maandag 10 februari 2025

Tussenstop ijslandse grutto.

ijslandse grutto's afgelopen vrijdag
We zitten nu nog in het begin van de wintermaand februari en dat is een periode waarin je nog niet aan grutto's denkt. En toch kun je dat voorzichtjes aan wel gaan doen want de eerste ijslandse grutto's zijn inmiddels gearriveerd. Afgelopen vrijdag zag ik de eerste groepjes in Zeeland. En dan maak ik een kleine buiging uit eerbied voor deze geweldenaar. Deze vogels zijn namelijk wereldrecordhouder non-stop lange afstand vliegen. IJslandse grutto's vliegen twee keer per jaar 12.000 kilometer non-stop van de broedgebieden in het noorden naar de overwintergebieden in het zuiden.

Onze grutto's komen ook wat later terug maar ook dat duurt niet lang meer. Deze ijslandse vogels stonden afgelopen vrijdag in plassen met ondiep water en ze foerageerden daar alsof hun leven er vanaf hing en misschien is dat ook wel zo want ze hebben net een deel van die enorme tocht achter de rug. Ze maken hier dus een noodzakelijke tussenstop. 

De ijslanders zijn hier maar even en begin april zijn ze weer weg en gaan ze naar hun broedgebieden. In deze periode komen ook de Nederlandse grutto's terug en kun je ze met wat geluk goed vergelijken. Maar dan moeten de omstandigheden wel meewerken. Zo zijn de poten van de ijslandse grutto iets korter, maar ja, als ze dan tot hun buik in het water staan is dat niet te zien en ook de snavel is iets korter maar ook dat is lastig te zien als er geen "gewone" grutto in de buurt is om te vergelijken. En met dit grijze weer van de afgelopen tijd is ook de kleur niet goed te zien temeer ook omdat beide soorten nog deels in hun overwegend grijze winterkleed zitten. De ijslandse grutto is ook veel roder van kleur en die rode kleur loopt best wel ver door tot tussen de poten en bij de grutto is dat niet het geval daar stopt de rode kleur aan het begin van de borst.

5 maart 2023 Biesbosch
"onze" grutto
Kortom, een lastig verhaal. Daarom is het nu de beste tijd om de ijslandse grutto, overigens een ondersoort van de rosse grutto, goed te zien. In deze periode is de kans op een gewone grutto nog niet zo groot en zijn het dus voornamelijk ijslandse grutto's die de ondiepe plassen uitkammen naar voedsel. In de Biesbosch kunnen we ze over een paar weken ook verwachten en dan zou een vergelijking van de twee soorten mogelijk moeten zijn. 

En met wat geluk is de rode kleur bij de ijslandse vogels ook wat nadrukkelijker aanwezig en zie je de kleur mooi doorlopen, tussen de poten door. Bij onze grutto stopt dat op de borst en is de grijze buik als onderscheidend kenmerk goed zichtbaar. Hoe dan ook, determineren blijft een lastig verhaal.
 

Wil je meer weten van de deze ondersoort van onze nationale vogel, klik dan op de link;
https://stats.sovon.nl/stats/soort/5321



vrijdag 7 februari 2025

Om door een ringetje te halen.

"EATV"
Afgelopen week zag ik aan de kust een wulp met een witte pootring met de zwarte letters EATV. En dat is altijd leuk want als je een ring meldt, kom je vaak aan informatie over zo´n specifieke vogel of onderzoek van de soort. Voor deze geringde vogel kwam ik uit op een internationale site IWSG waar alle onderzoekers naar vogeltrekgedrag hun informatie delen. Deze Internationale Waadvogel Studie Groep(International Wader Study Group) doet onderzoek naar kustvogels en waadvogels met als doel inzicht te krijgen naar het gedrag van deze vogels en met name het trekgedrag.

Deze keer zag ik dus deze wulp maar in de afgelopen paar weken zag ik ook een kleine zwaan met een GPS halsband en pootring, een grauwe gans met een halsband en twee zeearenden met pootringen en een met een GPS zender op zijn rug. Er wordt ongelooflijk veel onderzoek gedaan naar vogels en het is daarom een prima ontwikkeling dat veel van deze onderzoeken in een groter verband worden gecoördineerd. Samen sta je sterker. Ik hoop dat met al die inzichten die hier uiteindelijk door ontstaan er ook belangrijke conclusies uitkomen en dat die ook overgenomen worden door onder andere de politiek. 

een echte wader
En dan moet ik gelijk weer denken aan die steeds weer opduikende plannen van de overheid om in de Waddenzee naar gas te boren. In mijn vorige blog van 4 februari over de kanoet schreef ik ook al over dit onderwerp. Ik maak mij daar namelijk serieus zorgen over want, met alle respect voor politici, zij hebben totaal geen verstand van ecosystemen. Zij hebben geen idee wat de gevolgen kunnen zijn van deze economisch gedreven beslissingen. Een ecosysteem als de Wadden is uiterst kwetsbaar en moet beschermd worden.

