vrijdag 30 maart 2018

Buizerds en eksters, vrienden?

geel=buizerdnest, groen=eksternest
Toen ik vorige week de strijd tussen de nijlganzen en de buizerd op haar nest gadesloeg, zag ik dat in de dezelfde boom, een metertje of vier hoger een eksterpaar ook een nest had gebouwd. Deze eksters zijn dus niet bang van de buizerd en nemen toch een zeker risico dat de buizerd het over enige tijd wel eens voorzien kan hebben op de jonge ekstertjes. De jonge buizerdjes moeten straks ook eten.

Van de andere kant zou het dus ook wel eens een slimmig-heidje van de eksters kunnen zijn. Als je weleens naar de nesten van een ekster kijkt dan zie je een immens bouwwerk, veel groter dan nodig en heel vaak ook met een afdak erboven. Dat dak is niet om lekker uit de wind of regen te zitten maar om de kraaien uit het nest te houden. Want vergis je niet, die kraaien maken nogal wat slachtoffers in de vogelwereld door nesten leeg te roven. Eieren en jonge vogeltjes staan de komende maanden hoog bovenaan op het menu van de kraai.
vrouwtje, rechtsboven op het nest

Nu zijn kraaien en buizerds geen vrienden en je ziet ze dan ook altijd ruziën. Kraaien pesten de buizerd door schijnaanvallen uit te voeren en ze doen erg veel moeite om de buizerd uit hun gebied te verdrijven.

Dus ik dacht zomaar dat dit eksterkoppel wel eens gebruik zou kunnen maken van de bescherming van de buizerd. Lekker dichtbij een nest bouwen en je verder geen zorgen maken om de kraaien in de buurt. Als de kraaien ook maar in de buurt van het nest durven te komen, zal de buizerd de aanval kiezen en net als de nijlganzen, ook de kraaien verjagen en op veilige afstand houden.

Het mannetje is altijd in de buurt.
Deze samenwerkingsvorm wordt met een mooi woord ook wel commensalisme genoemd. De ene partij, in dit geval de ekster, profiteert van de andere partij, waarbij de gastheer, de buizerd geen nadeel ondervindt. Een mooie samenwerking en daar is nu, zolang er nog geen blad aan de boom zit, volop van te genieten.

Twee bomen in een verder vrijwel kale polder met de strijd tussen nijlganzen en de buizerd, de ekster die weer van diezelfde buizerd profiteert, de loerende kraaien die op afstand worden gehouden en de dikke wat dommige houtduiven die daar tussendoor fladderen. Het is een complexe leefsituatie op micro niveau.

Wil je meer weten van de meest voorkomende roofvogel van Nederland, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/buizerd

dinsdag 27 maart 2018

Buizerds belaagd

 
In de linkse boom zit het bewuste nest
In de Oranjepolder broeden een paar koppels buizerds, ver genoeg uit elkaar zodat er maar weinig ruzie wordt gemaakt. Maar ik zag afgelopen week toch buizerds ruzie maken, vlak bij het nest wat vorig jaar ook door een koppel buizerds gebruikt is. Ik zag een vogel op het nest zitten en daar vlak naast wat gerommel in de dichte takken van de nestboom.

Het bleek geen ruzie tussen buizerds te zijn maar een ruzie tussen een koppel buizerds en een nijlgans. De nijlgans zat op het nest en probeerde de buizerds van het lijf te houden.

Die nijlgans moet je overigens niet onderschatten want de nijlgans staat er om bekend dat hij nogal agressief is. Er zijn nogal wat vogels die plaats moeten maken als de nijlgans zijn zinnen heeft gezet op een boomnest.

een van de buizerds die in de Oranjepolder rondhangt
Je zou het niet zeggen maar de nijlgans broedt in een boom en de jongen springen dus van een flinke hoogte gewoon naar beneden. Dat is trouwens niet ongebruikelijk in de eenden- en ganzen wereld. Denk maar eens aan de brilduiker en de brandgans, die presteren hetzelfde. De brandgans is helemaal een stuntvogel, de jongen springen van steile rotswanden naar beneden en waggelen na de harde landing gewoon naar het water.

