donderdag 30 juni 2022

Futen in de maak.

nestinspectie
Gisterenochtend, de laatste dag van juni, liep ik door de Zonzeelse polder. Niet het meest spectaculaire vogelgebied in deze tijd van het jaar. Het gras staat namelijk hoog en de meeste vogels zijn klaar met broeden en houden hun snavel of zijn zelfs al vertrokken. Kieviten en grutto's zijn wat verderop de Amer overgestoken en verzamelen zich in de Noordwaard om te foerageren en uit te rusten. 

Toch is het in de Zonzeelse lekker wandelen want in de vroege ochtend komen daar niet veel mensen en dan heb je weleens kans op een verrassing. 
een mooi koppeltje futen
De ene keer een porseleinhoen die zich probeert te verstoppen in de rietkraag de andere keer een gezin vossen die zich in de ochtendzon zit te warmen. Gisteren was de verrassing niet spectaculair maar wel de moeite waard want een fuut zat haar nest te fatsoeneren en ik kon zo mooi in het nest kijken en zag dat ze vier eieren had gelegd.

Altijd leuk om zoiets te zien, zeker nu de vogels nog in hun mooiste kleed rondzwemmen. Komende winter zien ze er minder spectaculair uit en schuiven ze flink stuk op naar het Westen en kom je ze in flinke aantallen aan de kust tegen, net zo grijs/wit als de roodkeelduikers, kuifduikers en parelduikers. Ze lijken dan op een afstandje allemaal op elkaar. Ze schakelen dan net zo makkelijk over van zoet water naar zout water en worden niet zeeziek van de hoge golven.

Ondanks hun schitterende verenkleed zijn het wat anonieme vogels. Je komt ze overal tegen en ze stellen niet zulke hoge eisen aan hun leef- en broedgebied.en ik denk dat het daarom komt dat ik er niet zo veel aandacht aan besteed of het moet zijn zoals gisterenochtend dat je een mooi inkijkje in een nest hebt. Straks als de jongen uit het ei zijn gekropen breekt een drukke tijd aan voor de futen, De jongen zijn nestvlieders en zijn dus direct uit het ei in staat om zelf eten te zoeken en kunnen zich ook direct verplaatsen. Neemt niet weg dat pa en ma de "handen" vol hebben aan deze jonkies.

Wil je meer weten van deze mooie maar een beetje anonieme watervogel; klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/fuut

dinsdag 28 juni 2022

Uitgeteld voor 2022.

Noorderplaat, 17 juni vroeg
De laatste BMP telling(Broedvogel Monitoring Project) van dit seizoen zit er weer op. Dat is altijd een ochtend om weer met enige weemoed terug te kijken op een reeks van supermooie ochtenden met prachtige ervaringen en indrukken. Er is voor mij niet veel mooiers te bedenken. Deze laatste ochtend is ook een van de pittigste ochtenden van de reeks want de wekker gaat dan om 2.00 uur. Het is dan de bedoeling om uiterlijk om 3.15 uur weg te varen naar de Noorderplaat in de Biesbosch, voor mij de laatste BMP plot van het seizoen 2022. En dan moet je daar toch een uur voor zonsopkomst aanwezig zijn. 

kleine karekiet
Van de ene kant is dit een iets lastigere telling omdat je dan te maken hebt met net gearriveerde vogels en het verder vooral reeds aanwezige broedvogels zijn die of met hun tweede ronde bezig zijn of nog volop voedsel aan het zoeken zijn voor de jongen uit het eerste nest van dit jaar. Alles wat er moet zitten, zit er dan ook en het loopt allemaal wat door elkaar en dat kan verwarrend zijn.

De roerdompen hadden het deze ochtend druk. Zeker vijf roerdompen vlogen laag over de rietpluimen om aan de randen van deze polder in de sloten naar kikkers of visjes te zoeken. Ook de rietzangers vlogen met insecten in de snavel rond en zaten ongerust te tikken in de rietstengels, net zolang totdat we voorbij waren gelopen. 

assortimentje mooie BMP soorten
Nog een enkele blauwborst had zin in een liedje, terwijl de kleine karekieten probeerden de boel te overstemmen. Rietgorzen en rallen moesten moeite doen om gehoord te worden. 

In het begin van het seizoen ligt het allemaal wat makkelijker. De eerste vogels, zoals rietzangers, arriveren al aan het begin van de BMP inventariseer periode, terwijl de kleine karekiet vanaf half april weer meedoet. Het is dan zeg maar, wat overzichtelijker want je doet vrijwel de gehele telling op gehoor. En na bijna een jaar is het eerst weer even wennen. Het herkennen van alle deuntjes is dan cruciaal want veel rietvogels zitten verborgen in het riet of het is op die vroege ochtend nog te donker om op zicht te kunnen tellen maar zingen doen ze.

het wordt mooier en mooier
En als alles al een beetje naar het einde van het broedseizoen loopt, moet de bosrietzanger nog binnenkomen. Met name bij BMP tellingen zijn datumgrenzen en fusieafstanden belangrijk voor de telresultaten en zeker daarna als uit de verzamelde informatie conclusies getrokken moeten worden. Nauwkeurigheid is daarom super belangrijk.

