grauwe klauwier ongeveer een jaar of drie wordt is dat onwaarschijnlijk. 
vrouwtje grauwe klauwier

Dat zou namelijk betekenen dat dit broedpaar hier al negen jaar succesvol broedt. Zelfs de oudste grauwe klauwier wordt niet ouder dan maximaal zeven jaar. In deze houtsingel wordt nu alweer negen jaar onafgebroken succesvol gebroed en dat is niet niks. Het gaat hier dus mogelijk om drie generaties grauwe klauwieren en misschien zijn dat er zelfs wel meer dan drie.

Dat betekent dus ook dat de soort zich goed redt maar dat betekent tegelijkertijd dus ook dat de spectaculaire groei van het aantal broedparen hier in de regio alweer een paar jaar stabiel blijft en niet verder groeit. 

Alweer voor het derde jaar zijn het nog net geen tien broedparen in de vier gebieden waar ik ze regelmatig zie. Ik geloof niet dat de gebieden aan hun maximum zitten want zo groot zijn de territoria van de klauwieren niet. Er zitten zelfs een paar koppels op nog geen honderd meter van elkaar. Als het om de ruimte gaat dan zouden er nog makkelijk twintig broedparen bij kunnen. Wat dan de remmende factor in de groei is, weert ik niet. In ieder geval lopen we hier in de regio iet uit de pas met de landelijke trend. Er is geen grote groei of daling gaande en weet de soort zich redelijk te handhaven. Ik moet gewoon geduld hebben, goed opletten en van de kleine populatie hier in de buurt genieten.

Wil je meer weten van deze kleine roofvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grauwe-klauwier


donderdag 3 juli 2025

Wespendieven spotten.

wespendief boven ons huis
Wespendieven zijn altijd lastig te ontdekken. In hun vlucht en silhouet hebben ze best wel wat weg van een buizerd en daar ligt dan ook meteen de valkuil. Ik ga er soms te snel vanuit dat het wel weer een buizerd zal zijn. De wespendief heeft in de vlucht wel degelijk een paar goed waarneembare verschillen maar ik moet er dan wel scherp op zijn. Zo heeft de wespendief een opvallend kleinere kop, behoorlijk brede en langere vleugels dan de buizerd en vooral de staart is langer. Het zijn vrij kleine verschillen maar bij elkaar genoeg om in de vlucht te zien dat het een andere vogel betreft dan een buizerd. 

Wespendieven kom ik hier de buurt op verschillende plekken tegen, zelfs hier thuis waar ik een paar jaar geleden een wespendief boven ons huis zag vliegen. Maar verder maak je in de Biesbosch, Dorst, Bleeke Heide, Merkske en vooral ook bij Huis ter Heide goede kans op een wespendief. 

Huis ter Heide, 20 aug 2022
Als je in de vogelboeken de verschillen tussen de buizerd en de wespendief opzoekt, staat daar bijvoorbeeld bij dat de wespendief altijd een duidelijke eindband op de staart heeft en dat de polsvlekken goed zichtbaar zijn maar in de praktijk is dat nog niet zo makkelijk. Kijk maar eens op de foto hierboven waar amper sprake is van een duidelijke eindband. De polsvlekken zijn hier overigens wel goed zichtbaar. 

Her is bij een wespendief net zo als bij een buizerd, ze zijn allebei zeer variabel gekleurd en getekend. Geen twee exemplaren zien er precies hetzelfde uit. Bijvoorbeeld bij torenvalken zijn juist geen verschillen te zien en zien de vogels er allemaal hetzelfde uit. Ik vind zelf de lengte van de staart van de wespendief die vergeleken met de breedte van de vleugel gelijk is een goed hulpmiddel. Dat valt echt op en is een opvallend verschil in het silhouet van een buizerd.