Maar terug naar onze buizerd, die had het dus zogezegd verre van makkelijk. Het is een vogel die amper wat te duchten heeft en vrijwel geen angst kent. Andere vogels zoals eksters en kraaien vallen hem wel lastig maar hij trekt zich daar maar weinig van aan. Hij heeft alleen wat te duchten van ons en onze auto's.

Dus dit moet wel een hele bijzondere gewaarwording voor hem zijn geweest, een gans zonder scherpe snavel of klauwen die het aandurft om een grote roofvogel voor de voeten te lopen. Leuk om deze strijd gade te slaan en die exoot van een nijlgans die ik niet echt waardeer, heeft met deze actie, van mij toch weer wat meer respect gekregen.

Wil je meer weten van de nijlgans, maar dat kan ik niet geloven, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nijlgans

vrijdag 23 maart 2018

Roodborsttapuit.

Vorige maand zag ik de eerste roodborsttapuit, niet hier in de Oranjepolder, maar in Zeeland. Ze kwamen dus al terug uit zuid Europa waar ze de winter doorgebracht hadden en vanaf dat moment lette ik in de Oranjepolder goed op.

Bij ons in de polder broeden namelijk al jaren twee, drie paartjes roodborsttapuiten, waarvan een koppeltje in de greppel tegenover de ijsbaan van IJSO. Afgelopen jaar heb ik geen goed zicht gehad op de voortgang van dit broedgevalletje maar in 2016 heb ik ze goed gevolgd.

vrouwtje roodborsttapuit
In april 2016 was het eerste legsel succesvol, drie jongen vlogen uit en je kon de polder niet inkomen of je hoorde de hele familie alarmeren. De jongen zaten graag in het zonnetje op de omheining van de ijsbaan en waren zich niet bewust van enig gevaar. De ouders waren des te angstig en probeerden je met hun getik, want zo klinkt het alarmgeluidje van de roodborsttapuit, af te leiden.

De roodborsttapuit is een broedvogel van de weides op de zandgronden en houdt ook van wat struikgewas. Niets van deze voorkeur zie je bij ons in de polder terug maar dat maakt ze dus niets uit. Op de een of andere manier is dit gebied toch interessant voor ze. Het nest wordt op of dichtbij de grond gemaakt. Ze zitten met name graag in de slootkant en daar gebeurt meestal maar weinig.

Jammer genoeg zijn in de Oranjepolder heel wat weidepaaltjes en prikkeldraad door de boeren opgeruimd en daar zitten ze juist graag op. Een uitkijkpost of zangpost hebben ze echt nodig om duidelijk te maken dat ze er zitten. Niet voor ons maar voor andere roodborsttapuiten.

Wil je meer weten van deze kleine poldervogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/roodborsttapuit

dinsdag 20 maart 2018

Grutto's gearriveerd.

de grutto's in de Muggenwaard denken maar aan een ding...... eten, eten, eten.
Alweer een paar weken arriveren plukjes grutto's in de Noordwaard en dan specifiek in de Muggenwaard. Dit grote natte gebied aan de noordkant van de Biesbosch is inmiddels een van de belangrijkste slaap- en foerageergebieden voor grutto's van Nederland. Aan het eind van de dag verzamelen de grutto's zich hier in een enorme groep en foerageren ze wat ze kunnen. Er zijn dagen dat meer dan 4.000 grutto's in de Noordwaard slapen en eten. Aansterken van de lange tocht van wel 5.000 kilometer die ze in een dag of vier, vijf afleggen naar Nederland. Ze steken de Sahara in een keer over en vliegen met een gemiddelde snelheid van 70 kilometer per uur naar Nederland.

uitgehongerd hebben ze alleen maar oog voor het bodemleven.
Eenmaal aangekomen in Nederland moeten ze aansterken om aan het broedseizoen te kunnen beginnen. Broeden doen ze niet bij ons in de Noordwaard maar in Noord Holland, het Groene Hart en natuurlijk in het grutto bolwerk van Nederland, Friesland.