De steltlopers zijn wereldreizigers en vliegen twee keer per jaar enorme afstanden en gebruiken ons land als een soort tankstation en als je tijdens je reis niet kunt tanken, stopt je reis zo moet je hert maar zien. 

wulpen op de Bleeke Heide
De wulp die ik afgelopen week zag doet dus mee aan een groot internationaal onderzoek en is uit het hoge noorden afkomstig en overwintert hier. De Nederlandse wulpen zitten in de winterperiode weer zuidelijker en in deze tijd kunnen ze elkaar tegenkomen. De onze komen terug en de anderen gaan vertrekken. Afgelopen week zag ik bijvoorbeeld een grote groep wulpen in Chaam die druk boven de Bleeke Heide rondjes vlogen. Ik vroeg mij toen trouwens ook af zijn dit de onze of zijn dit de vertrekkers? Dit is trouwens een plek waar je over een dikke maand geen wulpen meer ziet want broeden doen ze ergens anders zoals in de Oosterhoutse Willemspolder.

Wil je meer weten van deze grootste steltloper van Europa, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/wulp

dinsdag 4 februari 2025

Een enkele kanoet.

kanoet in winterkleed
Het aantal overwinterende kanoeten in de Delta is niet zo heel erg groot. Ik ben altijd blij als ik er in deze tijd van het jaar een paar weet te vinden. Af en toe enkele vogels bij Kerkwerve, Stellendam De Kwade Hoek en natuurlijk de Brouwersdam. Het zijn absoluut geen zekerheidje als je daar vogels gaat kijken Het zijn uitzonderingen die de vogeldag compleet maken. Gisteren was zo'n dag toen er zegge en schrijven eentje ontdekte op de rand van de Brouwersdam. Eentje en geen twee, drie of vijftig of nog meer zoals bijvoorbeeld bonte strandlopers, scholeksters, goudplevieren en noem er nog maar een paar. Het zijn in De Delta nooit grote aantallen.

Ik vermoed dat de kanoeten toch de voorkeur geven aan de Waddenzee waar ze met duizenden en duizenden gezamenlijk de winter doorbrengen. Wellicht is de voedsel beschikbaarheid daar een stuk groter dan hier. 

kanoet gisteren op de Brouwersdam
En zonder die Waddenzee zouden heel veel vogels het in deze milde winters van tegenwoordig niet redden. De Waddenzee is wat dat betreft van groot internationaal belang en het is maar de vraag of dat besef voldoende aanwezig is bij de politiek? Het economische belang weegt steeds zwaarder en de druk om de Waddenzee economisch uit te buiten neemt alleen maar toe met alle gevolgen van dien. Een dalende bodem door mogelijke gasboringen en een stijgende zeespiegel door de opwarming van de aarde zal er voor zorgen dat de vogels binnen niet al te tijd hier niet meer in het slik kunnen foerageren. 
grote groep bonte strandlopers met een paar
kanoeten verspreid in de grote groep
De Waddenzee valt niet meer droog waardoor heel veel zeedieren en vogels het niet meer redden. Ik denk trouwens dat het sowieso de toekomst van De Waddenzee is want de stijging van de zeespiegel houden we echt niet meer tegen. De kanoeten moeten nu eigenlijk al na gaan denken wat ze als alternatief overwintergebied kunnen gaan gebruiken. Maar dat zo zeker niet werken bij vogels alhoewel vogels best in staat zijn om zich aan de omstandigheden aan te passen. De vraag is alleen, zijn daar op tijd bij?

In ieder geval zag ik gisteren weer eens een kanoet en misschoen is dit wel een verkenner die op zoek is naar een geschikt alternatief voor de langzaam verdrinkende Waddenzee?

Wilje meer weten van deze grootste strandloper, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kanoet

vrijdag 31 januari 2025

Mag het ook wat minder rood zijn?

de rode ibis knalt er uit.
Voor een zeldzame vogel wil ik soms wat extra moeite doen. Maar daar zitten wel wat voorwaarden aan, zo moet de reisafstand maximaal 30 minuten zijn, de vogel prijkt nog niet op mijn zogenaamde levenslijst en het mag zeker geen exoot of ontsnapte vogel zijn. Daar houd ik namelijk niet van. Met name bijzondere vogels in de Biesbosch zijn favoriet want daar houd ik een aparte levenslijst van bij. De vogels die op die lijst staan zijn allemaal inheemse vogelsoorten zonder escapes en exoten. Dit zijn vogels die uit gevangenschap ontsnapt zijn en soorten die van oorsprong hier niet voorkomen zoals bijvoorbeeld een nijlgans of halsbandparkiet.

Eergisteren werd in de polder bij Oosteind zo'n exoot gevonden. Het was een rode ibis die oorspronkelijk uit Zuid-Amerika komt en met name in het noordelijk kustgebied van geheel Zuid-Amerika voorkomt. Hij is dus ook in Suriname en het Amazone gebied te vinden. Deze rode ibis zwerft al enige tijd in Brabant rond en wordt zo nu en dan ergens gezien en op de website van waarneming.nl gemeld.

