vrijdag 30 juni 2017

Lefgozers.

een paar jonge eksters in de Oranjepolder
Een alledaagse en ook bijzondere vogel, de ekster. Alledaags omdat je ze op elk moment van de dag wel ergens in de buurt rond ziet hangen en bijzonder vanwege zijn mooie kleur en glans en zeker bijzonder door zijn gedrag. Over dat bijzondere gedrag van de ekster kan ik twee sterke staaltjes lef van de afgelopen week beschrijven.

Vlak bij de voetbalclub scharrelt altijd een flinke groep jongelingen rond. Deze groep van een stuk of vijftien eksters kun je hier elke dag zien en vooral ook horen. Ze roepen constant naar elkaar en vliegen elkaar ook regelmatig in de haren of liever gezegd veren. Maar soms verenigen ze hun krachten om het zo maar eens te noemen. Op een avond zaten zeven eksters rond een flinke rode kater, ze daagden hem uit, hipten om hem heen en naderden het rode gevaar op minder dan een meter. De kat was duidelijk niet op zijn gemak en keek behoedzaam naar zijn belagers maar durfde niets te doen. De eksters waren in het geheel niet bang en hielden dit spelletje langer vol dan de kat. Een mooi voorbeeld van samenwerken tussen vogels en hoe het aantalsoverwicht handig werd uitgebuit..

Een tweede bijzondere waarneming van de ekster maakte ik thuis mee, gewoon vanaf de bank in de woonkamer. Onze hond lag languit, zich rustig houdend vanwege de hitte, op de vloer toen ik het geluid hoorde wat ik altijd hoor als hij staat te eten. Wat gerammel van zijn brokjes in zijn bak. Maar deze keer geen hond die staat te eten, nee, het was een ekster die de brokjes meenam. Waarschijnlijk naar de jonge eksters bij ons op het plein. Daar zie ik elke dag dat de jonge ekster gevoerd worden. Ik zette de bak verder binnen in de keuken maar ook die angst werd door de ekster snel overwonnen. De ekster liep gewoon de keuken binnen en propte zijn snavel vol brokken en wandelde vrolijk naar buiten. Dat bleef hij doen totdat de bak leeg was. Onze hond, een jachthond, maakte voor de zoveelste keer zijn naam niet waar, maar verder is het een lieve hond.

Deze twee voorbeelden van lef van de ekster geven mooi aan hoe een vogel in een oprukkende verstedelijking zich kan aanpassen en er het maximale voordeel uit weet te halen en weet te overleven. Nee, die ekster hoeft zich geen zorgen te maken, die redt het hier, zeker in stedelijke gebieden, wel.

Wil je meer weten van deze onverschrokken en brutale buurtbewoner, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=40

dinsdag 27 juni 2017

Appelvink in de polder?

In het weekblad van Oosterhout las ik dat de visarend over de Oranjepolder was gevlogen en droomde ik ervan dat ik deze bijzondere vogel ook nog een keer aan mijn lijstje van "Vogels in de Oranjepolder" kon toevoegen. Twee dagen later had ik geluk en kon ik ook een andere nieuwe soort noteren, weliswaar geen visarend maar wel een appelvink. De appelvink zag ik in de IVN Natuurtuin aan de Domeinweg.

Op zich geen gekke plek maar aangezien de natuurtuin maar een postzegeltje is in dit voornamelijk agrarische gebied, is de aanwezigheid van een appelvink niet alledaags. Hij zat onder de lindeboom en was erg op zijn gemak. Ik was even van mijn stuk gebracht en terwijl ik naar hem zat te kijken twijfelde ik zelfs even aan mijn waarneming maar er was geen twijfel mogelijk, het was honderd procent zeker, met zijn groffe driehoekige snavel en strenge blik, een appelvink.

Appelvinken zijn voornamelijk te vinden in dichte hoge loofbomen en komen niet vaak op de grond. Nou deze appelvink in de Oranjepolder zat dus onder de lindeboom op de grond te foerageren. Op de agrarische kleigrond, terwijl ze dus voornamelijk op zandgronden voorkomen en daar ook broeden. Ze foerageren voornamelijk op zaden en bessen en soms ook op insecten.

Deze kleine ondernemer was dus de wereld aan het verkennen en moet zeker niet teleurgesteld zijn geweest.  Ik kom ze eigenlijk alleen in de bossen van Surae en de Biesbosch tegen en dan niet eens vaak. Elke keer als er een zie is er een klein juichmomentje. Ik heb het nog even nagekeken en deze appelvink was voor mij de derde van dit jaar.