Kijk, voor datumgrenzen is het computer programma Autoclustering van SOVON een uitkomst, een karekiet voor 20 april is onwaarschijnlijk en dan grijpt Autoclustering in. Maar voor fusieafstanden is dit programma wel degelijk afhankelijk van een zorgvuldige registratie van elk afzonderlijke zanger of territoriaal gedrag. Zet je de "stip" op de kaart van bijvoorbeeld een snor te dicht bij een andere stip van een snor dan schrapt het programma er zomaar een vanwege de te kleine onderlinge afstand en loop je dus een broedvogel mis. Zorgvuldigheid staat voorop en een goede telling geeft voldoening.

Het seizoen is voorbij, we gaan een interessante periode tegemoet want het broedseizoen is voor veel vogels voorbij en breekt een ruiperiode aan. Eenden bijvoorbeeld krijgen een eclipskleed en zien er bijna allemaal hetzelfde uit. Ook weer een uitdaging maar heel anders en je hoeft er niet zo vroeg je bed voor uit. 

vrijdag 24 juni 2022

Is overzomeren een keus?

nonnetje(m), 
Alweer een paar jaar op rij, overzomert een nonnetje in de Biesbosch. Het ene jaar een vrouwtje, het andere jaar een mannetje. En ik dacht dat twee jaar geleden zelfs een koppeltje de zomer hier had doorgebracht. En soms denk ik dan dat het vogels zijn die zich hier best zouden willen vestigen en de lange reis naar de broedgebieden graag willen overslaan. 

Want zeg nou zelf, de Biesbosch met de Noordwaard is toch bijna een vogelparadijs? Ooit besloten de brandganzen hetzelfde en bouwden gestaag aan een fikse Nederlandse populatie. 

Op de spaarbekkens in de Biesbosch overzomeren ook nog eens middelste zaagbekken, en brilduikers dus waarom zouden hier geen nonnetjes willen blijven? Het aantal neemt niet toe en het blijft steeds bij een enkeling en dan begin je toch te twijfelen, wat is hier aan de hand? Is het beestje ziek of kan het deze afstand gewoonweg niet vliegen? Dat laatste is aan de hand met het nonnetje wat nu in de Noordwaard zit. 

nonnetje(v) juli 2021
Ik zag op een van mijn foto's dat hij een stuk van een vleugel mist en dan is het lastig vliegen. Ik vermoed zelfs dat deze vogel alleen rondjes kan vliegen vanwege die kapotte vleugel, als hij al kan vliegen. De vogel voelt zich hier in ieder geval thuis en zwemt en eet volop en je ziet hem ook op verschillende plekken opduiken wat aangeeft dat hij fit genoeg is om hier te overleven. Die komt de zomer wel door maar naar huis vliegen is er voor deze vogel nooit meer bij. 

de kapotte, halve vleugel is goed te zien
En stel dat hij een vrouwtje tegen zou komen wat hier ook overzomert, zou op die manier een Nederlandse populatie nonnetjes kunnen ontstaan? Is dat ook wat er aan de hand is met de groep van overzomerende kolganzen bij Lage Zwaluwe? Die zitten daar ook al jaren en de groep is vogels mij inmiddels uitgegroeid tot elf kollen. De helft heeft kapot geschoten vleugels en zijn gedoemd om hier hun verdere bestaan op te bouwen. Dan is overzomeren echt geen vrijwillige keus geweest. Het zou zomaar kunnen dat op deze manier een groep overwinteraars uitgroeit tot een groep standvogels, vogels die een heel jaar hier aanwezig zijn zoals wilde eenden, koolmezen en meerkoeten. 

Wil je meer weten van deze mooie witte watervogel die familie is van de zaagbekken; klik dan op de link;
 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nonnetje

dinsdag 21 juni 2022

Sprinkhaanzangers ratelen ook.

uit volle borst
Het geluid van de sprinkhaanzanger klinkt misschien wat blikkerig vergeleken bij het geluid van de snor maar dat maakt de zang absoluut niet minder mooi. De snor klinkt warmer en voller en lijkt door de wat lager toon ook wat verder te dragen. Daarbij komt ook nog eens dat veel mensen wat moeite hebben met hoge tonen. En dan nog iets, ze leven niet in zo'n voorspelbare biotoop waar de de snor woont. Die leeft in de kletsnatte rietvelden van de Biesbosch of Zouwe Boezem en zo zijn er nog wel wat uitgestrekte natte rietvelden hier in de buurt te vinden.