Als je de grutto's zo bezig ziet, kop in het water en af en toe even adem- halen, snap je wel dat deze tocht heel veel energie gekost heeft. Zonder deze grote slikplaten met rijk bodemleven is het voor de grutto's heel lastig om te overleven. De aantallen grutto's gaan toch al razendsnel achteruit en zijn er nog maar een kleine 30.000 broedparen over. Dat waren er een paar jaar geleden nog 120.000.

Wat misschien niet iedereen weet, is dat 90% van alle grutto's, zeg maar gerust de wereldpopulatie, in Nederland broedt. Wij zijn dus verantwoordelijk voor het voortbestaan van onze nationale vogel, want dat istie ook nog eens. De Grutto, de nationale vogel van Nederland, die wij gerust laten creperen. Toch een beetje jammer zo.

Wil je meer weten van deze steeds schaarser wordende Nederlandse broedvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grutto

vrijdag 16 maart 2018

Boerenslimheid.

een vroege maartse ochtend in de Oranjepolder, vlakbij de Millenniumplas
Er zijn nog altijd van die boeren die maar niet met rare oude gewoontes van vroeger kunnen breken. Een oude gewoonte, want een oude traditie wil ik het niet noemen, is het in een akker ophangen van een paar dode kraaien om zo de kraaien uit een pas ingezaaide akker te houden. Iedereen weet dat dat gewoonweg niet werkt.

Zijn de boeren haantje de voorste als er een manier te vinden is om aan extra geld te komen, rommelen met de veestapel boekhouding, illegaal mest dumpen of noem maar wat op waar makkelijk geld mee te verdienen is en ze zijn er bij. Zeg maar dat ze altijd openstaan voor "vernieuwingen".

een onnodig gestorven kraai
Wat die boeren onderschatten, is de intelligentie van een kraai, die hou je echt niet voor de gek. Een kraai zal misschien even de kat uit de boom kijken, maar is er al heel snel achter dat die dode soortgenoot, bungelend aan een touwtje, geen gevaar meer vormt. De boer is uit het zicht verdwenen en dan is het al gauw weer goed voor de kraai en gaat hij op onderzoek uit. De gemorste zaden heeft hij zo gevonden en ook de houtduiven volgen dan snel en wordt de akker schoongeveegd.

Ook een gaskanon dat om de paar minuten een oorverdovende knal geeft, vogelverschrikkers in het veld, vliegers in de vorm van een roofvogel, zilverpapier aan een stokje, noem het maar op, niets werkt. Daar zijn die kraaien gewoonweg te slim voor, die hebben alles zo door.

Hoe komt het toch dat een boer dat niet in de gaten heeft en doorgaat met deze onnozele bestrijdingsmethode? Ik vind het jammer voor die dode kraaien en een trieste aanblik en niet meer van deze tijd.

Steeds meer boeren beginnen er ook iets van te snappen en sluiten zich aan bij een Agrarische Natuur Vereniging en daar is geen plaats voor dit gedrag, Alhoewel ik ook altijd weer denk, als een boer meedoet, wat zit daar dan achter? Veel boeren gaan plat gezegd voor het geld en zullen ook hier weer zoeken naar de eerder genoemde "vernieuwingen". Niet voor niets zijn 25% van alle miljonairs in Nederland veehouders.

maandag 12 maart 2018

Hoog bezoek in de Oranjepolder

winterse aanblik van de Oranjepolder
Hoog bezoek in de Oranjepolder, dat kun je van de jagende mannetjes blauwe kiekendief wel zeggen. Want normaal gesproken laten deze roofvogels de Oranjepolder links liggen. Onze polder is net iets te klein en misschien zelfs te "schraal" voor deze jager. Elke winter doen ze de Gecombineerde Willemspolder wel aan en verblijven ze daar ook enige tijd.