Wil je meer weten van deze mooie zomerse roofvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/actueel/bericht/vogels-herkennen-buizerd-vs-wespendief

maandag 30 juni 2025

Dudeljo klinkt zijn lied.

vorige week donderdag
Het blijft een bijzonder geluid als je de wielewaal hoort zingen. Geen mooi gevarieerd lied maar steeds weer het herhalen van enkele warme klanken meer is het niet. Hel geluid draagt ver en valt direct op en het zit wat de klankkleur betreft in hetzelfde genre als de zang van de merel en zanglijster. Er zijn niet zo heel veel plekken meer over waar de wielewaal nog goed vertegenwoordigd is en waar je de zang nog regelmatig hoort. Bij de grens met België liggen nog een paar flinke natuurgebieden waar de omstandigheden nog voldoen aan het strenge eisenpakket van de wielewaal.

De gebieden hier in de buurt waar de wielewaal in het verleden nog voorkwam zijn inmiddels verlaten. In de Boswachterij Dorst bijvoorbeeld telde de boswachterij in 1977 nog een gezonde populatie van 24 territoria. 

augustus 2024

Daarna heb ik in 2019 nog als enige in Dorst een wielwaal gehoord en daarna is hier geen wielewaal meer gehoord. En zo zijn ze hier de regio langzamerhand allemaal verdwenen. Zelfs in de Brabantse Biesbosch zijn in de afgelopen paar jaar de wielewalen in het Binnenkooigat en bij de populieren bij het Gat van de Slek verdwenen. Er zullen nog wel plekken in de Biesbosch zijn zoals de Dordtse Biesbosch waar wielewalen leven maar dat worden er wel steeds minder.

Des te aangenaam was het vorige week om tijdens mijn wandeling in het natuurgebied zomaar vijf zingende mannen te horen. Uiteindelijk leidde een zingende man mij naar de kale boom waar hij in het volle zicht zat te zingen. Ik had geluk dat hij mij niet opmerkte want als dat wel zo was geweest, was hij direct opgevlogen en vertrokken. Wielewalen hebben de vervelende eigenschap om dan ook direct ver door te vliegen en dan ben je ze ook kwijt. Ze zullen nooit eens een paar bomen verder gaan zitten, nee altijd honderden meters verder waar je ze zomaar niet terug kan vinden.

minder kleurrijk vrouwtje
Deze wielewaal was prachtig op kleur en zat met het zonnetje op de rug te zingen en moest ik direct terugdenken aan Afrika waar ook de meest prachtig gekleurde vogels rondvliegen. Hij past in ons land wat kleur betreft perfect in het rijtje van groene specht, ijsvogel en putter.

De wielwaal is ondanks zijn zeer opvallende kleur een onopvallende vogel. Hij laat zich maar heel af en toe zien en leeft goed verborgen hoog in de boomtoppen. Meestal grootbladige populieren in de buurt van water. De wielwalen zijn op de hoge droge zandgronden zo goed als verdwenen. En daar hoort de Boswachterij Dorst dus ook bij. 

Wil je meer weten van deze tropische verschijning, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/wielewaal

donderdag 26 juni 2025

Ook vogels zonnen graag.

een zonnende reiger
Met het droge en warme weer van de laatste tijd zie ik regelmatig vogels zonnen. Ze gaan dan zo liggen dat de zon grote delen van het verenkleed beschijnt en verwarmt. Ik vond het in eerste instantie vreemd want wil je het dan nog warmer krijgen dan dat het nu al is? Maar vogels maken juist dankbaar gebruik van de warme zonnestralen om zo de mijten, luizen en al het andere ongedierte wat zich in het verenkleed genesteld heeft te verjagen. Vooral onder de vleugels in de oksels zit volgens mij vaak het ongedierte. Het ongedierte moet van die extra warmte niet veel hebben en gaan er vandoor.

een zonnende tortelduif
De zonnende vogels zijn op hun manier weer mooi om te zien want er gaat een rust en vertrouwen vanuit. Het lijkt erop dat ze zich niet bespied voelen en de tijd kunnen nemen om hun verenkleed te verzorgen. Niet onbelangrijk natuurlijk want een vogel is volledig afhankelijk van een goed verzorgt en puntgaaf verenkleed. Is het niet om te vliegen dan is het wel om te zwemmen en alles wat daar tussenin zit. De reiger van afgelopen week zat in de Oranjepolder vlakbij een maisveld en gebruikte de rietstengels in de slootkant als een soort kamerscherm zodat hij én in de zon kon zitten én zijn privacy gewaarborgd was. Ik kende dit gedrag bij de blauwe reiger nog niet maar wel van de turkse tortels bij ons in de tuin.
een zonnende houtduif
De turkse tortels die bij ons in de tuin leven zitten regelmatig te zonnen net als de houtduiven trouwens maar die zie ik dat wat minder doen. De tortels liggen dan op hun zij in het gras en houden een vleugel omhoog zodat de zon zijn werk kan doen. De houtduiven willen ook nog weleens in de drinkschaal in het water gaan liggen. Alle manieren worden aangewend om parasieten uit het verenkleed te verwijderen Wat dat betreft maken ze wel werk van hun verenkleed. En behalve het reinigen van het verenkleed zorgt zonnen natuurlijk ook voor het aanmaken van vitamine D. Dus het is ook nog eens gezond.