Hij zat in een weiland vlak langs de weg en zo te zien had hij het helemaal naar zijn zin. Druk foeragerend werd hij achterna gezeten door twee nieuwsgierige nijlganzen die zelf ook weer uit een andere deel van de wereld komen. Af en toe maakte hij een korte verkennende vlucht over het weiland om vrijwel exact op het vertrekpunt van die korte vlucht te landen. Hij oogde in ieder geval heel levendig en ook levenslustig, dus hij moet hier voldoende voedsel vinden anders was het allang met hem gedaan geweest

exotischer kan haast niet,
De kleur van deze vogel is werkelijk spectaculair en knalt er in deze donkere tijden uit. De kleur is bijna onecht en ontstaat volgens mij door het dieet wat deze ibissen normaal gesproken volgen. Deze tropische kustvogel leeft van krabjes, garnalen, schelpdiertjes en waterinsecten. In dat voedsel zit caroteen een soort biologische kleurstof die de ibis in zijn veren opslaat en hem zijn rode kleur geeft. Ik weet niet of deze ibis met het voedsel wat hij hier vindt ook zo felrood blijft of dat hij uiteindelijk steeds fletser van kleur wordt. Maar daar is op dit moment nog geen sprake van en knalt hij er nog helemaal uit tegen die groene achtergrond van de Oosteindse weides. 

Wil je meer weten van deze signaalrode vogel, klik dan op de link;
https://nl.wikipedia.org/wiki/Rode_ibis

dinsdag 28 januari 2025

Geelpoot ook in de winter.

adulte geelpootmeeuw
We hebben de laatste jaren geen echte winters meer en dat heeft ook gevolgen voor de vogeltrek. Soorten komen helemaal niet meer naar ons land of ze vliegen niet zover meer naar hier en je hebt hier ook vogels die niet meer vertrekken en het er op wagen dat ze de winter hier overleven. Ook verschuift er nogal wat de laatste tijd. En ik weet niet of dit verhaal ook geldt voor bijvoorbeeld de meeuwen in ons land? In ieder geval vertrekken de kleine mantelmeeuwen en zwartkopmeeuwen in het najaar nog steeds naar Zuid-Europa en zien we hier in de winter steeds vaker "vreemde" meeuwen zoals de pontische meeuw en de geelpootmeeuw.

In de Biesbosch overwintert een kleine clubje pontische meeuwen en er zat afgelopen week ook nog een mooie volwassen of adulte geelpootmeeuw bij. Het zijn niet de makkelijkste soorten
ra ra waar ben ik?
om te herkennen en ik maak in de determinatie nog steeds fouten. Daarom meld ik deze meeuwen alleen maar als ik een bewijsplaatje kan bijvoegen. Ik vind het fijn als er nog iemand naar kijkt en mij corrigeert als dat nodig is. Met name in het vaststellen van het verenkleed, 1e, 2e 3e kalenderjaar gaat nog weleens fout. Een adulte vogel is wel goed herkennen maar wat daarvoor zit is des te lastiger.

De grote meeuw van afgelopen week was overduidelijk een geelpootmeeuw en ik had ook nog eens het geluk dat hij vrij dichtbij zat en mij ook nog eens de gelegenheid gaf om hem op de foto te zetten en dat gebeurt bij dit soort vogels eigenlijk nooit. Zodra je maar ook een klein beetje in de buurt komt vliegen ze op.
Ik kon mooi de rode oogring, de dikke snavel met de grote hoek op de ondersnavel(gonyshoek), gele poten(vandaar de naam) en het adulte verenkleed bekijken. Ik kan mij niet herinneren dat ik deze soort zo dichtbij heb gezien. Meestal zitten deze meeuwen op grote afstand in de Hardenhoek waar ze samen met andere meeuwen op een slikplaat ver uit de kant rusten.

Je zou denken dat met name deze meeuw die toch vooral in Zuid-Europa rond de Middenlandse Zee voorkomt in de winter juist daarnaartoe trekt en zeker niet hier de winter door wil brengen. Toch neemt het aantal geelpootmeeuwen hier gestaag toe en is de kans om er een te zien weer iets grote geworden. Neemt niet weg dat het nog steeds een uitdaging is om hem tussen al die grote meeuwen uit te vissen.

Wil je meer weten van deze van oorsprong zuidelijke tegenhanger van de zilvermeeuw, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/geelpootmeeuw

vrijdag 24 januari 2025

Pendelende zwaantjes.

gezenderde zwaan vertrekt
Afgelopen maandag ben ik naar de Biesbosch, de polder Lepelaar en Plomp geweest om vogels te kijken. Ik wist alweer ruim een maand dat in deze polders kleine zwanen overnachten. Het zijn polders waar maar weinig mensen komen dus het was niet echt bekend dat ze daar zaten. Dat ik daar achter ben gekomen, is door de aanwezigheid van een gezenderde kleine zwaan in de Gecombineerde Willemspolder hier in Oosterhout. 