Maar dan heb je het ook over een polder die een keer of drie groter is en wat volgens mij het allerbelangrijkste is, dat in de Willems-polder geen "recreatiedruk" is. Dit is nog echt agrarisch gebied terwijl de Oranjepolder ook een uitgestrekt wandel-, hondenuitlaat-, hardloop- en fietsgebied is. De Oranjepolder grenst naadloos tegen de wijk Dommelbergen aan en is ook nog eens verkeersluw, er lopen geen doorgaande verkeerswegen doorheen.
jagende blauwe kiekendief
De blauwe kiekendief van een paar dagen geleden was net als op de foto bijna wit met een lichtblauw zweem op het verenpakket, de handpennen zagen er in het vroege ochtendlicht extra zwart uit. Het leken wel vingers, klaar om de eerste beste muis die zijn kop boven de wit bevroren grassprieten uitstak, vast te grijpen. Traag danste deze man laag over de velden en dat is nou precies wat een blauwe kiek hoort te doen, een beetje in de vleugels hangen, waardoor er altijd een soort "V" te zien is.

2017 blauwe kiek in de Willemspolder
Op de een of andere manier valt deze vogel altijd direct op. Nooit maar dan ook nooit te verwarren met de meeuwen die hier ook altijd rondvliegen. Vrijwel direct valt mijn oog op deze vogel en herken ik hem ook gelijk. En deze keer was dat dus in de Oranjepolder, de bonus van de ochtend kun je wel zeggen.

De blauwe kiekendief zal binnenkort wel weer noord- en oostwaarts vliegen want ook hij zal aan het broedseizoen in Scandinavië, het oosten van Europa tot in noord Rusland mee willen doen.

Wil je meer weten van de "vorstelijke" verschijning, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/blauwe-kiekendief

vrijdag 9 maart 2018

Kleine zwanen naar huis.

de laatste kleine zwaan op 22 februari van dit jaar.
Vanmorgen, acht maart, liep ik door de Gecombineerde Willemspolder en ik had nog de stille hoop een paar kleine zwanen te zien. Maar helaas, of eigenlijk moet ik gewoon blij zijn dat de kleine zwanen de winter hier weer probleemloos hebben doorgebracht, waren de zwanen vertrokken. Ze hebben hier de hele winter flink gewerkt aan een goede conditie om de lange terugreis weer aan te kunnen.

Dit jaar was het aantal jonge zwanen weer minder dan de jaren ervoor. Wat moet dat dan toch worden met deze wintergast. Elk jaar dus minder en minder zwanen bij ons op bezoek en dat kan om verschillende redenen zijn.

De mildere winters die ook in het noorden een stuk zachter zijn waardoor daar ook voldoende voedsel beschikbaar is. En wat echt erg zou zijn, is dat er steeds minder jonge aanwas is, waardoor de populatie steeds kleiner wordt.

de rand van de winterse Willemspolder
Van de grote groep kleine zwanen waar ik vorig jaar de halsbanden van heb af kunnen lezen is een groot deel niet eens naar Nederland gekomen. de meeste zijn in Duitsland, Osterode Niedersachsen en in Finland, Tohmajärvi Asema gebleven. Ook goed want dat scheelt weer heel wat kilometers minder vliegen.

Dat de aantallen hier afnemen door de eerst genoemde mogelijke reden, is niet erg alleen maar jammer te noemen omdat we dan steeds minder van de aanwezigheid van kleine zwanen hier kunnen genieten. De tweede reden en dat is helaas de realiteit, nemen de aantal steeds verder af en komt de soort behoorlijk onder druk te staan. Een mogelijke oplossing of beschermingsmaatregel die ervoor zorgt dat de aantellen weer toenemen, heb ik nog nergens kunnen terugvinden.

Laten we hopen dat de wetenschappers die druk met het analyseren van de ringgegevens en GPS data bezig zijn een duurzame oplossing voor de toekomst weten te vinden.

Wil je meer weten van deze sneeuwwitte verschijning met gele snavel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kleine-zwaan

dinsdag 6 maart 2018

Scholeksters doen ook mee.