Wil je meer weten van deze voor west Brabant bijzondere vink, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=3


vrijdag 23 juni 2017

Wie is de sjaak?


biddende torenvalk in de oranjepolder
Daar waar de sperwer hier in de wijk de vogeltjes achterna sjeest en vangt, is de torenvalk een heel andere jager. Hangend of biddend in de lucht zoekt hij zijn prooi op de grond. Meestal muizen en als die er niet genoeg zijn, kan een vogeltje gerust eens achterom of omhoog kijken, want dan staat een vogeltje ook op het menu. De torenvalk zal een vogeltje nooit in de lucht of in de vlucht te grazen nemen maar vrijwel altijd op de grond en dat is dus het verschil met de sperwer.
 
Zojuist zag ik boven onze tuin zo'n sperwer overvliegen, ze zat hoog, en dat het een ze was kon ik zien door het formaat. Veel groter dan een torenvalk en groter dan een mannetje sperwer. Ze had het formaat van een kleine buizerd en een mannetje havik. Met die laatste is de sperwer hoog in de lucht makkelijk te verwarren.

overvliegende vrouwtjes sperwer
Ik zag door mijn verrekijker de lichtbruine tekening op de borst en dat gaf voor mij de doorslag. Een sperwer heeft wel die kleuring op de borst en de havik in het geheel niet. Die is lichtgrijs tot bijna wit op de borst. De jachtmethode verschilt dus ook met de torenvalk maar ook met die van de havik.

Een havik is gebouwd voor de jacht in de bossen, compacte brede vleugels, wendbaar en voorzien van een goed roer, de staart, en die is lang en recht en zorgt voor een strakke sturing. Dat heeft de sperwer ook maar dan in een wat kleinere uitvoering en de sperwer heeft zijn jachtgebied wat dichter bij de mens gekozen.

Een sperwer is in de woonwijk behoorlijk onopvallende vogel en heeft wat weg van een houtduif die voorbij schiet. De sperwer kan door zijn wendbaarheid veel vogels verrassen, door tussen de huizen door te vliegen en onverwacht toe te slaan. Je ziet dat hij in de wijk is geweest als ergens weer eens een hoopje veren onder de boom, schutting of dakrand ligt. De sperwer betrappen is een ander verhaal, daar moet je echt geluk bij hebben. Vaak slaat hij in alle vroegte toe, als de wijk nog in relatieve rust is.

goed (vlieg)beeld van de verschillende roofvogels
Het is ons een keer gebeurd dat een sperwer in onze tuin een mus te pakken nam. Een bruut schouwspel, de mus, gillend voor zijn leven, werd in stukken gereten en stierf een pijnlijke dood. De sperwer wist wel raad met dit lekkere hapje en in no time was er niets meer van over dan het eerder genoemde hoopje veren. Ik moest hieraan denken toen ik vanmiddag op het juiste moment omhoog keek en de sluwe jager over zag vliegen en ik dacht..........

             Wie is vanmiddag de sjaak?

dinsdag 20 juni 2017

Geschiedenis geschreven

vandaag, 20 juni  koppel visarenden
 op het  boomnest
Sinds vorig jaar ben ik met grote regelmaat in de Biesbosch in de buurt van het nest van de visarend te vinden. Fascinerend om van zo dichtbij mee te maken dat een bijzondere vogelsoort zich hier, voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis, vestigt. Afgelopen jaar is de eerste jonge visarend ooit geboren en uitgevlogen, dit jaar is hetzelfde boomnest opnieuw de basis van nieuw visarendgeluk. Maar alsof dat nog niet genoeg is, wat verderop zit een tweede koppel op een hoogspanningsmast te broeden.

Mijn roofvogelboek, "Roofvogels van Nederland", uitgegeven door de KNNV is met deze bijzondere gebeurtenissen achterhaald. Het hoofdstuk "Visarend(pandion haliaetus)", begint met de zin; De visarend broedt niet in Nederland. Dat moet nu dus veranderd worden in; De visarend broedt sinds 2016 in Nederland.

het bewuste visarenden bericht
Ik vind het echt bijzonder om van deze belangrijke ontwikkeling in de vogelwereld mee te kunnen genieten. En alsof het nog niet genoeg is, en daarom kwam ik ook op dit onderwerp, las ik in het weekblad van Oosterhout dat de visarend ook boven de Oranjepolder richting de Slotbosse toren heeft gevlogen en daar op de foto is gezet door een paar oplettende vogelaars. En wat zou ik deze waarneming in de Oranjepolder graag zelf willen doen en de soort aan mijn lijstje van "vogels in de Oranjepolder" toevoegen. Wellicht gaat dat nog een keer gebeuren want het tweede nest op de hoogspanningsmast bij het spaarbekken De Gijster, ligt niet ver over de Amer in de Biesbosch.