Deze kleine zwaan heeft een GPS zender in haar halsband zitten waarmee elke 5 minuten een signaal wordt opgeslagen wat eens in de twee uur via het GMS netwerk wordt verzonden naar het onderzoeksteam kleine zwanen. De GPS zender werkt op 3 kleine zonnepaneeltjes.

op weg naar Oosterhout
Via een app zijn alle kleine zwanen in dit project te volgen. En op deze bewuste app zag ik dat de gezenderde zwaan in Oosterhout ´s-avonds zo rond een uur of vier naar de Biesbosch vloog om te overnachten. En afgelopen maandag zag ik daar dat ze niet alleen was. De groep kleine zwanen die daar overnacht is inmiddels gegroeid naar ruim vijftig vogels. Ik was daar vroeg genoeg om alle vogels nog bij elkaar te zien zitten en het is prachtig als ze aanstalten gaan maken om te vertrekken. De vogels worden dan wat rusteloos en en maken het prachtige roepende zwanen geluid en gaan ook wat rusteloos rondzwemmen alsof ze wachten op een seintje van hun leider dat ze kunnen vertrekken. 

bestemming Oosterhout, 9 jan 2025
De korte reis naar Oosterhout zal alles bij elkaar een minuut of 15-20 duren om dan te landen in de rijke raaigraslanden van de Gecombineerde Willemspolder waar alleen maar gras groeit en verder niet veel leeft. Maar dat boeit die zwaantjes niet. Het is wel een zorg van de plaatselijke boeren. Een van die boeren sprak ik laatst en hij vertelde mij dat het nu nog geen probleem is als de zwaantjes in zijn weides foerageren. Maar over een maand wordt dat wel een probleem als het gras begint te groeien en de zwanen daar hun uitwerpselen deponeren in het voer van de koeien van deze boer. En ik snap dat ook wel want als ik een koe was zou ik een broodje poep ook afslaan.

Voor mij was in ieder geval het cirkeltje rond. Ik heb ze en dan en dan met name Thelma(want zo heet ze) de gezenderde zwaan zowel in haar nachtverblijf als in haar dagverblijf heb gezien. Ze pendelt trouw elke dag heen en weer totdat het moment is aangebroken dat ze de lange terugreis naar Noord-Siberië moet aanvangen. Dat zal, vermoed ik zo eind februari zijn en tot die tijd kunnen we nog van de kleine zwanen in de Willemspolder genieten.

Wil je meer weten van deze supermooie zwaantjes, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kleine-zwaan

dinsdag 21 januari 2025

Zeearenden volgen.

koppel zeearenden 14 jan 2025
In de Biesbosch ligt de polder de Groote Muggenwaard en dat is voor een koppel zeearenden dat hier in de buurt verblijft een soort "all inclusive" resort. Hier zitten enkele duizenden eenden en ganzen die voor deze twee reuzen een vrij makkelijke prooi zijn. 

Afgelopen week zag ik een van de twee met een half afgekloven brandgans naar een hoog-spanningsmast vliegen waar hij nog wat stukjes malse ganzenborst van het skelet knaagde. De andere zeearend zat een paar meter verder toe te kijken en leek niet veel interesse te hebben in de restjes die de andere zeearend over had.

prooiresten smaken nog best
Toen ik wat beter keek zag ik dat beide vogels geringd waren en de zeearend met de prooi had ook nog eens een GPS zender op zijn rug zitten. Op de zwarte pootring las ik WN36 af en bij de andere zeearend zag ik dezelfde zwarte ring ook met de letters WN maar de twee cijfers kon ik jammer genoeg niet aflezen. De vogel had in de modder gestaan waardoor de cijfers onleesbaar waren geworden.(later bleek dat WN43 te zijn)

De twee zeearenden hebben deze mast uitgekozen als hun vaste uitkijkpost waarvandaan ze een prima zicht op de gedekte tafel hadden. Ze hebben na wat onderzoek alweer een paar jaar een territorium in de Biesbosch maar zijn tot nu toe nog niet tot broeden gekomen. Misschien is dit het eerste jaar dat het gaat gebeuren. Het mannetje(links op de bovenste foto) is ouder dan 4 jaar en dat kun je aan de spierwitte staart zien. Maar het vrouwtje heeft die witte staart nog niet maar die is aan het verkleuren van bruin naar wit.

samen zeilen boven de Noordwaard
Je kon goed zien dat deze twee goed met elkaar konden opschieten want behalve naast elkaar zitten in de hoogspanningsmast, zag ik ze ook samen vliegen en dat samen vliegen zag er erg interessant uit. De twee zochten elkaar hoog in de lucht steeds op om dan samen de thermiek op te zoeken en samen in de zelfde richting in een glijvlucht richting de rivier te zeilen. Dat patroon herhaalden ze steeds opnieuw en de richting waarin dat gebeurde geeft te denken. Zou dat de richting van het aanstaande broedterritorium zijn? Stel dat het lukt dan hebben we er weer een broedpaar bij en zo groeit het aantal broedparen zeearenden langzaam verder. Ik ben benieuwd hoe het luchtruim boven de Noordwaard er over 6 maanden uitziet.

Wil je meer weten van deze kolossale luchtacrobaat, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zeearend


donderdag 16 januari 2025

Het is weer bosuilentijd.

bosuil deze week
Een bosuil is al heel vroeg met de voorbereidende werkzaamheden voor het aanstaande broed seizoen bezig. Het nachtelijke roepen is begonnen en daarmee worden de vrouwtjes geroepen en als het goed is, roepen de vrouwtjes terug. Dat terugroepen is korter en hoger van geluid maar niet te verwarren met een andere vogel in het nachtelijke bos. Dat roepen gaat nog wel even door en helpt mij met het vinden van de verschillende territoria.