Jaren geleden zaten de snor en sprinkhaanzanger in de oude rietpolder, de Noorderplaat wel samen. Het westelijke deel was nat en ideaal voor de snor en het oostelijke deel was iets droger en er stond amper riet. Zo´n vijf jaar geleden is in de polder het waterpeil verhoogd en zijn de sprinkhaanzangers vertrokken en is de polder weer kletsnat en helemaal begroeid met riet. Ongeschikt voor de sprinkhaanzanger dus.

snorrende snor
De sprinkhaanzanger zal nooit voor kletsnatte voeten kiezen, dus de twee in dezelfde biotoop vinden is vrijwel uitgesloten. De sprinkhaanzanger neemt ook genoegen met een veel kleiner gebied als het maar een rustig gebied is. Niet al te natte rietstroken afgewisseld met wat kleine struikjes of jonge boompjes hebben de voorkeur. Je moet ze wel weten te vinden en je gehoor moet op scherp staan anders mis je ze gewoonweg.
snorrende sprinkhaanzanger
Ik heb door de jaren heen een paar van die standaard gebiedjes gevonden en daar hoor ik ze dan ook altijd. Het beste gebied is wel een natuurgebied bij Ouddorp. Daar zitten de sprinkhanen gewoon tegen de duinen in het struweel. Niks waterpartijen en zelfs geen riet. Toch vinden ze dit een lekker leefgebied. Je moet de strook wel weten te vinden want ze zitten daar nu ook weer niet overal. 

Enkele jaren geleden zag ik tijdens de vogeltrek zelfs een sprinkhaanzanger in de Boswachterij Dorst. Een wel zeer ongewone plek om zo´n vogel daar te zien. Ik werd in eerste instantie dan ook aardig op het verkeerde been gezet. 

De sprinkhaan is ook goed te herkennen aan de gestreepte binnenkant van de staart. Gelukkig zitten ze graag in de top van een tak of stengel zodat je ze goed kunt bekijken. De snor is egaal bruin en ook wat donkerder en egaal van kleur en kleed.

Wil je meer weten van dit ratelende buitenbeentje, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/sprinkhaanzanger

vrijdag 17 juni 2022

Havik in de wijk?

altijd op de loer
In de Oranjepolder krioelt het van de houtduiven en die komen ook bij ons de wijk in om in de tuinen naar voedsel te zoeken. Dat gebeurt ook bij ons, al laat onze hond dat niet toe en sprint hij elke keer naar buiten om een dikke houtduif de stuipen op het lijf te jagen. En behalve dat onze hond voor de duiven een serieuze bedreiging vormt, dreigt er ook nog eens een zeer serieus gevaar van boven. 

Vrijwel dagelijks kruist en havik over de rand van de wijk en de Oranjepolder. Best bijzonder want een havik is meer een jager van het buitengebied. Hij heeft die strook tot zijn jachtgebied gemaakt en is daar niet alleen heer en meester, hij is hier ook nog eens zeer succesvol. Met regelmaat slaat hij een houtduif die dit niet overleeft. 

Meestal wordt de kop van de romp gescheiden en blijft het dode lichaam op de stoep of weg liggen. En dat is zo jammer want in de wijk is altijd wel wat te doen en wordt deze jager bij het nuttigen van zijn maaltijd gestoord. De afgelopen twee weken zijn op mijn routje met de hond naar de polder, vier duiven gesneuveld en wie weet hoeveel meer elders in dit gebied. 

boven de wijk
Op zich kan ik hier prima mee leven, want zo werkt dat in de natuur alleen vind ik het erg jammer dat de havik niet de kans krijgt om zijn vangst op te eten. En dat is natuurlijk voor die gesneuvelde duif erg jammer dat hij uiteindelijk voor niets is gestorven. Hij ligt daar dan in de kant van de weg, in een plantsoen of op de stoep totdat iemand het stoffelijk overschot in de groenbak deponeert.

Het is opmerkelijk dat een havik zo dicht in de bewoonde wereld te zien is maar zeker niet uit te sluiten. 
Steeds vaker komen ze in onze buurt voor en dat komt ook denk ik, omdat deze soort nog steeds erg succesvol is en in aantal toeneemt. Daarmee neemt ook hun leefgebied grotere vormen aan. Ook de prooi in de vorm van houtduiven, past goed bij de soort anders zou je nog aan een overvliegende en jagende sperwer denken. 

De brede heupen en iets kortere staart passen goed bij een havik en niet bij de sperwer. Van de andere kant heeft de vogel op de bovenste foto een wel erg rechte staart!?

Wil je meer weten van deze nieuwe stadsbewoner, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/havik

maandag 13 juni 2022

Volhardende huiszwaluwen.

huiszwaluw voor de schilderbeurt(aug 2016)
Dat het niet helemaal goed gaat met de zwaluwen is geen nieuws maar als er dan toch ergens nestjes te zien zijn dan is dat helemaal geweldig. Inmiddels zijn we dik 70% van alle huiszwaluwen kwijt, maar dat terzijde. Jaren geleden zagen wij bij een huis hier vlakbij de huiszwaluwen onder de witte dakoversteek druk met nestjes van dat jaar in de weer. Ze waren er ook nog eens succesvol en zorgden voor een kleine gezonde populatie. Totdat de boel opgeschilderd moest worden, toen was het over. De nesten werden verwijderd en de zwaluwen moesten het maar uitzoeken. Ook de jaren daarna werden de nesten, nog voordat ze voor bewoning werden opgeleverd, alweer van de dakoversteek afgestoken. Wegwezen dachten de bewoners van het huis.

nest in aanbouw
En nu, jaren later, doen de huiszwaluwen opnieuw een poging en hebben ze een paar nestjes kunnen maken. Als de bewoners van dit huis ze nu ook een kans geven, wordt het wel wat. Toch bijzonder dat de huiszwaluwen steeds opnieuw naar dezelfde plek terugkeren en dus niet zomaar opgeven. Roept bij ook gelijk de vraag op, waar zijn ze in de tussenliggende jaren geweest en hebben ze daar dan wel succesvol gebroed? En waarom blijven ze daar nu niet en nemen ze toch weer het risico om verdreven te worden? Zijn dit nu hardnekkige beestjes of gewoon volhouders.