Hemelsbreed is Oosterhout en de Oranjepolder maar een paar kilometer vliegen. Een peulenschil voor de machtige visarend, slechts een paar ferme vleugelslagen en als hij niet oppast schiet hij ons zomaar voorbij.
2016, visarend in de Biesbosch
Deze week ga ik weer even bij het boomnest langs, de jongen zijn al flink gegroeid en met wat geluk zie ik ze boven de rand van het nest uitkomen en vang ik een glimp van ze op. Als dat lukt heb ik alle tot nu toe in Nederland geboren jonge visarenden gezien. Niet gek toch, het zou wat zijn als ik dat ook van de houtduif kon zeggen.

Wil je meer weten van deze bijzondere nieuwe broedvogel van Nederland, klik dan op de link;

https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=234

vrijdag 16 juni 2017

De tweede ronde.

door een kraai leeggegeten ei?
Veel vogels hebben dit voorjaar voor nageslacht gezorgd. Er zijn weer ontzettend veel eieren gelegd en daarvan is maar een fractie overgebleven. Heel veel eieren worden geroofd door vossen, marters, wezels of door vogels zoals kraaien en eksters of worden door verstoring niet uitgebroed. Maar dat is nu eenmaal de natuur en daar is goed mee te leven. En het is maar goed ook dat niet alles uitvliegt want zou het wel erg druk in de tuin, park of polder zijn.

Ik heb meer moeite met ingrijpen door mensen zoals dat bij ons in de Willemspolder is gebeurd. Daar hebben eierrovers 22 kievitsnesten leeggehaald, een kwalijke zaak. Er gaan verschillende verhalen de ronde, ze worden gebruikt voor consumptie of worden uitgebroed voor de handel. Ik weet niet wat hiervan moet denken maar de teleurstelling bij het zien van al die lege nesten was in ieder geval groot.

leeggeroofde nest van een meerkoet
Ik zie nu in de polder dat her en der vogels aan de tweede broedronde zijn begonnen. De meerkoet in de plas naast de voetbalvereniging heeft in een veldje watergentiaan weer een mooi drijvend nest gebouwd en ook deze meerkoet ontkwam er deze ochtend niet aan, de eieren zijn geroofd en leeggegeten. Zo te zien heeft een kraai of ekster zijn maag goed gevuld. Een vervolg van deze broedpoging zit er volgens mij niet meer in. Volgend jaar een nieuwe ronde met nieuwe kansen.

Maar om terug te komen op de hoeveelheid gelegde eieren, in onze tuin en aangrenzende tuinen, worden door heggemussen, houtduiven, merels, koolmezen, pimpelmezen, eksters, kauwen en tortels eieren gelegd. Wat meer naar de rand van de wijk, vinken, groenlingen, zwartkoppen, tjiftjafs, groene en bonte spechten etc. etc. Bij elkaar in een legronde al gauw meer dan zestig eieren, niet gering dus. Neem dat aantal maal een, twee en soms wel drie broedrondes en je hebt het al gauw over meer dan honderd eieren. uiteindelijk mogen we blij zijn als de helft uitvliegt en van dat aantal zullen er ook maar heel weinig overblijven en zelf voor nageslacht gaan zorgen. Als je er goed over nadenkt is dat voor vogels een erg stressvolle en wrede tijd in plaats van een hele blije tijd.

dinsdag 13 juni 2017

Bange buizerds?

2015, jonge buizerd in de polder
Zaterdagavond was de tweede keer dat ik in de Oranjepolder meerdere buizerds zag. Ik had eerder die week maar liefst vier vlak bij elkaar omhoog schroevende buizerds gezien. Volop roepend naar elkaar en het was duidelijk dat ze iets met elkaar te maken hadden, ze bleven de hele tijd bij elkaar in de buurt. Ik vermoed zomaar dat het een ouder koppel was met twee jonge buizerds. Zo te zien nog niet zo lang geleden uitgevlogen en nog niet met het lef en onverschrokkenheid die oudere vogels laten zien. Die laten zich niet zomaar verjagen en maken zich niet erg druk om kraaien, kieviten of eksters.

Afgelopen zaterdag zagen we zo'n jonge buizerd vastberaden naar de Millenniumplas vliegen en hij was net het Kromgat overgevlogen, toen hij onderschept werd door een paar kraaien die het er duidelijk niet mee eens waren dat de buizerd in hun gebied kwam. En verrassend snel liet de geïntimideerde buizerd zich op andere gedachten brengen, draaide om en vloog terug naar een van de drie bomen die aan de Kromgatweg staan.