Ook al is het de meest algemene uil van ons land, het blijft een lastige soort om te zien. Maar als je eenmaal weet waar zijn territorium is, dan kan hij daar jarenlang te zien zijn.


bosuil in een zwaar gehavende boom
Ze zijn erg honkvast en trouw aan hun gebiedje. Door de jaren heen wist ik steeds weer een nestboom te vinden maar die werd dan door een flinke storm omgeblazen, weg bosuilenstek en kon ik weer opnieuw gaan zoeken. Dat die bomen omwaaien is eigenlijk ook niet eens zo gek want het zijn bomen die iets mankeren anders waren ze niet hol. Een uil hakt geen nest uit maar gebruikt een bestaande holte in een boom van bijvoorbeeld een specht.

Wat voor mij nieuw was, is dat onze bosuilen in de winter gezelschap krijgen van buitenlandse overwinterende bosuilen en daarmee groeit de bosuilenpopulatie in Nederland met 50% naar ongeveer 18.000 exemplaren. 

bijna onzichtbaar
En dat roept bij mij dan ook gelijk de vraag op, waar gaan die beesten dan overwinteren want onze eigen bosuilen beginnen nu zo'n beetje met het bezetten van de territoria en begint de baltsperiode. In hoeverre zitten die twee groepen bosuilen elkaar in de weg? Waarschijnlijk lossen ze dat op een handige manier op maar een feit is wel, er zitten nu volop bosuilen in ons land.

Toch de moeite om in het bos eens wat vaker omhoog te kijken. Als ze vrij zitten, gaan ze meesstal we in de buurt van de stam zitten waardoor ze wat uit het zicht zitten. Ja ze zijn niet op hun achterhoofd gevallen. Ook al zijn het een boel uilen, ze spotten is toch een ander verhaal. Deze week zag ik er een vrij zitten en het zou mij niet verbazen dat dit een buitenlander is. De plek klopt niet echt maar het was wel heel leuk om hem zo te zien zitten genieten van het ochtendzonnetje. 

Wil je meer weten van deze spookachtige nachtbraker. klik dan op de link;

maandag 13 januari 2025

Het houtsnippen mysterie.

houtsnippengebied
Er zijn van die vogels die in redelijke aantallen, verspreid door heel ons land voorkomen maar die je niet of nauwelijks ziet. En dan bedoel ik niet eens de echte nachtvogels maar een vogel die je ook overdag tegen zou kunnen komen namelijk de houtsnip. Foerageren doen zo trouwens ook wel 's-nachts. Om een idee te geven, de hele ravenpopulatie in Nederland is ongeveer 250 broedparen groot terwijl de houtsnippenpopulatie maar liefst 3500 broedparen groot is. Het tegenwoordig makkelijker om een raaf te spotten dan om een houtsnip te vinden.

Afgelopen week was het dan zover dat ik met een goede kennis op houtsnippensafari ben gegaan. We gingen naar een gebied waar bewezen houtsnippen voorkomen. Geen incidenteel exemplaar maar een heuse winterpopulatie. De Nederlandse houtsnippen worden in de winter vergezeld van vogels uit Noord- en Oost-Europa. Alhoewel ook gezegd wordt dan onze snippen naar het zuiden en Groot-Brittannië wegtrekken.

houtsnip verstopt onder de struiken
De houtsnippen zijn liefhebbers van flinke stukken bos, lekker vochtig, een dikke bodem van bladeren, humus en mos en een redelijk dichte ondergroei. En ja, ze hebben nogal wat noten op hun zang. Alhoewel die zang niet veel voorstelt en zich beperkt tot een knorrend geluid wat mij doet denken aan het kwaken van een kikker. Het gebied waar we de houtsnippen gingen zoeken, beantwoorde aan alle eisen van de snip en het werd daarmee voor ons een soort jungletocht met kruipen, sluipen, klimmen en waden door het dichtbegroeide bos.
Het kostte dan ook nogal wat tijd om door het perceel te komen en het duurde dan ook een flinke tijd voor de eerste snip gevonden was. De vogel zat verscholen in het dichte struweel en zat redelijk goed verborgen achter een dikke tak waardoor een foto maken niet mogelijk was. Maakt niet uit, de eerste snip was gezien en niet heel veel later vonden we nummer twee, Missie geslaagd. Soms moet je er veel voor doen maar dan heb je ook wat. Weer een mooie soort voor de jaarlijst van 2025.

Wil je meer weten van deze geheimzinnige vogel, klik dan op de link;

zaterdag 11 januari 2025

Een bijzondere duiker.

ijsduiker jan 2020 Oosterscheldekering
Afgelopen week begon het nieuwe vogeljaar goed. Een dagje naar Zeeland kan namelijk mooie waarnemingen opleveren en dat was deze keer ook het geval. Een prachtige ijsduiker dobberde in de luwte van een dijk op een groot water. De wind was bijna niet te harden en ik had er niet veel hoop op om deze bijzondere duiker te vinden. Het is sowieso een lastig beest want hij houdt flink afstand en is meer onder water dan boven water te zien. Hij duikt om de haverklap weg en als hij dan eindelijk even boven water is, zit hij hij net iets te ver weg om een foto te maken. 