De kieviten zijn al in de polder te zien en te horen. De eerste korte baltsvluchtjes worden al gemaakt. Soms een roepje en het is aftellen wanneer het helemaal losgaat. De afgelopen week heeft het flink gevroren en zijn best wat vogels "even" weggeweest, maar amper een dag na de invallende dooi zijn ze alweer terug. Over minder dan een maand wordt het eerste kievitsei alweer gevonden. Dan is het nu dus nog wachten op de eerste scholeksters in de polder.

De scholeksters broeden namelijk ook in de Willemspolder maar in veel kleinere aantallen dan de kievit. Het zijn maximaal een koppel of vier scholeksters en er broedt hier ook een enkele wulp.

de Oranjepolder ligt er nog winters bij maar is ook klaar voor de weidevogels
De scholekster is van oorsprong een kustvogel die door voedselgebrek steeds vaker landinwaarts te vinden is. Behalve in de winter, dan zit de scholekster aan de kust en is dus afwezig in het binnenland
De nesten van de scholekster lijken eigenlijk nergens op, de eieren worden zo in de kleibodem van de akkers gelegd en met wat geluk wordt de moeite genomen om er een paar strootjes bij te leggen.


amper een nest te noemen
In de Oranjepolder broeden amper een handvol kieviten en ik vermoed dat slechts een koppel scholeksters deze polder steeds uitkiezen om een broedpoging te doen. Het is ieder jaar ook dezelfde akker die daarvoor uitgekozen wordt. De boer waar deze akker van is, kijkt niet zo nauw en ik zie elk jaar dat hij zijn bewerkingsrondes gewoon doet en geen rekening houdt met de broedvogels.

Pas na de diverse bewerkingen, ploegen, mest uitrijden, zaaien en soms ook bestrijdingsmiddelen spuiten doen de kieviten een tweede broedpoging en daar vliegen er dan wel een paar van uit. Niet noemenswaardig veel dus. De scholekster heb ik tot op heden niet kunnen "betrappen" op een tweede legsel in de Oranjepolder. Jammer maar wie weet let ik gewoon niet goed op en vliegen er elk jaar toch een paar jonge bonte pietjes uit.

Wil je meer weten van de bonte piet, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/scholekster


vrijdag 2 maart 2018

Kieviten de weg kwijt?

Het zit nu al een week rond het vriespunt en
's-nachts vriest het zelfs matig. De harde Oost- Noordoosten wind zorgt voor een gevoels-temperatuur van min vijftien of kouder. het is echt geen pretje om naar buiten te gaan. Toch had ik vanmorgen de stoute schoenen aange-trokken en ben nog voordat het licht werd naar de Boswachterij Dorst gegaan. Een vroege vogelwandeling werd het niet, de vogels hadden er met dit weer ook niet veel zin in, dus het werd een wandeling in een stevig marstempo.

hier vlogen de twee kieviten op.
Bij het oude natuurzwembad Surae vlogen vlak voor mij twee vogels op, en dat bleken dus kieviten te zijn. Kieviten in het bos zien, is heel bijzonder en ook bijzonder omdat van kieviten bekend is dat zij in een stevige vorstperiode wegtrekken. De kieviten trekken met de vorstgrens mee naar de gebieden waar het minder koud is. Dat kan Zuid-België of Frankrijk zijn maar veel verder weg gaan ze niet. Dus dat deze twee in het bos zaten, is bijzonder te noemen.

Nu zijn kieviten ook wel bikkels want kou of geen kou, vorst of geen vorst als ze eenmaal broeden, blijven ze gewoon op de nesten zitten en trekken ze niet met de vorstgrens mee weg. Dus zou het kunnen dat deze vogels gewoon tijdelijk de beschutting van het bos opzoeken om niet teveel tijd kwijt te zijn met heen en weer vliegen.

Of doen ze dit om energie te sparen, want die extra uren vliegen kosten natuurlijk veel energie. Als kieviten deze afweging kunnen maken, waarom doen alle kieviten dat dan niet. Ik zag er vanmorgen namelijk maar twee in het bos en in de Willemspolder alleen al, zitten zeker een vijftig koppels broedende kieviten.

