vrijdag 30 september 2022

Lekker over zee turen.

roodkeelduiker, deels in zomerkleed
Afgelopen week, net in een wat rustige en droge periode was ik aan de kust. Lekker weer voor mij maar het had wat onstuimiger gemogen met het liefst een Noordwesten wind. Vanuit die richting worden zeevogels wat dichter onder de kust geblazen en zijn ze wat makkelijker te zien en vooral ook wat beter te herkennen. 

Met name alk en zeekoeten zijn op enige afstand niet meer van elkaar te onderscheiden. De pootprojectie en met wat geluk, als het zicht echt goed is, ook de snavel geven dan uitsluitsel. Zodra de vogels wat verder weg, razend snel tussen de golven doorschieten is determineren haast onmogelijk.

juveniele jan van gent
Maar wonder boven wonder vlogen vorige week met een totaal verkeerde windrichting voldoende mooie zeevogels niet eens zo ver uit de kust boven zee. Het zicht was uitstekend en vogels tekenden redelijk scherp waardoor ook ver op zee voldoende details zichtbaar waren om soorten op naam te brengen. 

Sommigen zijn makkelijker dan anderen, zo is een jan van gent een van de makkelijkere zeevogels, zijn lange lijf en net zo lange spitse vleugels vallen al van verre op maar een kleine of grote jager van elkaar onderscheiden vraagt wel wat meer tijd en overleg.

voorbijrazende alken
De meeste interessante soorten kwamen voorbij, niet in grote aantallen maar wel een voor een of in hele kleine groepjes. Alleen de zwarte zee eenden kwamen in flinke slierten voorbij, ver weg maar toch makkelijk te herkennen. Voor de kant zwom zelfs enige tijd een roodkeelduiker die nog deels in zomerkleed was en een prachtige dwergmeeuw met zijn donkere ondervleugels vloog voorbij, weer wat later passeerden ook vlak onder de kust twee rotganzen. 

Zo zie je maar, op papier was dit een slechte dag om zeevogels te kijken want een Noordoosten wind is wel de slechtste windrichting die je kunt hebben en worden op papier de vogels juist ver de zee op gedrukt maar dat is dus niet altijd zo. Net zoals de weersvoorspelling, die komt ook niet altijd uit. En daarom is het devies, als je zin en tijd en vooral geduld hebt, gewoon gaan en genieten van wat er wel is.

dinsdag 27 september 2022

Kneuen gaan op pad.

groepje foeragerende kneuen
Om kneuen te zien en in het voorjaar te horen zingen moet je niet hier in de Oranjepolder of Willemspolder zijn. De Oosterhoutse polders worden daarvoor te intensief gebruikt en hebben met name voor zangvogels maar weinig te bieden. Je vindt hier geen houtsingels of kruidenrijke akkers, geen bosjes en plas dras gebiedjes waar met name deze zangvogeltjes van houden. 

Als ik kneuen wil zien of horen, ga ik naar de Zonzeelse polder, Bleeke Heide, Huis te Heide of het Merkske. Nu zijn dit toevallig geen agrarische gebieden meer maar ooit wel geweest. Inmiddels zijn deze gebieden in het bezit van Staatsbosbeheer of Brabants Landschap en worden de gebieden op een natuurlijke manier beheerd en vindt er geen agrarische activiteit plaats.

mannetjes kneu
Hier zie je weer houtsingels en kruidenrijke akkers, soms begraasd door runderen en soms volledig ingericht voor vogels en met name voor ganzen in de winter. In deze natuurgbieden kom je weer veel bramenstruiken, distels en kaardebollen tegen, planten die veel zaden en vruchten dragen. Geen wonder dat daar kneuen, vinken, groenlingen en op sommige plaatsen ook geelgorzen voorkomen. Soms hoeven de ingrepen in een gebied niet eens zo drastisch te zijn om de natuur een zetje in de goede richting te geven. 

Vaak is een relatief kleine aanpassing al genoeg om een reactie van de natuur uit te lokken. Verhoog het waterpeil maar eens in een extensief beheerd gebied en je staat er versteld van wat er op af komt. 
deze is in prachtkleed
Voordat je het weet stappen er wulpen rond, foerageren eenden en ganzen in het gebied en weten zangvogels feilloos waar de insecten vliegen zodat ook die cirkel weer rond is. Kneuen profiteren daar ook van en zijn in de genoemde gebiedjes dan ook standaard te vinden, soms in koppeltjes, opvliegend uit een braamstruik, naar zaadjes pikkend op een zandpad of in groepen op een struik, druk kwetterend en druk heen en weer vliegend. 