Je zou bijna de stoute schoenen aantrekken en bij deze mensen aanbellen om te vragen of ze de huiszwaluwen willen sparen en ze de tip meegeven dat je onder de nesten een plankje kunt maken om de viezigheid op te vangen. Maar het lijkt mij sterk dat de mensen niet weten dat zwaluwen het niet makkelijk hebben. 

In ieder geval doet de huiszwaluwkolonie bij de Emmahoeve van Staatsbosbeheer in de Biesbosch het heel goed. Jaar na jaar zit de kolonie vol en vliegen daar volop jonge huiszwaluwen uit. Maar die kolonie wordt dan ook met rust gelaten en krijgen de vogels volop de gelegenheid om voor opvolging te zorgen.

Wil je meer weten van deze mooie insecteneter, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/huiszwaluw

Hieronder nog een kort filmpje van de huiszwaluwkolonie bij de Emmahoeve van Staatsbosbeheer

 

zondag 12 juni 2022

Vermomde zomertaling.

bijna in eclipskleed(04-06-2022)
Het broedseizoen is voor veel vogels nog volop bezig en voor een enkele soort begint nu pas goed en wel, denk maar eens aan de bosrietzanger. Maar er zijn ook al vogels die nu deze vermoeiende periode afsluiten en zich al klaar maken voor het vertrek naar de winterverblijven, denk hier maar eens aan de koekoek. Het is een komen en gaan van vogels en dan moet je ook goed opletten wat er gebeurd.

Zo zag ik vorige week mannetjes zomertalingen nog volop in hun prachtkleed en zomertalingen die al in hun eclipskleed rondzwemmen. Die laatste zijn dus als eerste klaar om met een fris verenpakketje naar het Zuiden te vertrekken. 
in zomerkleed(29-03-2019)
Dat de zomertaling nu al in eclipskleed rondzwemt, zorgt ervoor dat je ze over een paar weken niet meer herkent als zomertaling en gaan ze op in de bruine achtergrond van alle bruine eenden in eclipskleed. Dat verklaart ook dat je over een paar weken geen waarnemingen van zomertalingen hoort of ziet terwijl ze er nog wel zijn. 

Deze eend is de enige eendensoort die in de winter hier juist wegtrekt terwijl alle andere eendensoorten dan weer naar hier terugkeren. En wat je al helemaal niet zou verwachten, is dat de zomertalingen naar Afrika trekken en ten Zuiden van de Sahara, in de Sahel overwinteren. 

prachtkleed is wel op zijn plaats
De zomertalingen waren dit jaar in wat grotere aantallen aanwezig en tijdens de inventarisatierondjes in de Noordwaard kwamen we wel eens tot twintig exemplaren, iets wat in de jaren daarvoor niet een keer was voorgekomen. Nu weet ik ook wel dat zo'n uitzonderlijk jaar nog niets zegt over de aantalsontwikkeling van een soort want het kan met deze eend evengoed nog steeds bergafwaarts gaan.

Dat ik nu al een zomertaling in een "bijna" eclipskleed zag rondzwemmen maakte al wel veel duidelijk. Ze zijn over een paar weken niet weg maar ze zijn onherkenbaar en zijn hooguit aan hun formaat te herkennen. Ze zijn net als de wintertaling erg klein vergeleken bij een wilde eend. Opletten dus!

Wil je meer weten van deze langeafstands eend, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zomertaling


dinsdag 7 juni 2022

Boom met boomvalken.

koppel boomvalken
Ze zijn er maar een maand of vijf en dan zijn ze weer gevlogen. Boomvalken zijn echte zomervogels want ze komen pas laat terug uit Afrika en nog voordat de herfst toeslaat zijn ze weer vertrokken. Een kleine tien jaar broeden ze nu in de Oranjepolder en Gecombineerde Willemspolder. Het is maar net waar in mei of juni een degelijk kraaiennest vrijkomt want zelf bouwen ze geen nesten. Hier in de polder komen ze dan niet verder dan een nest in een hoogspanningsmast. Dat schijnt dus ook aan alle eisen te voldoen.