De broeddrang zal er zeker toe doen en ervoor zorgen dat ondanks de kou, de kievieten niet direct ver wegtrekken. De extra energie die zo gespaard wordt hebben ze de komende weken hard nodig.

dinsdag 27 februari 2018

Zingende boomleeuwen

veldleeuwerik
Veldleeuweriken laten zich alweer een paar weken goed horen. De eerste hoorde ik eind januari in Oostdijk aan de kust zingen en daarna heb ik de veldleeuwerik in verschillende gebieden horen zingen. Het dichtst bij huis was de polder Muggenwaard in de Biesbosch. De meeste leeuweriken trekken in de winter weg maar er blijven er ook als de winter maar zacht genoeg is.

Maar de boomleeuwerik is een ander verhaal, die zingen pas sinds een weekje. De eerste hoorde ik afgelopen woensdag in de Boswachterij Dorst zingen en vandaag zat een boomleeuwerik op de Regte Heide bij Riel zingen. Meer specifiek, hij zong bij "De Halve Maan" in het gebied De Regte Heide. Een prachtig gevarieerd gebied met uitgestrekte heidevelden met her en der een berk of dennenboom.
Maar ook dennen- en loofbossen, vennen en
boomleeuwerik in de top van een struik
een mooie vogelkijkhut die wat hoger ligt en een groot deel van het gebied overziet.

De plek is ideaal voor de boomleeuwerik en lijkt ook op de open vlakte bij Surae en hier zitten de komende weken nog veel meer boom-leeuweriken te zingen. Nog een maandje later komt daar de boompieper bij die ook van dit gebied houdt. Een aantal boomleeuweriken overwintert ook gewoon hier maar zingen doen ze dus pas vanaf half februari.

Maar goed dat je ze nu al hoort en ziet want over een maand komt daar de boompieper bij die er zo op het eerste gezicht erg op lijkt. Dus verwarren van de twee is nu in deze tijd onmogelijk en maakt het voor even lekker makkelijk. De boompieper zit in dezelfde biotoop maar zingt anders en de baltsvlucht is ook anders. In Surae gaan we ze zeker ook naast elkaar zien en horen.

Wil je meer weten van deze boszanger, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/boomleeuwerik

donderdag 22 februari 2018

Luchtacrobatiek.

vrouwtje kievit met broedvlek op de borst
Baltsende kieviten, daar denk je niet direct aan als je op het nieuws hoort dat er de komende week volop geschaatst kan worden. Maar toch zag ik de eerste kieviten boven de maïsakkers buitelen en de bekende "kiejuh-whiep" geluiden de lucht inslingeren. In de Gecombineerde Willemspolder broeden nog redelijk wat kieviten en pas over een maand komen we met de weidevogelbescherming samen. Het wordt dan de eerste bijeenkomst van het seizoen en de week erna gaan we het veld in om nesten te zoeken en te beschermen.

Het lijkt allemaal nog ver weg maar de kieviten denken daar dus duidelijk anders over. Ik vermoed dat we dit jaar een goede kans maken om het eerste kievitsei te vinden. Dat klinkt misschien stoer maar de kieviten in de polder hebben de beschikking over een paar ideale akkers om hun eerste ei te leggen.

Een paar maïsstoppelakkers van vorig jaar en enkele wintertarwe akkers maken een goede kans om de kievitenkraamkamer van 2018 te worden.Het is wel typisch dat de kieviten met name de akkers opzoeken waar ze vorig jaar ook zaten. Wat zou de reden hiervan zijn? Lekker vochtig, weinig bewerkingen door de boeren, amper predatie, ver weg van alle rumoer, wie zal het zeggen?

Het is een goed plan om de komende weken nog eens wat tijd in deze luchtacrobaten te steken, al was het maar om te genieten van deze voorbodes van de lente.

Wil je meer weten van deze luchtacrobaten, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kievit


dinsdag 20 februari 2018

Roeken aan het werk.