maandag 23 juni 2025

Jonge groene spechten voor de deur.

de jonge specht wordt gevoerd
Afgelopen week zijn hier in de Oranjepolder de ijsvogels uitgevlogen en daar heb ik vorige week een stukje aan gewijd. Want het zijn zulke prachtige vogels die zelfs als ze nog heel jong zijn, een prachtig uitgekleurd verenleed hebben. Ik moest eergisteren nog aan ze denken toen hier voor ons huis een prachtige groene specht, ook met twee jongen mieren aan het eten waren. 

De groene spechten zijn net zo prachtige gekleurd en doen eigenlijk niet onder voor de blauwe ijsvogels. De jonge spechten moet nog wat verder op kleur komen en hebben nu een lichtgrijze borst met kleine donkere streepjes. Je zou ze eens naast elkaar moeten kunnen zien, de groen specht naast de blauwe ijsvogel. Dan denk je toch dat je in een of ander tropisch land bent?
deze kijkt toe
De groene spechten vertrouwen zo op hun schutkleur dat ze zich nauwelijks iets aantrekken van de bewegingen om hen heen. Auto's en fietsen rijden voorbij, voetgangers steken over maar de spechten gaan onverstoorbaar verder met mieren eten. Het zijn oorspronkelijk liefhebbers van de rode en gele bosmieren maar door de steeds verder westelijke verspreiding van de groene spechten broeden en foerageren ze steeds vaker in agrarische gebieden, woonwijken en parken waar ook andere mierensoorten leven. 

De grote mierenhopen met de rode en gele bosmierenvolken in de bossen doen het ook weer wat beter dankzij het beheer wat beter past bij de bosmieren. Maar als de groene spechten zo'n mierenhoop hebben ontdekt kunnen ze die helemaal opentrekken en met hun lange tong de grote mieren eten. De mieren die hier tegenover in het grasveld zitten zijn andere mierensoorten en zijn een stuk kleiner en ik denk dat het vooral zwarte wegmieren zijn. De spechten moeten er flink wat van eten om hun maag gevuld te krijgen.
de 2 jongen en hun moeder
De twee jonge spechten keken vorige week aandachtig naar moederspecht hoe zij de mieren uit het grasveld peuterde. Ze hakte flink het grasveld om wat dieper in de grond te komen. Met haar lange plaktong wist ze steeds wat mieren te pakken.  Af en toe krijgen ze nog wat van haar maar ze moeten vooral snel leren om zelf te eten. Als ze te opdringerig waren werden ze door moeder hardhandig op hun plek gezet. Ook dat hoort bij de opvoeding. Als ze nog in het nest zitten worden de door moederspecht gevangen mieren tot een papje gemaakt wat aan de jongen wordt gevoerd. Daar zijn deze jongen te groot voor maar proberen kan altijd.

Wil je meer weten van deze prachtige groene tuinvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/groene-specht


vrijdag 20 juni 2025

Sneller dan verwacht.

2 jonge ijvogeltjes 19 juni 2025
Gisteren zag ik in de Oranjepolder de eerste jonge ijsvogels. Op dit moment hadden we al enige tijd gewacht. Twee jonge ijsvogeltjes zaten naast elkaar op een tak vlak voor de nestingang. Zo te zien waren ze alweer even buiten en ik denk dat een aantal jongen al eerder uitgevlogen is. Ik hoorde namelijk wat verderop een jonge ijsvogel roepen. Het was dezelfde roep als de twee voor mij op de tak ook lieten horen. Jammer dat ik niet op tijd in de polder was om de eerste uitvliegende ijsvogels te zien. 