Niet zo algemeen als een vink en groenling en je moet er altijd wat meer moeite voor doen maar dan heb je ook wat. Zeker als je in het voorjaar een zingend mannetje tegenkomt. De prachtige kleuren en soms vuurrode borst knalt je tegemoet. De komende weken bereiken we de piek van wegtrekkende kneuen. Ze gaan dan overwinteren in het Zuiden van Europa tot in Noord Afrika toe. Rond half oktober moeten we de grootste aantallen voorbij kunnen zien komen. Opletten geblazen dus!

Wil je meer weten van deze prachtvink, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kneu

vrijdag 23 september 2022

Steeds meer zeearenden.

overvliegende zeearend 12 maart 2022
De herfst is nog maar net begonnen en de eerste wintergasten zijn al gearriveerd. Met name de enorme zeearenden die we elke winter in de Biesbosch zien, komen nu aan. Er is een mogelijk Poolse zeearend in de Biesbosch gezien en het wachten op de bevestiging van zijn afkomst. Die wordt snel duidelijk als zijn ringen zijn afgelezen. Daar zijn altijd wel een paar vogelaars druk mee en hebben met het aflezen van ringen een hobby in een hobby gevonden.

Afgelopen week, tijdens de maandelijkse inventarisatie rondes werden we meermaals "gestoord" door een overvliegende of jagende zeearend. Als zo'n zeearend overvliegt en dan hoeft hij niet eens moeite te doen om alles de lucht in te krijgen, is een telling flink verpest.

jonge zeearend 16 september 2022
Alles vliegt op en alle eenden, ganzen en steltlopers verspreidt zich in alle windrichtingen. Soms vliegen ze het gebied uit of gaan weer wat verderop zitten maar ook komen vogels uit andere opgejaagde gebieden naar het telgebied wat net onderhanden is. Dat is ook erg verwarrend als de vogels zomaar ergens tussen andere vogels gaan zitten in het deel wat je net geteld hebt. 

Afgelopen winter zaten in de Biesbosch tien tot twaalf zeearenden en daar is volop ruimte ruimte voor en zo ongelooflijk veel voedsel dat verhongeren niet in het woordenboek van een zeearend voorkomt. 
3 jonge zeearenden, 13 september 2021
De meeste overwinterende zeearenden zijn jonge beesten, te herkennen aan de bruine staartveren. 
Ze zijn dus meestal niet ouder dan een jaar of vier. Logisch dat ze naar hier komen, want behalve enorm veel vis verblijven hier in de winter tienduizenden eenden en ganzen in de Noordwaard. Een echt roofvogel eldorado, niet alleen voor ons dus maar prachtig maar zeker ook voor de zeearenden. 

Wil je meer weten van deze grootste roofvogel van Noordwest Europa, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zeearend

dinsdag 20 september 2022

Eksterbouwsels.

Royaal eksternest met dakje
Op 6 januari van dit jaar schreef ik over de soms imposante eksternesten hier in de wijk. Een kleine vijfentwintig nesten in een straal van een kilometer, meer is het niet, zitten hoog in de bomen. Ze doen het goed in de bebouwde kom en kunnen goed leven in de nabijheid van mensen. Ik heb het hele jaar door de eksters vrijwel wekelijks een handje walnoten toegestopt. Hoe ze het doen weet ik niet maar na amper een kwartiertje hebben ze die walnoten gevonden en hakken ze die open of nemen ze de noten mee om ze ergens te verstoppen.

Bij ons voor op het plein zit hoog in de plataan een groot eksternest. Al jaren wordt het nest in het vroege voorjaar opgekalefaterd en in gebruik genomen. Volgens mij ook succesvol want ik zie in mei-juni altijd wel bedelende jonge eksters en die zijn volgens mij hier op het plein geboren.

even een nootje meepikken
Afgelopen week stapte ik 's-morgensvroeg buiten om de hond uit laten toen ik een hoop gekraak hoorde en een grote bos takken op onder de plataan zag neerstorten. Het eksternest was spontaan uit de boom gevallen. Er stond geen wind en ik denk dat de takken onder het gewicht van het nest waren bezweken.