De enorme dolksnavel valt dan gelijk op en ook het formaat van de vogel is enorm. Hij is vergeleken met een roodkeelduiker twintig centimeter langer en als je dat in het water ziet dobberen dan valt dat slagschip ook direct op. 
ijsduiker met een visje
3 dec 2021 Philipsdam

De ontmoeting met deze knaap was de eerste weer eens sinds drie jaar. Zo lang was het alweer geleden dat ik een ijsduiker had gezien. Er zijn er nooit zo heel veel in ons land en dan meestal ook nog eens op plekken waar je niet vaak komt. Ze hebben niet vaak een vaste stek en kunnen door het hele land waargenomen worden. En om er nu speciaal een verre tocht voor te ondernemen gaat mij te ver. Hoewel er een keer een in de Biesbosch heeft gezeten maar dat is weer wat langer geleden.

IJsduiker in zomerkleed
Jasper National Park, jul 2001
De ijsduikers die ik hier heb gezien waren altijd in hun winterkleed gehuld en eigenlijk is dat een saai kleed om te zien, ooit heb ik een exemplaar in zomerkleed gezien maar dat was dan ook in het gebied waar ze broeden namelijk Noord-Canada. Deze zomerse ijsduiker liet zich ook veelvuldig horen wat werkelijk een prachtig mysterieus geluid is zeker ook omdat de omgeving erg stil was en we geen last hadden van omgevingsgeluiden zoals snelwegen of andere geluidsververvuiling. En ik weet mij nog te herinneren dat ook toen die enorme dolksnavel opviel. Ik ken maar weinig zeevogels die net zo'n enorme snavel hebben en eigenlijk komt alleen de Jan van gent daarbij in de buurt. In ieder geval kan ik weer een paar jaar tegen nu ik hem weer eens heb gezien al hoop ik wel op een eerdere ontmoeting.

Wil je meer weten van dit noordelijke slagschip, klik dan op de link;

dinsdag 7 januari 2025

Massa's kuifeenden.

overwinterende kuifeenden dobberen maar wat
Het aantal overwinterende kuifeenden in de Biesbosch is nog steeds enorm. Duizenden kuifeenden hebben zich in de Noordwaard en op de spaarbekkens verzameld en brengen hier de winter gezamenlijk door. Dat doen ze al jaren en jaren en het lijkt erop dat de aantallen niet echt kleiner worden. Weer eens wat ander dan al die sombere verhalen over verdwijnende soorten. Nee het gaat gewoon goed met de kuifeend.

Het is in Nederland geen grote broedpopulatie maar in het najaar, zo naar de winter toe nemen de aantallen toe. 

kuifeend mannetje 18 nov 2015
Onze kuiven vertrekken naar het zuiden en de noordelijke kuiven komen naar hier om te overwinteren in ons milde klimaat, En dat aantal overwinteraars is niet gering en is gewoon het tienvoudige van onze broedpopulatie dus dat zijn er nogal wat. Op het spaarbekken, de Petrusplaat zitten zomaar 500 tot 1000 exemplaren. In de Spieringpolder zitten ook makkelijk 500 exemplaren en dan neem ik het Hollands Diep aan het eind van de Biesbosch, Het krekenstelsel en de twee andere spaarbekkens niet eens mee. 

Afgelopen week heb ik twee grote groepen kuiven minutieus bekeken op zoek naar een verdwaalde topper. Die lijkt sprekend op een kuifeend, is net iets groter en anders getekend. 
topper vrouwtje, 4 dec 2024
Zeker het vrouwtje verwar je zo met een kuifeenden vrouwtje. Maar helaas zat er voor mij geen topper tussen. Begin december zag ik nog een topper vrouwtje in Zeeland en dat is ook een aannemelijke plek om er een te zien. Toch loont het wel de moeite om in de Biesbosch tussen de kuiven te speuren. Elk jaar zit er wel eentje tussen.

De kuifeenden in deze tijd zijn prachtig van kleur en je kunt zien dat ze aan het begin van de herfst hun verenkleed geruid hebben. De kleuren zijn fris en de tekening is scherp. En om ze dan in van die grote groepen samen te zien is prachtig. Wat overigens wel opvalt is dat de verhouding mannen en vrouwen niet in evenwicht is. Het zijn over het algemeen mannen, zeg maar in de verhouding 65% mannen en 35% vrouwen. Dat is misschien zorgelijk behalve als het aantal vliegvlugge jongen maar groot genoeg is.

Wil je meer weten van deze prachtige kleine eend, klik dan op de link;

donderdag 2 januari 2025

Zijn er nog jonge kleine zwanen?

jonge kleine zwaan, feb 2023
Het is een jaarlijks terugkerend onderwerp, de aankomst van de eerste kleine zwanen bij ons in de polder. De datum van de eerste vogels schuift ook alweer enkele jaren steeds iets verder op. De tijd van de aankomst vaan de eerste kleine zwanen in november ligt alweer een eindje achter ons. Ook december is geen zekerheidje meer. Des te blijer was ik toen ik vorige week op 23 december de eerste twee kleine zwanen tussen de grote groep knobbelzwanen zag zitten. Toch nog in dit jaar.