De twee jonge ijsvogels werden regelmatig gevoerd door een van de ouders en dat gaat razendsnel. De ouder vogels brengt voedsel en neemt maar amper de tijd om het voedsel over te dragen. 

stekelbaarsjes, ijsvogelvoedsel
De jonge vogel moet het snel aanpakken want voor dat het jong er erg in heeft is de ouder alweer vertrokken. De jongen hebben een niet te stillen honger en de ouder moeten hard werken om al die lege maagjes te vullen. Het lievelingsvoedsel van de ijsvogels is de tiendoornige stekelbaars en die zijn volop beschikbaar in de drie poelen van de IVN Natuurtuin.

De ijsvogelwand waar dit jaar voor het eerst een koppel ijsvogels gebruik van heeft gemaakt, bestaat alweer een jaar of zes-zeven. 

wachten op eten
Maar nog nooit heeft een ijsvogel er naar gekeken laat staan een poging te wagen om er te gaan broeden. Tot dit voorjaar toen ik op een keer zag dat er in een van de openingen was gegraven. Een week later werd er serieus gegraven en konden we vaststellen dat er een nest werd gebouwd. Het gebied rond de poel werd verboden gebied zodat we de vogels volledige rust konden broeden en met succes zoals deze week duidelijk werd.

Er lag nog een plan om de want aan te passen om de ijsvogels te verleiden hier een nest te komen bouwen maar die aanpassingen zijn dus niet nodig dat is duidelijk. Ik moet nu nog wel uitzoeken of het nodig is om de nestgangen weer te vullen met zand zodat volgend jaar opnieuw gegraven moet worden of misschien moet je hier nu vanaf blijven en gebruiken ze de nestgang volgend jaar opnieuw? Voorlopig doen we niets want wie weet wordt nog een volgend legsel voorbereid.

Wil je meer weten van deze prachtige blauwe schichten, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ijsvogel


dinsdag 17 juni 2025

Grauwe klauwier in het zicht.

een koppel grauwe klauwieren
Inmiddels is de grauwe klauwier voor mij geen hele zeldzame vogelsoort meer. Ik zie ze regelmatig en weet ook wel de plekken waar ze leven en broeden. Ik neem daarom voor het gemak ook maar aan dat dat voor veel vogelaars geldt. De meeste die ik ken weten wel waar ze leven. Toch blijft rond deze soort een soort geheimzinnigheid hangen. De waarnemingen die ik doe registreer ik voor mijzelf op de site van waarneming.nl. Alle waarnemingen worden vervaagd, niet door mij maar door de beheerder van de site. Waarnemingen in alle leefgebieden staan standaard op "vervaagd" alsof het een uiterst zeldzame soort is.

Als dat het geval was zou ik het kunnen begrijpen want veel zeldzame soorten worden als dat eenmaal in het wereldje bekend is, belaagd door fotografen die vaak de boel verstoren. Wat dat betreft is het voor de vogels wel goed maar ik weet zeker dat ook fotografen ze inmiddels wel weten te zitten. Met de soort gaat het de laatste jaren ook steeds beter en nemen de aantallen broedparen langzaamaan toe.

Ditzelfde patroon zie ik ook in de Biesbosch waar de visarenden en de zeearenden jaarlijks succesvol broeden en de aantallen gestaag toenemen. Op de site van waarneming.nl worden alle meldingen nog steeds angstvallig vervaagd terwijl wekelijk iedereen weet dat de vogels daar broeden. Bijna iedereen weet ook waarde nesten zich bevinden dus het heeft eigenlijk weinig nut om de waarnemingen te verbergen.

jonge grauwe klauwier
De afgelopen jaren heb ik de grauwe klauwieren regelmatig met jongen gezien en in een van de gebieden waar ze broeden zag ik de broedparen ook toenemen van twee naar vijf. De andere gebieden die ik ken zijn stabiel en zie ik geen toename maar de soort kan zich prima handhaven. Hoelang worden deze vogels nog op deze manier beschermd? Ik denk dat de juiste maatregelen in het veld effectiever kunnen zijn en als dat goed is geregeld kunnen er misschien meer mensen van genieten.