Gisteren zag ik een koppel boomvalken in een heel andere omgeving, Een ruig natuurgebied waar weinig mensen komen, kruidenrijke velden, singels met struiken en kleine boompjes en her en der een bosje met flink hoge bomen. Meestal populieren en wat eiken, niet wat je een, twee, drie boomvalken gebied zou noemen. Toen de boomvalken nog geen "last" van haviken hadden, en aan de randen van heidevelden broedden, was er geen reden om die biotoop te verlaten. 

boomvalk in een hoogspanningsmast
(in de Gecombineerde Willemspolder)
Tegenwoordig moeten ze wel uitwijken naar veiligere gebieden en dan zijn de polders uitermate geschikt. Hier heb je aardig wat water en leven hier vaak ook voldoende libellen, het favoriete voedsel van deze rovers. Trouwens een zwaluw op zijn tijd lusten ze ook wel, als het maar vliegt. Maar dit koppel heeft dus plannen om in dit natuurgebied hun nageslacht groot te brengen. Volgens mij een perfecte keuze al barst het hier niet van de libellen maar dat kan ook aan mij liggen want daar kijk ik niet voldoende naar. Wie weet zitten er toch genoeg.

Door die boomvalken ben ik wel op gaan letten of hier voedsel voor ze te vinden is. Ik kwam gisteren niet verder dan een aantal azuurwaterjuffers. Die zijn zo klein dat ze die in een holle kies kunnen stoppen. Als ze die dan al zouden hebben. 
De boomvalken hebben het dus niet alleen door de toename van haviken moeilijk maar ook door de afname van geschikt leefgebieden en daar hangt dan ook de voedselvoorziening voor de valken van af. 

In de Biesbosch en dan met name in de oude rietpolder de Noorderplaat barst het van de libellen en daar zie ik juni altijd wel boomvalken jagen, soms wel vier vogels in dit ene gebied. In de hele Biesbosch kunnen dat makkelijk het dubbele aantal zijn. De komende tijd nog maar eens goed opletten of ze in dit gebied van gisteren echt tot broeden komen, wie weet. Als ze ergens een nest hebben zijn ze vrij makkelijk te vinden want ze zijn dan behoorlijk luidruchtig en laten ze zich ook regelmatig zien. De vogel is in de vlucht redelijk goed te herkennen. Het is een echte valk die qua silhouet wat weg heeft van een grote gierzwaluw. 

Wil je meer weten van deze poldervogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/boomvalk

vrijdag 3 juni 2022

Spotvogels spotten.

de laatste zingende spotvogel?
Sommige vogels zijn nu alweer aan de tweede ronde van het broedseizoen begonnen. De rietzanger en blauwborst zijn twee van die vogelsoorten die nu zover zijn. Andere vogels beginnen nu pas aan hun eerste broedronde en dat komt bijvoorbeeld door hun late aankomst uit Afrika. Een goed voorbeeld hiervan is de bosrietzanger. Die zingen nu volop en ik hoor ze overal. Hier in de Oranjepolder in de rietkraag rond de schaatsclub IJSCO zitten elke ochtend twee bosrietzangers hun best te doen.

Maar daar hebben ook nog vogelsoorten hun broedperiode tussen zitten en een daarvan is de spotvogel. Die zong vorige week nog overal en bij Huis ter Heide kwam ik op mijn rondje makkelijk vijf spotvogels tegen. En gisterenmorgen was het ineens over. Ik hoorde nog slechts een spotvogel zingen en die zal daar de komende dagen ook mee stoppen als zijn vrouwtje aan de leg is.

makke bosrietzanger
Zo heeft elke vogelsoort zijn eigen seizoen. Dat begint al vroeg in maart en eindigt soms pas in augustus. Die spotvogels zijn net als de bosrietzangers erg luidruchtig en naarmate de piek van de zangperiode bereikt wordt, neemt hun angst voor ons verder af. Hun instinct is groter dan de angst. En dat is een gevaarlijke tijd want ook roofvogels en andere rovers hebben dat in de gaten. De vogels zitten soms op een paar meter afstand te zingen alsof er niets aan de hand is en dat is voor mij natuurlijk prachtig. Zeker een zingende spotvogel is een lust voor het oor en oog.

Net als bosrietzangers zitten ook spotvogels op meer plekken dan de meeste mensen denken. Je hoeft niet heel veel moeite te doen een van deze twee soorten hier in de buurt te vinden. 

spotvogel 1 week geleden
Ze nemen vaak genoegen met mini biotoopjes zoals de rietkraag langs de sloot bij de ijsclub of het kleine bosje aan het eind van de Groenendijk in Oosteind en 's-Gravenmoer. Deze soorten zitten hier net zo op hun gemak als in de grote natuurgebieden als de Biesbosch, Huis ter Heide, Bleeke Heide enz. enz. Je vind ze tot in de duinen aan de kust. Dit is de tijd om ze te horen en zien.

Wil je meer weten van een van de beste zangers van Nederland, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/spotvogel

dinsdag 31 mei 2022

Zou het dan toch?

waaks mannetje
Na heel veel slechte jaren met alleen maar afname van grauwe klauwieren, lijkt het er op dat het de afgelopen paar jaar wat beter gaat. Ik durf het bijna niet op te schrijven maar het lijkt er echt op. Het was een paar jaar geleden een hele bijzondere waarneming om er een te zien en nu heb ik ze al op een paar plekken, zelfs hier in de buurt gezien. 