Het is nu de spannende vraag of ze blijven en of er binnenkort meer bij komen en de belangrijkste vraag van alle vragen over de kleine zwanen is, hoeveel jongen brengen ze mee? Ik weet dat het al jaren niet goed met ze gaat en de aantallen meegebrachte jongen steeds lager liggen wat uiteindelijk een bedreiging van het voorbestaan van de soort is. De jaren van 7% of meer meegebrachte jonge zwaantjes halen we al tijden niet meer. En dat als je weet dat voor het voortbestaan van de soort 12% jonge kleine zwanen per jaar nodig is. De populatie is snel aan het vergrijzen en dat voorspelt dus niet veel goeds.

koppel kleine zwanen met 6 jongen
Willemspolder 16 jan 2016
Ook de groep kleine zwanen is kleiner dan jaren geleden maar dat heeft ook een andere reden. Door het veranderende klimaat hoeven de vogels ook niet meer zover naar het zuiden te vliegen en stoppen ze tijdens de jaarlijkse trek een stuk dichter bij huis. 

De weinige asgrijze jonge zwanen die met de ouders meekomen hebben dus straks geen weet meer van het bestaan van Nederland als geschikt overwintergebied en dan is het helemaal afgelopen. Ook al zou er weer een periode aanbreken van koude winters dan is het maar de vraag of we ze hier dan weer gaan zien.
Willemspolder 23 jan 2021
Volgens mij is dit gedrag voor een deel ook door de ouders overgedragen door ze in de praktijk de trek mee te laten maken. Kortom, ook in dit geval is er een grote verandering op komst en gaan de vogelaars van de toekomst naar heel andere vogels kijken dan wij dat nu doen.

En hoe het verder gaat met de kleine zwanen weet ik niet maar wat ik wel weet is dat met dit klimaat beleid het voor deze vogels hoogstwaarschijnlijk te laat is. De aarde warmt verder op, de temperatuur is in het broedgebied van de kleine zwanen te hoog en daardoor broeden ze niet meer. Of ze zich snel genoeg aanpassen om nieuwe broedgebieden te zoeken vraag ik mij ook af en ziet het er niet best uit voor mijn lievelingsvogel.

Wil je meer weten van deze prachtige wintergast, klik dan op de link;

maandag 30 december 2024

Waar zijn de groenlingen?

mannetje groenling
Als het zo langzamerhand winter wordt, als de gemiddelde temperatuur minder aangenaam is en als de dagen meer donker dan licht zijn, is het tijd om naar de plekken te gaan waar je de vogels in mooie wintergroepen kunt zien. Dat klinkt eigenlijk niet zo aantrekkelijk om er op uit te trekken maar dat kan ik toch "warm" aanbevelen. 

Het duurt altijd even voordat deze wintergroepen ontstaan en ze elkaar opzoeken om samen deze sombere tijd uit te zitten en nu op het eind van het jaar is het dan zover.

mooie groep groenlingen, 29 dec 2020
Mooie groepen vinken, kepen, sijzen en groenlingen zijn vanaf nu te zien als je de plekken tenminste weet. Het zijn in deze tijd van het jaar redelijk honkvaste groepen die als ik er op uitga dan steevast in hetzelfde gebied weer tegenkom. Kepen en sijzen in de Boswachterij Dorst, vinken en groenlingen op de Strijbeekse Heide. Ze zullen vast ook op andere plekken te vinden zijn maar voor mij zijn dit de vaste stekken waar succes verzekerd is, Tenminste dat was in het verleden zo en daar moet ik het eens over hebben.


in een winters zonnetje, 19 feb 2019
Want afgelopen week liep ik daar mijn vaste rondje op zoek naar de groepen groenlingen en vinken en dat was een grote teleurstelling. De aantallen van enkele jaren geleden worden bij lange na niet meer gehaald. Zeg maar dat in een winter van een jaar of vijf geleden, tussen de 200 en 300 groenlingen in het gebied foerageerden dat er dat nu nog maar een stuk of 30 zijn. Het gaat nu dus om een goeie 10% van wat hier dus in het verleden zat. Voor vinken geldt dat ook maar dat zijn er nog net wat meer. Wat de oorzaak is weet ik niet. Ik weet dat bij groenlingen "het geel", een vervelende besmettelijke en dodelijke ziekte een oorzaak zou kunnen zijn. Veel groenlingen zijn daaraan gestorven maar zeker weten doe ik dat niet.

Ook de trek naar betere overwintergebieden, slechte broedresultaten, voedsel(insecten) tekorten voor de jonge vogels, het kan van alles zijn wat deze aantallen zo snel doet teruglopen. In de gebieden waar ik ze normaal altijd in grote aantallen zag is veel gedaan om ze te helpen. Ander maaibeleid, kruidenrijke en bloemrijke stroken aanleggen die voor de benodigde insecten moeten zorgen, alles is gedaan. Maar of dat op tijd is geweest weet ik niet.

De komende weken kom ik vaker in dit gebied en ga ik op zoek naar de grote wintergroepen vogels maar of ik die zal vinden, daar twijfel ik aan. Mocht ik ze zien dan maak ik daarvan in dit blog melding van.

Wil je meer weten van deze gele kanarie van de kouwe grond, klik dan op de link;

donderdag 26 december 2024

Hoe oud is een zeearend?

volwassen zeearend met een geheel
gele snavel en lichte kop
In de Biesbosch zijn het hele jaar door zeearenden te zien. Je hoeft er zelfs geen moeite voor te doen want het zijn behoorlijk actieve beesten die met grote regelmaat overvliegen. Met hun enorme vleugels zijn ze zo een eindje weg en ze bestrijken zo in een vloek en een zucht met gemak het hele gebied. Er leven een paar koppels volwassen vogels en behoorlijk wat jonge beesten. Ze zijn niet allemaal geboren in dit gebied maar vaak overwinterend want de voedselrijkdom is hier enorm. Duizenden ganzen, eenden eb vissen staan op de menukaart en die worden dan ook dagelijks gekozen als ontbijt, lunch en diner.