Wie weet wart er aan mooie vogels hier in de buurt op deze manier beschermd worden? Vogels die ik ook wel zou willen zien zoals bijvoorbeeld de oehoe die hier in Brabant op verschillende plaatsen broedt. 

Wil je meer weten van deze gemaskerde jager, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grauwe-klauwier

donderdag 12 juni 2025

Waar blijven de geelgorzen?

mannetje geelgors, 9 jun 2025
De vijfde van Beethoven klonk deze ochtend op meerdere plekken. De o zo herkenbare zang van de geelgors hoorde ik al op grote afstand. Dat hoge ijle toontje draagt ver ondanks dat het geen echte harde zang is en dat helpt enorm om hem te vinden. Deze prachtige kanarie van de lage landen blijft het liefst in de oostelijk helft van ons land en de meest westelijke verspreidingsgrens wil maar niet verder naar onze richting opschuiven. Om ze zien en horen moet ik dus even rijden.

Je zou denken dat met het veranderende klimaat de geelgors daar in zijn gedrag ook op zou reageren. Dat zie ik in de vogelwereld steeds vaker gebeuren. Vogels verspreiden zich over steeds grotere gebieden in ons land, kijk maar naar de grauwe klauwier en middelste bonte specht. Of ze trekken in de winter niet meer weg, kijk maar naar zwartkoppen en tjiftjaffen of ze komen door de opwarming van de aarde steeds noordelijker en komen hier zelfs tot broeden, kijk maar eens naar de steltkluten. Maar de geelgors kan dus nog niet in dit rijtje geplaatst worden en blijft voorlopig zitten waar hij zit.

dzji-dzji-dzji-dzjuuuuu.
De eerste geelgors die zich deze ochtend goed liet zien en horen zat in een dode struik. Dit mannetje was prachtig op kleur en wilde ook gezien worden. Nauwelijks schuw liet hij de vijfde nog maar eens klinken, dzji-dzji,dzji dzjuuuuu. En dat dan eindeloos achterelkaar. Beethoven moet dit in zijn tijd ook gehoord hebben en heeft dat schaamteloos gekopieerd. En je hoeft je in dit geval niet af te vragen wie was er eerst, Beethoven of de geelgors?

Als ik hier in de omgeving de natuurgebieden die dicht tegen het agrarische landschap aanliggen bekijk, zijn er toch wel een paar die in aanmerking komen voor de titel "ideaal geelgorzen gebied".

geelgorzen gebied in het oosten van het land
Neem De Pannenhoef bij Etten-Leur en Huis ter Heide eens met hun houtwallen en singels in een natuurlijk agrarisch gebied met kruidenrijke akkers? Ik verwacht dat ze toch een keer die oversteek maken en het westen gaan veroveren.

Heel wat jaren geleden tijdens de voorjaarstrek heb ik hier in de buurt weleens geelgorzen gezien, Eentje in het voorjaar van 2011 in de Oranjepolder op het hek van de schaatsbaan. Even rusten en door. Nooit zingend en nooit blijven hangen daar was gewoonweg geen tijd voor. Het broedseizoen gaat van start en dan moet je op tijd terug zijn en de beste plek bezetten. 

Wil je meer weten van deze voor mij best zeldzame zanger, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/geelgors

maandag 9 juni 2025

Nachtelijke avonturen.

nachtzwaluw in de schemer
Ze zijn alweer een paar maanden in de buurt en leven goed verborgen in de Oosterhoutse bossen. De nachtzwaluwen die ik elk jaar weer opzoek, hebben een redelijk vaste stek en ik hoef niet lang te zoeken om ze te vinden. Heel wat jaren geleden kende ik nog een paar goede plekken om ze zien en te horen maar die zijn inmiddels verlaten. En zo gaat het met veel vogelsoorten. De aantallen nemen gestaag af door de afname van geschikt leefgebied. 