Het is half februari en de lente lijkt nog ver weg maar de biologische klok en misschien ook de meteorologische kalender, geven bij de vogels aan dat de lente er aankomt. Dat is op verschillende manieren waar te nemen, sommige vogels zingen al uit volle borst zoals de lijster, er zijn vogels die al baltsgedrag laten zien zoals bijvoorbeeld de bergeenden en de roeken zijn begonnen met de bouw van een nest voor de jongen van dit jaar.

is 't geen knappe kop?
De kolonies worden weer bezet en de vogels verzamelen zich, druk debatterend over de beste plekjes. Of ze hun plekje van afgelopen jaar claimen, of discussiëren over de partners of gezellig bijkletsen over de belevenissen van afgelopen jaar, kan ik er niet uit opmaken. Maar een herrie is het wel en ook vermakelijk om aan te zien.

De twaalf roekenkolonies die ik de komende maand weer tel, lieten afgelopen jaar een wisselend beeld zien. De ene kolonie werd groter, de andere werd juist weer kleiner. Alles bij elkaar opgeteld en afgetrokken zorgde voor een lichte stijging van het aantal bezette nesten. Het gaat dus bij ons in de buurt niet slechter met deze zo serieus kijkende vogel, want dat doen ze!
 

De nesten maken ze vaak door takken af te breken van de boom waarin genesteld wordt. De nesten zien er ook degelijk uit maar na het broedseizoen is de aftakeling en het complete verval van de kraamkamer aanzienlijk. Je ziet na het broedseizoen niets meer van die nesten in de bomen zitten terwijl de nesten van kraaien wel blijven zitten en nog wel een jaartje mee kunnen en volgens mij een stuk degelijker zijn. Die oude kraaiennesten krijgen soms wel eens een tweede leven als een boomvalk of ransuil er dankbaar gebruik van maakt..

Wil je meer weten van deze koloniebroeder, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/roek

vrijdag 16 februari 2018

De drie van Surae.

               kuifmees                                                zwarte mees                                                  matkop                                  
Steeds meer vogels laten zich nadrukkelijk horen en dat is natuurlijk ook niet gek. We zitten al half februari en de voorbereidingen voor het voorjaar worden al gemaakt. En in de vogelwereld betekent dat je al laat horen dat je er bent en welk plekje van jou is. De afgelopen weken waren de spechten al onrustig en riepen soms en er werd al een voorzichtig roffeltje geproduceerd. De drukste specht van het bos is wel de zwarte specht die zijn drie bekende geluiden volop laat horen, cruu, cruu, cruu en een luid miauwend geluid tot het steeds snellere op een vliegwiel lijkende roep.

En sinds de afgelopen dagen zijn ook de mezen wat nadrukkelijker aanwezig. Van eerst wat zachte roepjes, klinkt nu voluit getjilp. Maar broeden ze dan ook wel in onze bossen?

De zwarte mees voelt zich best thuis in de boswachterij Dorst, zandgronden en naaldbomen, daar houden ze van en ze zingen vanaf begin februari, dus deze zanger is hier ook thuis ook al zou je dat volgens de informatie van SOVON niet direct denken.

Dan de kuifmees, die houdt ook van naaldbomen en berken en laten die er nu volop in de boswachterij Dorst staan. Daarbij weet ik nu inmiddels ook dat ze erg aan hun territorium vasthouden. Die weet ik nu ook drie te vinden en ook hier is dat volgens SOVON geen standaard kuiven locatie.
matkopje
Als laatste kijk ik nog even naar de matkop, die hoor ik hier vrijwel elke keer als door de boswachterij loop. Misschien wel de  makkelijkste, als er maar dode bomen zijn, dan is het al snel goed. Daarom hoor en zie ik ze ook regelmatig in de Biesbosch. Daar heb ook zoveel dode bomen.