Zeker drie broedparen zijn nu aan het broeden en daarmee broeden die drie koppels zo'n beetje op de meest westelijke verspreidingsgrens in Nederland. Trek een rechte lijn van Zundert naar Sneek en je hebt de verspreidingsgrens, ten Westen van die grens komen ze amper voor en ten Oosten daarvan leven toch alweer zo'n kleine duizend broedparen. Dat waren er twintig jaar geleden nog maar vijftig!

jonge klauwier
De grauwe klauwieren die hier vorig jaar hebben gebroed, waren succesvol. Ik heb een koppel met drie uitgevlogen jongen gezien en op een hele andere plek waren twee jonge klauwiertjes uitgevlogen. Dat was dus een prima resultaat. Nu ben ik benieuwd wat dit broedseizoen op gaat leveren. 

De vrouwtjes zitten nu op het nest en zijn alleen de mannetje actief in het territorium. Ze zijn waaks en tikken direct als je in de buurt komt. Dat tikken of alarmeren klinkt luid en trekt jammer genoeg ook de aandacht. Het lijkt er nu op dat we over een maandje op meerdere plekken jonge klauwieren gaan zien.

Samen met deze mooie vogelsoort gaat het met nog een paar soorten goed. Denk maar eens aan de grasmussen en roodborsttapuiten. Allebei soorten die stiekem aan terrein winnen.

en nog een jong
Nu moet ik wel zeggen dat de grauwe klauwieren het beter doen in "echte" natuurgebieden. Dit zijn gebieden die onder toezicht staan of in eigendom zijn van Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer of Het Brabants Landschap. De vogels doen het dus goed in gebieden waar rust heerst, geen agrarische activiteit is en de natuur voor een groot deel zijn gang kan gaan. Dat trekt dus ook voldoende insecten en andere prooidieren aan. Een echte voorwaarde voor de klauwier. En ze weten die gebieden dan ook vrij makkelijk te vinden dus dat kan voor de toekomst nog best wat betekenen

Ik moet voorzichtig zijn, maar er op vertrouwen dat het goedkomt, heb ik toch wel een beetje.

Wil je meer weten van deze gemaskerde zeldzaamheid, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grauwe-klauwier

vrijdag 27 mei 2022

Gescharrel in Dordt.

vorkstaartscharrelaar in Kenia
Eergisteren, heel vroeg in de ochtend, werd in de Dordtse Biesbosch een scharrelaar gemeld. Hij werd maar een uur gezien en was daarna verdwenen. Zo heel af en toe wordt in Nederland een scharrelaar gezien en ik had altijd al de wens om er hier een te zien. Maar ze komen zo zelden naar Nederland dat het eigenlijk een ijdele hoop is. Ik heb het nog opgezocht en las dat tot nu toe en zover dat het bekend is, slechts zeventig meldingen van scharrelaars in Nederland zijn gedaan.

Wij hebben jaren geleden het geluk gehad om tijdens een safari in Kenia een vorkstaartscharrelaar te zien. Hij ziet er vrijwel hetzelfde uit als een Europese scharrelaar alleen had deze een hele lange staart, vandaar ook zijn naam. Een prachtige vogel die ook daar toch vrij schuw is. Hij is net zo schuw als een andere prachtvogel die bij ons voorkomt, de wielewaal.

Bij ons komen deze exotisch uitziende vogels voor in Oost en Zuid Europa en niet in Nederland. Maar ook daar lopen de aantallen sterk terug. De vogels zijn niet erg gediend van de aanwezigheid van mensen en leven een wat schuw en teruggetrokken bestaan. 

grauwe klauwier op zijn uitkijkpost
Het gedrag is te vergelijken met dat van de klauwieren. Ze zitten graag op een uitkijkpost zoals weidepalen, vrijstaande boompjes en struiken in een natuurlijk landschap zodat ze vanuit hun uitkijkpost een uitval kunnen doen naar grote insecten, amfibieën en slangen. Dat gedrag ken ik goed van de grauwe klauwieren hier in de omgeving. Die zie ik ook altijd op een uitkijkpost zitten en steeds een duikvlucht maken naar libellen, kevers en muisjes. 

Afgelopen woensdagmiddag werd de scharrelaar weer gezien en besloten we toch maar die kant uit te gaan want wie weet, vinden we de vogel wel. Echt zoeken waar hij ergens rondhing, hoefden we niet. Zo'n vijftig vogelaars "scharrelden" verspreid door een groot gebied vlakbij de Nieuwe Dordtse Biesbosch rond, allemaal op zoek naar de scharrelaar.

de Nieuwe Dordtse Biesbosch
De vogel gedroeg zich wel erg schuw en is echt een wild exemplaar. De scharrelaar zat niet op een van de vele weipaaltjes en ook niet in de kleine boompjes en struikjes die in het gebied stonden maar zat verscholen in een haag en hoge bomen. Af en toe vloog hij laag over de grond voorbij om vervolgens direct in dekking te gaan. Lastig om hem goed te bekijken, laat staan te fotograferen. Maar dat geeft niet, ik heb hem gezien en een wens is uitgekomen en ook de scharrelaar staat op mijn lijst van Nederlandse/Biesbosch vogels.