Ik was toch wel benieuwd hoe dat nest er uitzag en dat was niet mis. Een eksternest is veel meer dan een grote bos takken. Het bouwwerk is zorgvuldig opgebouwd en bestaat uit meerdere bouwlagen. Eerst wordt de ruwbouw van takken gemaakt Handig in elkaar gestoken wordt het een grote sterke kom en onderin deze kom wordt modder aangebracht en die wordt zorgvuldig in een soort kom of schaal gevormd. 

van L naar R; takkennest, kleilaag,
kern en stoffering
De klei droogt uit en wordt zo een stevige aarden bak. Winddicht en veilig want er kan niets uitvallen of uitrollen. In de aarden bak wordt een nest gemaakt van hele dunne en fijne takjes die net als een merelnest fijntjes in elkaar wordt gezet. Zeg maar de stoffering van het nest. Zo ontstaat een perfect geïsoleerd, stevig en veilig nest. Als finishing touch wordt een afdak gemaakt om ongewenst bezoek buiten de deur te houden. 

Zo zie je maar dat vogels ook nadenken en een perfect bouwwerk weten te maken en ik wist al langer dat eksters meer werk maakten van hun nest maar dat het zo ingenieus is opgebouwd , was voor mij nieuw. Prachtig om te zien en ik kijk nu toch wel heel anders naar die enorme takkenbossen hoog in de bomen hier inde wijk.

Wil je meer weten van deze bouwmeesters, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ekster


vrijdag 16 september 2022

Boertjes op de wieken.

soms zitten ze even op een draad
Het is altijd jammer om de zwaluwen weg te zien trekken. Rond deze tijd gaat dat gebeuren en ik denk dat er al heel wat zwaluwen vertrokken zijn. Met name de oeverzwaluwen en ook huiszwaluwen zijn al begonnen en ook de eerste boerenzwaluwen gaan eerdaags vertrekken. Van alle zwaluwen blijft de boerenzwaluw het langst in ons land.

De gierzwaluw, die geen familie van de andere zwaluwen is, vertrekt als eerste en is zo rond 1 augustus vertrokken. Ik zag de laatste dit jaar op 5 augustus overvliegen bij Huis te Heide. Die gierzwaluw is hier trouwens maar een goede drie maanden om te broeden en dan is hij weer weg. Ook de oeverzwaluwen en huiszwaluwen zijn deze maand nog even te zien en dan zijn ook die vertrokken.

lekker in het zonnetje op de warme klei
De boerenzwaluw is hier het langst van alle zwaluwen. Mijn eerst zag ik eind maart in de Biesbosch. Die vloog bij het Gat van Paulus over de boot toen ik terug kwam van mijn inventarisatie rondje in de Noorderplaat. En de laatste die ik ooit in een najaar zag, was bij het Gat van den Ham bij Lage Zwaluwe, ook tijdens een telling, deze keer van de ganzen en zwanen en dat was op 21 november 2020. Met wat geluk kun je dus nog lang zien. Maar eind november was echt extreem laat. De boerenzwaluw is dus zo'n acht a negen maanden in ons land dat is dus bijna een half jaar langer dan de gierzwaluw.

Aangezien alle zwaluwen enorme hoeveelheden insecten naar binnen moeten werken om te blijven leven, is het toch bijzonder dat die boerenzwaluw dat in november voor elkaar krijgt? 

De zes  boerenzwaluwen bij het Gat van den Ham vlogen rondjes rond het gemaal en waren duidelijk insecten aan het vangen. Aansterken voor de volgende etappe. Ik vraag mij wel af of ze het gehaald hebben want de hele tocht lang moeten ze blijven eten.

Ik heb nu nog een ruime maand om boerenzwaluwen te zien maar dan moet ik wel opletten want de aantallen nemen nu per dag af. De boerenzwaluwen uit Scandinavië zijn ook vertrokken en die komen deels over ons land en die pikken we dan ook nog mee. Inmiddels zijn daar zo'n 16.000 boerenzwaluwen de telpost bij Falsterbo in Zweden gepasseerd. Ook op weg naar het Zuiden.

Wil je meer weten van deze kleine luchtacrobaat, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/boerenzwaluw

dinsdag 13 september 2022

Casarca influx.

Casarca in de Biesbosch, polder Hardenhoek
Waar komen al die casarca's toch ineens vandaan? Elk jaar arriveren in de Biesbosch casarca's die op doorreis zijn en maken ze hier een korte tussenstop. Soms een paar dagen en soms ook een paar weken. Het ene jaar een enkeling en andere jaren een stuk of twintig maximaal dertig exemplaren. Dit jaar is anders en lopen de aantallen vanaf augustus langzaam maar zeker op met afgelopen week het absolute record van 123 exemplaren. Ik heb nog nooit zo'n groot aantal gezien.