Op zondagochtend liep ik wederom in die hoek van de polder en zag opnieuw de buizerds vliegen en ook nu werd de boom, een oude populier als uitvalsbasis gebruikt. Ik zag de buizerds vanuit de boom naar de hoogspanningsmasten vliegen, landen op de hoogste sport en vandaar weer terug naar de boom vliegen. Het kan bijna niet anders dan dat deze boom een nest jonge buizerds heeft voortgebracht.

De oude nestboom die in het afgelopen najaar bij de trainingsvelden bij SCO is omgezaagd, heeft dus hoogstwaarschijnlijk een opvolger gekregen. Deze oude hazelaar werd in opdracht van de Gemeente omgezaagd omdat hij teveel licht wegnam voor de lagere begroeiing eromheen. Straks, als al het blad er in de herfst vanaf is, zullen we het weten en moeten we de resten van het oude nest kunnen zien.

zondag 11 juni 2017

Blauwborst zingt weer.

De laatste jaren hoor en zie ik regelmatig een paar blauwborsten in de Oranjepolder. Meestal in het gebied tussen de Domeinweg en de Statendamweg en het gebied rond de waterzuiveringsinstallatie. De oude rietstrook in het half natte deel achter de Domeinweg is relatief rustig te noemen. Rustig omdat er niemand door dat gebied loopt maar oorverdovend lawaaierig door het vele verkeer dat over de Statendamweg van en naar de A59 rijdt. Het lawaai is soms zo erg dat ik de vogels niet meer kan horen zingen.

perfect blauwborstengebied
Ik pak daarom soms mijn momentjes om eens te luisteren wat er zoal zit en zo ontdekte ik daar alweer een paar jaar geleden blauwborsten, bosrietzangers, kleine karekiet, groene specht en torenvalken om maar eens wat te noemen. De blauwborst van vanmorgen zat aan de andere kant van de polder, zeg maar een kilometertje of twee oostwaarts. Op de grens van een grasakker en een maisakker, gescheiden door een smal slootje, hoorde ik het "vliegwieltje" keer op keer aanslaan. langzaam opbouwende zang naar een wat onsamenhangend gebrabbel op het eind. Hij hield het goed vol en had het daar duidelijk goed naar de zin. Kan me amper voorstellen dat hij met die herrie daar een vrouwtje naartoe gelokt krijgt.

Dat de blauwborst eind mei zit te zingen heeft te maken met de tweede legronde. De eerst legronde is alweer anderhalve maand geleden en die jongen zij nu inmiddels zelfstandig. Ook in de Biesbosch zag ik afgelopen weekend de eerste tekenen van de tweede leg, daar zag ik een zingende blauwborst en een blauwborst in de weer met nestmateriaal. In de tussenliggende tijd is het erg rustig geweest en heb je ze amper of helemaal niet gehoord. We kunnen nu nog even genieten van de zang want over een paar weken is het echt afgelopen en zit het broedseizoen van de blauwborst er op.

Wil je meer weten van deze tropische verrassing in onze polder, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=8

dinsdag 6 juni 2017

Purperreiger commando.

jonge purperreiger in het nest
Weer eens wat anders dan een wandeling door de Oranjepolder. Vanmorgen vertrokken we in alle vroegte, het was nog geen vijf uur en het was maar net licht aan het worden, naar de Sliedrechtse Biesbosch voor een inventarisatie van purperreiger jongen. We staken met een bootje de Merwede bij Hardinxveld over naar Engelbrechts plekse. Vandaaruit gingen we naar het Aart Eloyenbosch waar de purperreiger kolonie zich bevindt. Het was alweer een paar jaar geleden dat ik met deze inventarisatieronde mee ben geweest en ik keek er nu al dagen naar uit. Het is een zeer bijzondere belevenis en niet te vergelijken met een broedvogel inventarisatie in de Brabantse Biesbosch, laat staan met een wandelingetje door de Oranjepolder. Die gaan vrijwel allemaal over mooie paden.
de stormbaan

Deze inventarisatie heeft wat weg van een commando oefening op een stormbaan, je wordt met een bootje bij een eilandje afgezet en je loopt dwars door de dichte wilgenstruiken, door een dikke modder- laag naar de andere kant van het eilandje. Dat doe je met een man of vijf allemaal op een metertje of tien van elkaar, ondertussen zoek je in de wilgenstruiken naar de nesten van de purperreigers. Soms kom je oude nesten van afgelopen jaar tegen en gelukkig ook weer een aantal bezette nesten van dit jaar. Door al dat geklauter en geblubber kom je er aan de andere kant van het wilgenbosje als een soort modderkruiper uitgekropen.