Wat ik wel lastig vind, is het vaststellen van het jaarkleed van de betreffende vogel want vanaf het eerste jaar tot het vierde jaar zien ze er min of meer hetzelfde uit. Daarna zien ze er met hun spierwitte staart beduidend anders uit, die witte staart hebben de jonge exemplaren de eerste vier jaar nog niet. En eigenlijk gaat voor mij de determinatie van het jaarkleed niet verder dan dat. En ook al heeft de arend een witte staart, dan is het nog steeds geen volwassen exemplaar. Dat kan zomaar nog twee jaar duren en is de vogel in zijn 7e jaar pas echt volwassen.

2e-3e voorjaar zeearend
Om de leeftijd vast te stellen is het ook nog eens zo dat je de vogel in zijn geheel moet kunnen bekijken om vast te kunnen stellen in welk kalenderjaar de vogel zit. En dat is zo ongelooflijk moeilijk want de vogel vliegt vaak op grote afstand voorbij en krijg je amper de kans om naar alle kenmerken te kijken. 

Ik ken geoefende vogelaars die ook dan in staat zijn om de leeftijd van de arend vast te stellen, een vak apart. Maar goed. de snavel is dus wel een hulpmiddel maar niet uitsluitend. Een 1e-2e voorjaar kalender vogel heeft namelijk een zwarte snavel met een gele mondopening en lichte teugel. Bij een 2e-3e voorjaar kalender vogel is de snavel iets lichter met meer geel en grijstinten rond de mondopening. 

1e-2e voorjaar zeearend
En naarmate de vogel steeds ouder wordt, wordt ook de snavel steeds geler totdat de zeearend zijn volwassen kleed heeft bereikt. Op de foto links vliegt een 1e kalenderjaar zeearend en door zijn houding kun je weer wat specifieke kenmerken terugvinden. De lichte oksel en de lichte banen op de ondervleugel verraden dat het hier om een 1e-2e kalenderjaar (waarschijnlijk 2e kalender voorjaar)vogel gaat. De snavel is al lichter van kleur terwijl die van een 1e kalenderjaar vogel geheel zwart is. Maar de warm bruine dekveren verraden dat het nog een jong exemplaar is. Vergeleken met een vogel van een jaar ouder zijn de verschillen niet heel erg groot en gaat het dus om de details.

Kijk voor mij is het schrijven van dit blog weer een mooie studieles want daarmee steek ik ook weer wat op.

Wil je meer weten van deze imposante Biesboschvogel, klik dan op de link;

maandag 23 december 2024

Watersnippen verhuisd.

foeragerende watersnip
Veel watersnippen zijn vertrokken. Ik hoor ze tijdens mijn vroege ochtendwandelingen niet meer roepen. Ik wist wel dat ze tot diep in november nog hier waren maar dan toch wel zo langzamerhand naar de overwintergebeden vertrokken. De aantallen namen dan per week af. Half december was het klaar en zijn ze hier weg. In de Biesbosch blijven er in de winter altijd wel een aantal overwinteren.

In het najaar zijn het makkelijk te spotten vogels want op de drooggevallen slikjes in de Biesbosch zie je ze dan driftig foerageren en opvetten maar ook bewegingsloos met de kop tussen de schouders naast elkaar tegen een pitruspol staan. Hoogtepunt voor mij was 21 september 2016 in de Galeiwaard in de Biesbosch waar toen 309 watersnippen bij elkaar stonden. Overigens nooit meer zo'n grote groep watersnippen gezien.

De laatste snippen hoorde ik hier vlakbij in de Oranjepolder. Ik loop hier hier een keer of vijf per week tussen een uur of halfzeven tot een uur of acht en in het donker hoor ik ze dan vanuit de natte graslanden roepen. De laatste tijd stond daar aardig wat water en dat is voor deze vogels ideaal. In het voorjaar hoor ik ze daar ook. Vaak overvliegend en soms ook rustend van de lange tocht terug naar hier. Ook tijdens onze weidevogelbeschermings activiteiten in het vroege voorjaar zie ik in de Willemspolder ook regelmatig watersnippen opvliegen.

verscholen in het gras
Ik was nieuwsgierig hoe het met ze gaat en dat zocht ik op. Als broedvogel blijft het aantal watersnippen redelijk op peil maar als doortrekker nemen ze jaarlijks met bijna vijf procent in aantal af. Wat dat betekent weet ik niet goed. Mogelijk dat de broedgebieden buiten Nederland minder geschikt zijn of is de trekroute veranderd? Ik weet het niet. Ik hoop in ieder geval dat onze populatie op peil blijft. 

Het geluid van een krassende op het allerlaatste moment opvliegende watersnip en de verwarde koers die de vogel vliegt is uniek en daar om mag ik ze zo graag.

Wil je meer weten van deze mekkerende snip, klik dan op de link.