Maarrrrr, de matkop heeft een enorm territorium nodig, dus als je er een kan treffen is dat mazzel. En dat had ik vandaag, ik hoorde en zag deze drie van Surae vlak bij elkaar binnen een half uurtje wandelen.

dinsdag 13 februari 2018

Terug naar de kust.

sneeuwgors
Om hele bijzondere wintergasten te zien moet je helaas niet in de Oranjepolder of de Gecombineerde Willemspolder van Oosterhout rondlopen. Daar kun je wel terecht voor redelijk algemene wintergasten als de kleine zwanen en blauwe kiekendief.  Maar wil je de echte bijzondere wintergasten zien dan moet je gewoonweg naar de Zeeuwse of Zuid-Hollandse kust.
       frater                                       ijsgors         








       Met name de kust bij Oostdijk zorgt voor veel bijzondere waarnemingen. Het is vrijwel zeker dat je daar de sneeuwgorzen, ijsgorzen fraters en strandleeuweriken tegenkomt. Het lastige is echter dat in de groepen opvliegende vogels ook kneuen, rietgorzen en veldleeuweriken verstopt zitten. Dat maakt het determineren er niet makkelijker op. Deze vogels vliegen in groepen van dertig tot veertig vogels rond, vliegen vrij snel op en houden steeds een veilige afstand van een metertje of dertig of meer.
strandleeuwerik
Nou, ga d'r maar aanstaan. Wat dan weer wel helpt is foto's maken, veel foto's maken en thuis op de computer uitzoeken wat er allemaal tussen zat. Van de ene kant is dat wel frustrerend want je wilt elke vogel die je ziet vliegen ook herkennen maar licht en wind zijn nog weleens stoorzenders. En van de andere kant moet je daar ook niet te moeilijk over doen want deze soorten zie je maar enkele keren per jaar dus de hele specifieke kenmerken zitten niet direct in je bovenste kennislaatje.

De sneeuwgors is met al zijn verschillende kleurschakeringen en variaties nog de makkelijkste van het stel want er zit behoorlijk wat wit in het verenpakket.

Ook de strandleeuwerik valt op door de helder gele en zwart gekleurde kop. Maar in de vlucht valt dat nog niet mee. Wat mij opviel is dat deze strandleeuwerik net iets grote is dan alle andere voorbij scherende vogeltjes maar dat zie je dus alleen als ze bij elkaar zijn.

Wil je deze bijzondere wintergasten ook een keer zien, ga dan naar een keertje naar de kust bij Oostdijk op Goeree Overflakkee.

vrijdag 9 februari 2018

Geringde brandgans.

foeragerende brandganzen in de Biesbosch
Van brandganzen heb je eigenlijk altijd het idee dat ze hier in de winter naar toe komen en in het vroege voorjaar weer wegtrekken naar Siberië of Groenland. Maar het tegengestelde is vaak waar, de laatste jaren blijven veel brandganzen ook in de zomer hier en wordt er ook volop gebroed. In de Biesbosch zit ook zo'n "jaarrond" groep.

brandgans OHYH
Nu was ik deze week op Goeree Overflakkee en zag daar in de Koudehoek enorme groepen brandganzen zitten en ik dacht nog, dit zijn de echte brandganzen, die overwinteren hier en zijn straks ook weer vertrokken. In een van die twee grote groepen zat een geringde brandgans en dan wordt het pas echt leuk. De ringgegevens genoteerd en het lukt ook nog om een fotootje te maken. Ik was benieuwd waar deze vogel geringd was en waar hij in de afgelopen tijd allemaal was waargenomen.

Nou de teleurstelling was er, die was nou ook niet erg groot want het is maar een geringde vogel, dus waar hebben we het over. Deze mannetjes gans was sinds zijn ringdatum in 2012, Nederland nog niet uit geweest.

Sterker nog hij was de Provincie Zuid-Holland nog niet eens uit geweest. Geringd in Westplaat, Nederland en vervolgens zijn hele leventje m al in de buurt van Sommelsdijk, Westplaat en Goudswaard gebleven.

Waar ik hem nu ontdekte, bij Ouddorp, was wel zijn verste reis tot nu toe, "de avonturier" maar niet heus. Deze constatering zorgde ervoor dat ik weer terug moest denken aan de ganzenvangers die ik een jaar of drie, vier geleden had gesproken. Zij voorspelden dat de brandgans in de toekomst nog weleens onze grootste ganzengroep en dus ook grootste ganzenplaag zou worden. En dat begint
er nu al aardig op te lijken.

Wil je meer weten van deze voor Nederland nieuwe standvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/brandgans