purperreigernest met 3 eieren
Opvallend waren de verschillende broedstadia, nesten met eieren, net uitgekomen jongen en jongen die al behoorlijk groot waren. Die laatste nesten moet je zeer omzichtig benaderen, want je wilt niet dat deze jongen van schrik het nest uitlopen en op de grond terecht komen. Ze kunnen niet meer terug het nest in en vangen is in dit zeer dichte struikgewas geen optie. We kwamen op elf bezette nesten, een mooi resultaat, een paar jaar geleden waren dat er een paar minder. Een meevaller was dat er maar weinig oudervogels op de nesten zaten waardoor we die niet hoefden te verstoren. Waarschijnlijk waren deze vogels ergens in de Biesbosch foerageren.

Wil je meer weten van deze voor Nederland zeldzame reiger, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=170

vrijdag 2 juni 2017

Koekoek is aan zet

jonge pas uitgevlogen koekoek bij de Kwestieuze brug
De koekoek, een echte zomervogel hoor ik nu alweer een paar weken in de meest westelijke hoek van de polder. Hij waagt zich om de een of andere reden niet bij ons in het oostelijke deel. Toch ook een geschikt hoekje met een mooie rietkraag waar een aantal kleine karekieten zitten te zingen. Daar moet toch wel ergens een eitje achter te laten zijn?
Mogelijk heeft deze koekoek een andere waardvogel op het oog. Niet dat zij die zelf kan uitkiezen, nee dat is genetisch bepaald. De koekoek legt haar ei in het nest van de waardvogelsoort waar zij zelf ook ooit door is uitgebroed. Dus ooit een kleine karekiet gekozen, voor altijd een kleine karekiet.
Een koekoek moet snel zijn en kan haar ei in een seconde of tien in het nest van de waardvogel leggen, neemt nog een eitje van de waardvogel mee en gaat er als een speer vandoor om nooit meer terug te keren naar het nest of om te kijken naar haar jong.

Op een keer was ik getuige van een legpoging van een koekoek in het nest van een rietzanger. De rietzangers, ook niet op hun achterhoofd gevallen, hadden donders goed in de gaten wat de koekoek van plan was en ze vielen haar direct luid alarmerend aan en maakten kleine duikvluchtjes om de broedparasiet uit de buurt van hun nest te houden. Toch gek eigenlijk, ze weten wat de consequentie van de eileg van de koekoek in hun
De koekoek is aan zet!
nest is, maar als dat ei dan eenmaal gelegd is en uitkomt accepteren ze het jong als hun eigen jong en voeren ze deze veel grotere vogel tot ze er zelf bijna bij neervallen.

Nu is waargenomen dat waardvogels een nieuw verdedigingsmiddel inzetten en dat is het leggen van eieren met een andere kleur dan ze oorspronkelijk deden. Hiermee is het koekoeksei direct te herkennen en kunnen drastische maatregelen genomen worden. Namelijk het ei van de parasiet direct na de leg uit het nest verwijderen.
Ik ben benieuwd wat het antwoord van de koekoek hierop is? Dit strategisch spel is nog niet uitgespeeld. De koekoek is aan zet!

Wil je meer weten van deze stiekemerd, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=117

maandag 29 mei 2017

Het blijft niet bij 200.

een jubileum moet op een gepaste manier gevierd worden
Niet alleen vogels vliegen voorbij maar ook de tijd vliegt voorbij. Op 7 juli 2015 schreef ik mijn eerste blog over de jonge ransuil die onze tuin als zomerverblijf had uitgekozen. We genoten toen elke avond van zijn vertrek uit de acacia die achterin de tuin staat. Steevast op hetzelfde tijdstip zagen we hem op jacht gaan. Deze gebeurtenis was voor mij aanleiding om te gaan "bloggen" en inmiddels is dit nummer 200. Twee keer per week een stukje schrijven over vogels en de Oranjepolder werd de regelmaat die mij hielp om scherper te leren kijken en luisteren naar vogels. Het is voor mij absoluut de beste leerschool geweest.