Door de enorme stikstofuitstoot en de daarmee gepaard gaande vergrassing van heidegebieden en door de afname van beheer van de terreinen waar nachtzwaluwen van houden is de soort aan het verdwijnen. Door de afname van het beheer zie je een enorme toename van jonge berken een echte pioniersplant die als je er niets aan doet er voor zorgt dat er over een paar jaar een nieuw bos ontstaat. Dat lijkt mooi maar is het niet altijd. Om nachtzwaluwen te behouden moet je toch wat meer voor ze doen dan alleen wat runderen het gebied late begrazen.

het beste moment om ze te zien
Maar goed, op de paar goede plekken waar de nachtzwaluwen nog wel zitten, is het aantal vogels de laatste jaren redelijk stabiel. Het territorium is behoorlijk groot en om een aantal nachtzwaluwen op een avond te zien, moet ik wel een aardig stukje door het nachtelijke bos struinen. Avontuurlijk en het levert altijd wel een mooie bijvangst op want in het donker zijn nog meer beesten actief die je overdag niet zomaar tegenkomt. Vooral uilen zijn aan het begin van de nacht behoorlijk actief en met mijn warmtebeeld- camera lukt het wel eens om er een te zien. 

ransuil als bijvangst
Vooral de ransuilen zijn actief en laten zich meestal ook goed horen. Ik kom ook bosuilen, reeën en konijnen tegen. Vooral konijnen zijn goed te bespieden want die hebben vrijwel nooit iets in de gaten als de afstand maar groot genoeg is. De nachtzwaluwen kan ik nu met deze camera ook prachtig zien vliegen en volgen. De vlucht is snel en beweeglijk. Het is goed te zien dat deze vogels jagen op nachtvlinders en andere insecten. Het lukt nu ook om de nachtzwaluw zittend op een tak te vinden en dat was in het donker altijd een onmogelijke opgave. 

Ik ben nog niet overdag in het gebied naar nachtzwaluwen gaan zoeken maar dat zou met de warmtebeeldcamera wel mogelijk moeten zijn. In ieder geval zitten er weer een mooi aantal nachtzwaluwen in het bos en met wat geluk blijft dat de komende jaren ook zo.

Wil je meer weten van deze bijzondere nachtvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nachtzwaluw

donderdag 5 juni 2025

Zomaar kraanvogels tegenkomen.

volwassen kraanvogels
Kraanvogels zie ik eigenlijk alleen maar tijdens de voorjaars- en najaarstrek. Met wat geluk vliegen ze hier over en af en toe had ik het geluk om ze in de Biesbosch over te zien vliegen. Het zijn altijd van die spaarzame momenten in een jaar waarop ik ze even zie. Meestal in een strakke lijn hoog overvliegend zoals een paar jaar gelden toen een grote groep over de A27 vloog toen ik daar reed. En heel af en toe komen ze hier wel eens aan de grond maar dat zijn unieke momenten.

Afgelopen jaar ontdekte ik er een in alle vroegte tijdens een broedvogelinventarisatie in de Biesbosch en weer een aantal jaren eerder heeft een jonge kraanvogel een paar weken in de Noordwaard in de Biesbosch gebivakkeerd. Maar nogmaals dit zijn echte bijzonderheden. En bij elkaar genomen heb ik het over een fractie van het aantal vogels wat jaarlijks over ons land vliegt.

 
2e kalenderjaar kraanvogel, 5 maart 2019
Overvliegend worden ze met de juiste wind tijdens de trek wel daar wel vaker gezien maar dan moet je ook maar net in de buurt zijn. Afgelopen week werd ik tijdens een vakantie in Twente in het Wierdense Veld aangenaam verrast door drie kraanvogels. Ik was eigenlijk wel verbaasd want ik had ze daar helemaal niet verwacht. Ik was namelijk in de veronderstelling dat de kraanvogels die in Nederland blijven en broeden meer noordelijk zaten. Een bekende broedplek in ons land is het Fochterloërveen en inmiddels broeden ze ook op een aantal andere plekken op de grens van Drenthe en Friesland. 