Wil je meer weten van deze scharrelaar die zijn naam eer aan doet, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/scharrelaar

dinsdag 24 mei 2022

Camouflage als verdediging.

volledig vertrouwend op zijn schutkleur
In een aantal gevallen hebben vogels een verenkleed wat qua kleur volledig in de achtergrond opgaat en zo zorgt voor een perfecte bescherming. Deze camouflage zorgt ervoor dat de vogels niet hoeven te vluchten en op die manier niet onnodig veel energie verspillen. En behalve het onnodig verspillen van energie heeft een goede schutkleur ook het voordeel dat je een mogelijke vijand niet naar je nest of jongen leidt. 

Bij veel (mannetjes)vogels is dat niet aan de orde, die hebben een uitbundig verenkleed en vallen al van ver op. Kijk maar eens naar een putter of groenling, En wat te denken van een zilverreiger of bergeend die al van een kilometer afstand te zien zijn. 
ik kon hem bijna aaien
De vogels die een perfecte schutkleur hebben, leven sowieso al een behoorlijk verborgen leven en dan vraag je je toch af, waarom dan toch dat perfecte camouflagepak? Waarschijnlijk heeft het bij deze vogels geen nut om op te vallen want door dat verborgen leven zien de vrouwtjes je toch bijna niet of nooit.

Neem nou een patrijs of een roerdomp. Allebei verborgen levende vogels die ook nog eens een superschutkleur hebben. Ik liep vorige maand langs een rietkraag langs een roerdomp die nog geen drie meter van mij vandaan stond en ik zag hem niet. Vorige week stopte ik in de polder omdat een patrijs de weg overstak en direct plat op de grond in  de maisakker ging liggen. Hij ging er volledig van uit dat ik hem niet zou zien en wachtte zijn tijd gewoon af. Uiteindelijk was hij toch zo nieuwsgierig dat hij snel even omkeek of ik er nog stond.
toch iets te nieuwsgierig

Maar een hele goede schutkleur kan ook een nadeel zijn want vrouwtjes verleiden met een saai grijsbruin verenpak is niet zo makkelijk en dan is een schutkleur weer een nadeel. Dat de meeste vrouwtjesvogels een schutkleur hebben, is logisch, die mogen tijdens het broeden niet opvallen want dat zou dan ten koste van de eieren of jongen kunnen gaan. De mannetjes spelen hierin meestal geen rol en mogen zich best wat opvallend kleden.

De mannetjes roerdompen, patrijzen maar ook uilen, die erg goed gecamoufleerd zijn, moeten het van andere kwaliteiten hebben. Neem nou die roerdomp eens. Die heeft een zang die vele honderden meters ver te horen is. Dat is zijn manier om op te vallen en dat lukt hem prima. Zo heeft een schutkleur zijn voor- en nadelen en is soms nodig of volledig overbodig.

vrijdag 20 mei 2022

Als het donker is.

Dorst by night
Eind mei en dan is het weer zover, de nachtzwaluw is terug. Gisterenavond hoorde ik de eerste van het seizoen weer volop ratelen. De vogel zat deze keer niet in het gebied waar ik ze al jaren achtereen hoor maar wel 500 meter verder. Deze plek lijkt mij minder geschikt omdat er nogal wat berken opschot staat. De bekende plekken in het bos worden alweer enkele jaren door Staatsbosbeheer kort gehouden om het juist voor deze vogel zo aantrekkelijk mogelijk te houden. En laat deze nachtzwaluw nu gewoon een plek die, in onze ogen, minder geschikt is te kiezen?

Zo onvoorspelbaar kunnen vogels dus zijn. Toch zie je meestal wel een positieve reactie van vogels als je het leefgebied aanpast naar de behoeften van vogels. Zet het waterpeil in weidegebieden maar eens een stuk hoger, weidevogels reageren direct en zullen zich direct in zo'n gebied vestigen. Kijk bijvoorbeeld eens naar de Noordwaard waar een groot deel extensief wordt beheerd, er wordt geen mest uitgereden en er heerst een weldadige rust. Vrijwel direct steeg het aantal veldleeuweriken naar spectaculaire hoogten. Afgelopen jaar leverde dat in de De kroon en Zalm maar liefst 156 broedparen op.
Prachtige avond in Dorst

De nachtzwaluwen van Dorst hebben het niet makkelijk want het gebied leent zich er niet helemaal voor en dan blijft het aantal broedparen op een hand, maximaal twee handen te tellen. Slechts een klein stukje bos is geschikt. De nieuwe kapvlakte vlakbij de Weth. van Dijklaan is een nieuw geschikt gebied. Om ze te horen moet je nu rond half elf in het bos zijn en als je dan gelukt hebt laten ze zich horen. 

Het is mij nog niet gelukt om een boom te vinden waar ze overdag slapen. Wel weet ik in welk groepje bomen ze zitten en vanwaaruit ze 's-avonds hun foerageer rondjes vliegen. Het klappen van de vleugels, het ratelen en laag over de grond vliegen maak je dan van dichtbij mee. De witte vleugelvlekken vallen dan goed op en het valt mij altijd op dat het in het bos nooit echt donker wordt. Er is altijd nog volop te zien.