De Oranjepolder met zicht op de natuurtuin aan de Domeinweg
Want dat is wel waar het schrijven van stukjes van afhankelijk is, interessante waarnemingen doen. En interessante waarnemingen doe je alleen maar als je bewust luistert en kijkt naar de natuur om je heen. Gedachteloos, het hoofd lekker leeg maken tijdens een wandeling is ook fijn maar levert weinig materiaal voor een stukje op. Ik ben er nu scherp op, wat zit daar, wat vliegt daar hoog in de lucht en wat is dat geluidje toch. En, ik ken die zang maar wat is de naam van dat vogeltje ook alweer? wel of geen oogstreep wel of niet voorbij het oog, lichte pootjes, donkere pootjes, schud maar in mijn pet.. Zo ging het de maanden daarna. Vaak ook geholpen door Wies, die ook scherp geworden, steeds zegt als ik vertel over wat ik onderweg zag, "daar zit wel een stukje in"!

jonge gewonde boomvalk
Al twee jaar genoeg inspiratie, genoeg te beleven en te genieten. Die twee jaar heeft ook een hele mooie Oranje- polderlijst met bijzondere soorten opgeleverd, broedende roodborsttapuiten, broedende boomvalken, regenwulpen, velduilen, bosrietzangers, kleine- en wilde zwanen, ijsvogels, blauwe kiekendief, paapje, gekraagde roodstaart, blauwborst, waterral, zwartkopmeeuw, tafeleend, broedende grasmussen, "onze" ransuil enzovoorts, enzovoorts.

Maar bij een vogel die ik deze afgelopen jaren in de Oranje- polder zo graag zag en hoorde moet ik tijdens mijn jubileum wel even stilstaan. Het is namelijk de patrijs. Deze prachtige hoender, vogel van de akkerranden en vooral van de schemer, want dan hoor je hem al van ver, is de laatste paar jaar parallel aan de landelijke trend sterk achteruitgegaan. Van 5 roepende mannetjes naar slechts 1 roepend mannetje dit jaar. Gelukkig hoorde ik gisterenavond dat mannetje nog roepen, dus hij zit er nog. Het zal toch niet waar zijn dat we deze vogel gaan verliezen? Een verlies van 80% in twee jaar herstel je zomaar, niet zonder ingrijpende maatregelen en die zijn niet gepland. Gelukkig zijn er her en der in Brabant mooie initiatieven om de patrijs een helpende hand toe te steken en zo de teruggang tegen te gaan. Wie weet gaat dat hier in de buurt ook nog eens gebeuren.

Wil je meer weten van de oer Hollandse akkervogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=164

vrijdag 26 mei 2017

Vroege wandelingetjes.

Om een uur of zes in de ochtend is het eigenlijk wel de beste tijd om de polder in te gaan. Met name het pad wat langs het Kromgat loopt, is het meest interessant. In het broedseizoen laten de vogels zich graag horen en je hebt dan in alle vroegte nog geen "last" van wandelaars, hondenuitlaters en fietsers. Deze ochtend leverde de vroege vogelwandeling door de Oranjepolder weer een aantal bijzondere soorten op, soorten die je normaalgesproken niet direct zou verwachten in een strak en vrij eenzijdig poldertje.
en niet te vergeten, de koolmees
Je kunt dan denken aan de rietzanger, gele kwikstaart, roodborsttapuit, koekoek, grasmus, blauwborst, kleine karekiet en sinds vorige week de bosrietzanger. Toch zeker de moeite waard maar ik moet er ook bij zeggen dat het geen garantie is om deze soorten tijdens elke wandeling te horen of te zien. Elke keer weer nieuwe verassingen en soms ook teleurstellingen.

Zo zat aan de Otterweg een knobbelzwaan te broeden. Een van de twee koppels die in de Oranje- polder leeft, had hun nest op de hoek van een brede vliet en een zijsloot gebouwd. Onverstoorbaar zat het vrouwtje daar op haar eieren, veilig aan de overkant van het water. Tenminste dat dachten wij totdat op een dag de zwanen ons tegemoet zwommen. Een mooie gelegenheid om in het nest te kijken zei ik nog.
vernield zwanennest
Helaas want dat was niet meer mogelijk, het nest was vernield en in de sloot gegooid. Van de eieren was geen spoor meer te vinden, waarschijnlijk weggehaald of in de sloot gegooid. Wat de reden van deze daad is, kan ik maar niet bedenken. Nu maar hopen dat de zwanen nog een tweede poging doen maar ik vrees het ergste en moeten we dit broedseizoen voor dit koppel als verloren beschouwen.

Gelukkig maak ik meer vrolijke momenten mee en ik ben in afwachting van de aankomst van de boomvalk want die moet eerdaags in de Oranjepolder arriveren. Al jaren achtereen broedt deze schaarse roofvogel in de Oranjepolder en ik gok er op dat dat dit jaar ook weer gaat gebeuren.

dinsdag 23 mei 2017

Bandparodist in de polder.