Hoe lang ze hier blijven en of er nog meer bijkomen, is niet te voorspellen maar een feit is dat zo'n grote groep een prachtig zicht is. De warme oranje-bruine vogels met hun witte kop en zwarte ogen en snavel zien er prachtig uit. En dat is heel anders dan al die eenden die nu in hun eclips kleed een beetje anoniem bruin en onzichtbaar proberen te zijn. De rui periode is in volle gang maar dat lijkt niet te gelden voor deze casarca's. Wanneer ruien die of hebben ze al geruid voordat ze nu op pad gaan en komen ze hier alleen even rusten en opvetten?

Oranjepolder, nijlgans en casarca januari 2011
Deze eenden komen uit Midden Europa naar hier en zijn op weg naar Zuid Europa en Egypte. Hoewel de casarca's bij ons naar Zuid Europa trekken en andere vogels waarschijnlijk niet via hier rechtstreeks naar Egypte vliegen. 

In de vlucht hebben ze net als de nijlganzen een wit vlak op de vleugel en zijn ze ook vaak samen te zien. En dat kan soms best verwarrend zijn. Ik heb ze hier in de polder ook zo samen zien vliegen en dan lijken ze ook een beetje op elkaar.

Wil je meer weten van deze vliegende kaneelstok, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/casarca

vrijdag 9 september 2022

Jonge wespendief uitgevlogen.

jonge wespendief in Dorst
Een kleine twee maanden geleden sprak ik nogal voorzichtig de hoop uit dat het wel eens zou kunnen dat de wespendieven van Dorst tot broeden zouden komen. En taa-taaaaa.... gisteren vloog zomaar een jonge wespendief samen met zijn of haar ouders, in de buurt van het oude zwembad, over mij heen. Niet eens zo hoog en volgens mij ook nog niet zo bewust van alle gevaren die zo'n lage vlucht met zich mee kan brengen. Dat moet deze vogel duidelijk nog leren. 

En dat is denk ik ook de reden dat zoveel jonge vogels in het eerste levensjaar sneuvelen. Kijk maar naar de vis- en zeearenden waarvan en nu in de afgelopen weken een paar van zijn gesneuveld. Ik denk dat dat ook een normale gang van zaken is, alleen valt het nu op omdat het "gezien" wordt. Behalve dan de manier waarop ze nu gesneuveld zijn maar dat kan ook toeval zijn. Als het niet hier gebeurt dan gebeurt het mogelijk wel ergens op de trektocht naar het Zuiden. Uiteindelijk blijft van alle jonge vogels van dit jaar, of het nu pimpelmezen of zeearenden zijn, maar bitter weinig over. Als elke vogel in zijn hele leven voor een nakomeling zorgt die ook weer voor een nakomeling zorgt, dan blijft de soort bestaan. Maar dit terzijde.

wespendief, man bij Huis te Heide
De wespendieven in Dorst, maar ook die bij Huis ter Heide en Het Merkske lieten zich dit jaar opvallend vaak horen en zien. Ook zag ik met grote regelmaat die koppels luid roepend overvliegen, langzaam schroevend hoog boven de bomen. Hun veelvuldig roepen, verried hun aanwezigheid en ik hoorde ze zo al van ver aankomen. Ik vraag mij af of er dit nu meer zitten of dat ik ze nu beter in de gaten heb gehad?

In ieder geval is in Dorst minimaal een jonge wespendief(kunnen er maximaal twee per legsel zijn), uitgevlogen en dat willen de ouders weten ook. De hele ochtend waren ze wel ergens te spotten of te horen. Het begon al toen ik de auto bij de Ketenbaan had geparkeerd. De eerste vogel riep al en ik zocht hem boven het huis van de Boswachter want daar kwam het geluid vandaan, En ik denk dat in die hoek ook is genesteld. Opvallend vaak kwam de roep van de wespendief uit die hoek.