Wil je meer weten van deze "geitenmelker, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nachtzwaluw

dinsdag 17 mei 2022

Boompiepers piepen volop.

boompieper op de zangpost
Vanaf de eerste helft van april zingen de boompiepers in Dorst. Dan zijn ze net teruggekeerd. Deze parachutisten zie en hoor ik vooral op de grote open vlakt waar zo her en der een berk of vliegden staat.

Die bomen worden dan vaak als zangpost of lanceerplaats gekozen. Vanaf de top van een van die bomen schieten ze al zingend de lucht in om vervolgens, als hangend aan een parachuutje, naar beneden te zweven. Meestal naar hetzelfde takje in de top van een van die bomen. 

De boompiepers zijn een maandje of zelfs meer later dan de boomleeuweriken die in hetzelfde gebied zingen. 
koppel boompiepers
Deze jodelaars zijn, als de boompiepers arriveren, alweer stil en hebben hun eerste nestje al gebouwd en vermoedelijk broeden ze dan ook al. De boompiepers moeten dan nog beginnen en zo heeft elke vogel zijn eigen kalender. De populatie boompiepers in Dorst, en dan heb ik het over een stuk of vijf, zes koppels boompiepers, is al jaren stabiel. Ondanks alle balts en broedactiviteit groeit de populatie hier niet. Of dat een probleem is? Ik denk het niet, het zou namelijk zomaar kunnen dat de jonge boompiepers uit Dorst elders een geschikt broedgebied vinden. Het gaat in ieder geval niet heel erg slecht met deze soort.
veldleeuwerik
Deze twee "boom" vogels hebben ieder ook een "weide" tegenhanger, namelijk de veldleeuwerik en graspieper. Bij deze twee ligt de broedperiode en baltsperiode iets anders dan bij de "boom" varianten. Een deel van de veldleeuweriken en graspiepers overwintert hier en zijn hier het hele jaar te vinden. Die kunnen dus sowieso eerder dan de boompieper beginnen met broeden. 

De veldleeuwerik heeft het een stuk lastiger, om niet te zeggen dat de soort in een soort vrije val is geraakt. De soort neemt heel snel af en als er niet nel iets gebeurt, is het gedaan net als de kuifleeuwerik die is inmiddels uitgestorven. Ik weet nog dat ruim vijftig jaar gelden de straat vol zat met kuifleeuweriken. Makkelijk 20 tot 30 vogels zaten midden op de weg in de paardenpoep te peuteren. Ik hoop werkelijk dat het niet te laat is voor de veldleeuwerik, boomleeuwerik, boompieper en graspieper. Deze vier vogels maken met hun uitbundige zang de wandelingen in zowel het bos als in het polderlandschap zoveel leuker.

Wil je meer weten van de boompieper, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/boompieper

vrijdag 13 mei 2022

Kampioen lange afstand vliegen.

Noordse stern
Tussen de vele tientallen visdieven zit soms een hele mooie maar vooral bijzondere stern. De visdieven en noordse sternen lijken sprekend op elkaar en het vraagt een geoefend oog om de verschillen te zien. 

De twee soorten zitten bij ons vaak samen in een broedkolonie, alleen de aantallen visdieven zijn vele malen groter dan die paar noordse sternen in de kolonie.

De noordse stern heeft maar een paar hele kleine verschillen in zijn lichaamsbouw ten opzichte van een visdief. Kortere hals, kleinere kop, kleinere snavel en kortere pootjes. Dat zijn nu niet de opvallende zaken die in het veld direct opvallen. 

visdief met zwarte snavelpunt
Ik moet eerlijk zeggen dat ik alleen naar de snavels kijk en als er dan een tussenzit met een rode snavel zonder zwarte punt, dan is het voor mij wel duidelijk dat het om een noordse stern gaat. Maar ook daarmee moet je voorzichtig zijn. Ik meld zo'n vogel op waarneming.nl dan ook alleen met een duidelijke foto. Een specialist beoordeelt de waarneming en keurt de waarneming goed of fout.

Voor deze vogel maak je een diepe buiging als je weet welke afstanden deze vogel in een jaar aflegt. Alleen al in de trek vliegt de vogel heen en weer tussen de twee poolgebieden, oftewel 20.000 km heen en 20.000 km terug. Dan daarbij opgeteld het aantal kilometers in de tussenliggende periode kom je bijna op 100.000 km per jaar. 
broedpaar noordse sternen


Er zijn maar weinig vertegenwoordigers (tegenwoordig accountmanagers genoemd) die voor hun werk in een jaar zoveel kilometers rijden.

De noordse sternen die hier broeden, zijn eigenlijk de luieriken van de soort, want Nederland is het meest zuidelijke deel van Noord Europa waar ze broeden. De meesten vliegen om te broeden door naar het Noordpoolgebied. In de winter brengen ze hun tijd in het Zuidpoolgebied door. Pffff..... het idee alleen al dat je elk jaar zulke enorme reizen moet maken. Diepe buiging!

Wil je meer weten van deze lange afstand kampioen, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/noordse-stern