Lang geleden maakten we kennis met de bandparodist. Dit is een verre voorvader van de playback show van Henny Huisman. De zanger imiteert bekende zangers en heeft delen van een reeks bekende liedjes achter elkaar gezet en zingt die dan na. Wij moesten daar afgelopen donderdag aan denken toen we 's-avonds door de Oranjepolder wandelden.

We hoorden namelijk de eerste bosrietzanger van het seizoen voorzichtig zijn lied zingen. Pas vanaf half mei komen de bosrietzangers weer in ons land aan. We herkenden de alarmroep van de merel, het roepje van de koolmees, het gebabbel van een spreeuw en het geratel van de kleine karekiet.. Een heerlijk geluid en lekker makkelijk. Je hoeft maar naar een vogel te luisteren om ze allemaal te horen. Wat een prima vinding is dat toch geweest, een bosrietzanger.

De bosrietzanger is de laatste zanger die terugkomt uit Afrika. Alles is alweer terug, bakent zijn territorium af en er zijn er die zelfs al volop aan het broeden zijn. De bosrietzanger moet via Oost Afrika helemaal uit Zuid Afrika komen en legt dus een grote afstand af. Langer en verder dan de meeste andere zangers.

Ik weet nog dat ik in de Biesbosch tijdens een BMP inventarisatie, zo'n vijf, zes jaar geleden op het verkeerde been werd gezet door een net teruggekeerde bosrietzanger. Zijn geluid was nog niet op mijn harde schijf geëtst, zoals bijvoorbeeld het geluid van de nachtegaal of zwartkop dat wel zijn. Maar sindsdien loer ik op het vroegste geluid van de bosrietzanger en afgelopen donderdag was het voor dit jaar zover. Nog een beetje voorzichtig en nog niet voluit en uitbundig zat deze bosrietzanger zijn best te doen in een wilgenstruik langs het Kromgat.

Prachtig om te horen en nu maar hopen dat deze vogel dit ook een goed plekje vindt om de komende tijd zijn territorium verder in te richten. Zijn voorkeur gaat uit naar vochtige ruigtekruiden, niet zozeer naar overjarige rietkragen.

Wil je meer weten van deze kleine vogel met het gouden keeltje, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=20

vrijdag 19 mei 2017

En krassen maar!

Wat kwam het dit jaar toch langzaam op gang, de aankomst of terugkeer van de grasmus in de Oranjepolder. Ik had de grasmus al op verschillende plaatsten gehoord, in de Biesbosch, in Zeeland, langs de Donge in 's-Gravenmoer maar nog steeds niet in Oosterhout. Dat duurde tot dertig april, toen hoorde ik de eerste grasmus in de Oranjepolder, twee weken later dan afgelopen jaar toen ik de eerste grasmus al op 17 april hoorde.

Ik heb overigens het idee dat alles wat later terug is gekomen dan vorig jaar. Dat kan aan van alles liggen, droogte en harde wind in Afrika, weinig voedsel waardoor te weinig reserves opgebouwd zijn en langer gefoerageerd moet worden, de vogeljacht op Malta, slecht weer in zuid Europa, noem maar op. En wat ook nog eens opvalt, is het lagere aantal teruggekeerde grasmussen, waren dat er vorig jaar nog acht die langs Het Kromgat zaten te krassen, nu zijn dat er slechts drie. In de omstandigheden hier is niets veranderd, dus daar kan het niet aan liggen.

De grasmus is ook zo'n vogelsoort, net als de roodborsttapuit, die het in de afgelopen jaren steeds beter is gaan doen. Alleen hebben we nu in de Oranjepolder met een terugval te maken. Zou dat wat te maken hebben met de moeilijkere omstandigheden in de overwinterings- gebieden? Het kan natuurlijk ook zijn dat het nog steeds goed met ze gaat en er nog een aantal bij gaan komen maar dat is afwachten.

Het kenmerkende roepje maakt nu plaats voor baltszang en worden de territoria verdeeld en ingericht voor de komst van nieuw grasmussen geluk. Wat opvalt is dat grasmussen veel minder schuw zijn dan bijvoorbeeld zwartkoppen. Ze durven gerust op een meter of vijf, in het volle zicht te gaan zitten zingen. Zwartkoppen zijn ook van die uitgesproken zomergasten die je hier in de Oranjepolder kunt tegenkomen. Ik tel hier ongeveer acht zingende mannetjes, alleen al langs Het Kromgat. rond de velden van SCO en de schaatsvereniging.