Wil je meer weten van deze vliegende insecteneter, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/wespendief

dinsdag 6 september 2022

Krombekken zoeken.

wolken van steltlopers
Niet alleen de Waddenzee is een belangrijke pleisterplaats voor trekvogels, ook de Delta en de Biesbosch spelen daar een niet geringe rol in. Vanaf eind augustus vallen de eerste steltlopers op doorreis hier binnen en dat gaat zo een paar weken door. En zeker nu want door de lage waterstand vallen veel slikplaten droog en worden die in bijvoorbeeld de Biesbosch door het zoetwatertij nog maar net onder water gezet. Ideaal voor de steltlopers die zo relatief eenvoudig bij de wormen, larven en andere waterdiertjes kunnen komen. Want opvetten is het devies, de grootste afstand naar het Zuiden ligt nog voor ze.
krombekstrandlopers en kemphaan
Ik zag in de modder kleine waterfonteintjes en dan bedoel ik echt klein. Hooguit een paar centimeter spoot wat water omhoog en dat doen dus die wormen en andere modderbewoners als ze gangen in de modder maken en ook op hun beurt zo aan het eten zijn. Het viel op hoeveel dat er waren dus dat betekent dat die slikplaten wel heel voedselrijk zijn. Dat die steltlopers hier van profiteren is maar even, veel tijd hebben ze niet en over een week of wat zijn ze allemaal weer weg. Dus dit is wel de tijd om ze op te zoeken.

Met name de Delta is een grote verzamelplaats van steltlopers. 
overwinteraars
Bij Zierikzee, Plan Tureluur zitten wel de meeste vogels. Grote groepen vallen daar bij hoog water binnen want met laag water zitten ze buiten op de grote zandbanken en rusten en foerageren ze daar tot het hoog water wordt. 

In de winter blijven enkele soorten hier en die zie je dan in wat kleinere aantallen de hele winter door. Het zijn dan de steenlopers, drieteenstrandlopers, rosse grutto's en wat plevierensoorten. Het is dan altijd een sport om tussen al die vogels iets speciaals te vinden. 

Dat is nog niet zo makkelijk en ik was dan ook erg blij met mijn krombekstrandlopers en kleine strandlopers. Die zijn nooit zo massaal aanwezig of je moet naar de Wadden gaan, dat is echt een ander verhaal. 

vrijdag 2 september 2022

Gemaskerde gele kwikstaart.

noordse kwik(foto is iets onscherp)
Het lijkt wel of we overspoelt worden door kwikstaarten. Langs de waterkant en op de akkers in het buitengebied zie je alle, als je tenminste goed oplet, soorten kwikstaarten zitten.Tijdens de laatste inventarisatie ronde in de Biesbosch telden we bijvoorbeeld meer dan vijftig witte kwikstaarten en meer dan dertig gele kwikstaarten. 

Het is echt opletten geblazen welke soorten er tussen zitten want het zit 'm vaak in de kleinste details. Een grijs of geel petje, een zwarte nek en rug of een afgetekend zwart petje met een grijze nek en rug of,en dan heb ik het nog niet over een echte zeldzaamheid, de kwikstaart met de zwarte oogvlek. Die laatste zagen we deze week in Zeeland in een akker zitten. Het was een noordse kwikstaart, een soort die zoals de naam al doet vermoeden, uit het Noorden van Scandinavië komt en zelfs van nog verder weg kan komen.

links, 2e van onder de noordse kwik
De noordse kwikstaart wordt niet heel vaak gezien en je kijkt er soms gewoon overheen. Meestal zitten ze ver weg en op basis van de gele kleur ga ik er soms gemakshalve maar vanuit dat het een gewone gele kwikstaart is. Een nadere inspectie levert dan wel eens een mooie nieuwe soort op. De noordse kwik is vooral in september als doortrekker in het Oosten van ons land te zien en dat maakt deze waarneming in Zeeland toch wel speciaal. In het voorjaar is de kans dat je ze aan de kust ziet wel wat groter.

"gewone" gele kwikstaart
In diezelfde akker zaten ook nog gewone witte en gewone gele kwikstaarten en niet te vergeten, er zat ook nog een engelse kwikstaart tussen. Deze grote gemengde groep zat achter de insecten aan die boven deze akker vlogen. Ik ken die gemengde groepen ook wel van mezen, die kunnen soms ook in grote groepen samengesteld uit verschillende mezensoorten rondtrekken. Ook een gedrag dat je vooral ziet in de trektijd maar dan meestal in het bos.

Ik vermoed dat ik deze noordse gele kwikstaart wel een eerder ergens gezien heb maar mij er toen niet zo van bewust van was dat hier meerdere soorten gele kwikstaarten voorkwamen. Zal ook wel iets met gemakzucht te maken hebben.

Wil je meer weten van deze kwikstaart met boevenmaskertje, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/noordse-kwikstaart