Of de kraanvogels in het Wierdense Veld daar ook broeden was mij niet bekend maar meldingen van waarnemingen worden wel verborgen gehouden zodat je niet kunt weten dat ze daar dus voorkomen. Je moet dus gewoonweg geluk hebben om ze in dat uitgestrekte natuurgebied te zien. Hiermee wordt overigens wel voorkomen dat teveel mensen op deze toch best wel zeldzame vogels afkomen en de boel onnodig zouden kunnen verstoren. Het Wierdense Veld is een van de weinige echte levende hoogveengebieden van Nederland dus wat dat betreft past het gebied precies in het straatje van de kraanvogels. Toch staat het gebied hier niet echt om bekend. Voor mij was deze ontmoeting dus een echte verrassing en dat maakt het nog leuker om ze te zien.

Wil je meer weten van deze toch wel statische en zeldzame vogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kraanvogel

maandag 2 juni 2025

Naar de Langeplaat.

een stukje Langeplaat in het Nationaal Park De Biesbosch
Het broedseizoen loopt zo langzaamaan op zijn eind. Deze maand worden nog wel wat nesten uitgebroed maar een aardig deel van de broedvogels is zo goed als klaar. En dat betekent dat ook het BMP(Broedvogel Monitoring Project) seizoen op zijn eind loopt. Het afgelopen seizoen ben ik weer vaak in alle vroegte op pad gegaan om alle zingende broedvogels in de rietpolders van de Biesbosch te inventariseren. Ik kijk er elk jaar weer naar uit en voor dat ik het weet, is het seizoen weer voorbij. Deze maand staan nog een paar telrondes op de rol en dat was het dan voor dit jaar.

een Biesbosch icoon, 13 mei 2021
De juni tellingen zijn het zwaarst omdat de wekker dan om 2.00 uur in de ochtend gaat. De bedoeling is dat je een uur voor zonsopkomst in de telplot bent. De telplot die het verst of diepst in de Biesbosch ligt is de Langeplaat en dat betekent drie kwartier varen om er te komen. Dit is een voormalige agrarische polder die inmiddels alweer een aantal jaren onder water staat en waar de natuur vrij spel heeft. Rietvelden krijgen hier de ruimte en de waterstand wordt scherp in de gaten gehouden zodat het een ideaal gebied is voor rietvogels. Met name roerdompen en porseleinhoenen worden hier in de watten gelegd. 

En met die twee wil het nog niet echt lukken. Dit jaar hoorden we slechts een roerdomp en hebben ook maar een porseleinhoen gezien. Voorgaande jaren ging het wel wat beter maar het laat een grillig patroon zien. Andere rietvogels die minder hoge eisen stellen en al tevreden zijn met flink wat riet afgewisseld met water en af en toe een wilgje doen het hier erg goed. 

acht uitgeslapen koereigers, mei 2025
Met name rietzangers, blauwborsten, nachtegalen, baardmannen, snorren, rietgorzen en kleine karekieten hebben hier de tijd van leven. Als ik daar dan in de hele vroege ochtendschemer op de dijk sta, leun je bij wijze van spreken tegen een muur van geluid aan. De massale zang van deze rietvogels is overweldigend en magisch. Het is onvoorstelbaar hoeveel rietvogels in dit seizoen in de hele Biesbosch verblijven en broeden. Ik kom behalve in deze rietpolder nog in een aantal vergelijkbare polders, ook om te tellen en daar is het niet anders en soms zelfs drukker met vogels. 

zingende snor, 13 april 2024
En behalve broedvogels passeren soms ook bijzondere vogels die daar geslapen hebben of komen jagen. Zoals de acht koereigers die alweer een paar maanden in de rand van de polder slapen. Alhoewel ik alweer een paar jaar merk dat het ondanks alle inspanningen en goed beheer de aantallen broedvogels wat afnemen. Ook kun je het ene jaar niet met andere jaar vergelijken. Het extreem natte voorjaar in 2024 kun je moeilijk vergelijken met het extreem droge voorjaar van 2025. Je ziet vrijwel direct het effect in de telresultaten. Vorig jaar riepen in een van de rietpolders acht roerdompen rond en dit jaar hoorde je daar nog maar een roerdomp hoempen. Een verklaring buiten de extreme weersverschillen in deze twee jaren kan ik niet noemen. Dat maakt wel dat broedvogels inventariseren nooit gaat vervelen ondanks het gebrek aan een goede nachtrust.

Wil je meer weten van de Biesbosch, klik dan op de link;
https://np-debiesbosch.nl/