Wil je meer weten van de krasser der krassers, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=57

dinsdag 16 mei 2017

Verhuizen, verhuizen.

Een van de vogelsoorten die het in Nederland de afgelopen jaren steeds beter is gaan doen is de roodborsttapuit. Landelijk nemen de aantallen nog steeds toe en het is echt niet moeilijk om er ergens een te zien. In de meeste polders rond Oosterhout zijn ze wel te vinden, in de Willemspolder aan de Dongekant, de polder tussen Den Hout en Terheijden en de Oranjepolder zijn vaste stekken voor de Roodborsttapuit. Maar ook in de Boswachterij Dorst zie je ze op de struikjes op de open vlaktes zitten.

Vorig jaar zat een koppel roodborsttapuiten net buiten onze wijk aan de rand van Oranjepolder. Dit koppel was verhuisd van de westelijke hoek van de polder naar hier omdat de boeren daar alle weipalen hadden opgeruimd en de akkerranden bij de velden hadden getrokken. Er was geen goede nestgelegenheid en zangpost beschikbaar. Maar dat was geen ramp, aan onze kant waren nog
voldoende bruikbare akkerranden. Dat leverde vorig jaar een succesvol legsel met drie jongen op die begin juni uitvlogen.

Ik had er dit jaar ook weer goede hoop op dat het koppel hier opnieuw ging broeden. Ik zag ze begin april op het prikkeldraad zitten en het mannetje liet zich elke ochtend met zijn baltslied goed horen. De lange reis van Afrika naar Oosterhout was gelukkig goed verlopen. Niets stond een succesvol broedseizoen in de weg. Totdat de boer ook hier besloot om de weipalen op te ruimen en de akkerrand bij deze maisakker te betrekken. Ik baalde er flink van om deze mooie vogeltjes elk jaar zo opgedreven te zien worden.

Maar ook daar weten ze weer goed mee om te gaan en een week of wat later ontdekte ik ze langs de dijk van Het Kromgat, achterin de polder. Ze zijn wel heel flexibel en erg gehecht aan de Oranjepolder. Ze hebben daar nu hun nieuwe stek betrokken en laten zich elke dag wel horen en zien. Ik verwacht hier de komende weken ook weer jonge roodborsttapuiten te spotten. En tegelijkertijd vraag ik mij af waar ze volgend jaar weer terecht gaan komen want de boeren zitten niet stil in hun drang naar efficiëntie en optimalisatie van hun bedrijf.

Wil je meer weten van de roodborsttapuit, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=183

vrijdag 12 mei 2017

Een laatbloeier?


Een dikke maand geleden alweer, begon een koppel zwanen in het Kromgat met de bouw van een nest. Het zag er in mijn ogen veelbelovend uit, het nest groeide gestaag boven de waterspiegel uit en niets leek er op dat er een kink in de kabel zou komen. Sinds een week of twee zijn de zwanen vertrokken en ik denk dat een andere locatie gezocht is. Tenminste dat hoop ik, want de zwanen heb ik sindsdien niet meer in de polder gezien. Het lijkt er op dat al het werk voor niets is geweest.

Maar dat is dus niet zo, het nest is niet meer verlaten en onbruikbaar geworden, nee, het is alweer volop in gebruik want er zit nu een grauwe gans te broeden. Bijzonder want ik zie inmiddels grote crèches van twintig, dertig  jonge grauwe gansjes oftewel pullen, in de Muggenwaard rondscharrelen. Daar is de broedperiode alweer even achter de rug en zijn de ganzen al druk bezig met de opvoeding van de pullen.
 
Wat er nu met deze laatbloeier aan de hand is weet ik niet. Normaal heeft een grauwe gans maar een legsel per seizoen en is deze gans dus wel heel erg laat begonnen. Ook kiezen grauwe ganzen er meestal voor om in losse kolonies, in nabijheid van soortgenoten te broeden. En ook dat is dus uitzonderlijk bij ons in de polder, ze is helemaal alleen. Ook haar partner is in geen velden of wegen te bekennen.

Ik zie deze gans dus elke dag en heb tot nu toe slechts een keer even in het nest kunnen kijken en zag wel een aantal eieren liggen. Het exacte aantal heb ik niet kunnen waarnemen en ik wil de vogel ook niet verstoren. De komende tijd houd ik deze moeder gans goed in de gaten en hoop dat flink wat gezonde ganzen uit het ei gaan komen al denken de meeste boeren daar waarschijnlijk wel anders over.

Wil je meer weten van deze succesvolste gans van Nederland, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/?vogel=61