dinsdag 30 augustus 2022

Kleine karekiet in het riet.

een zwijgzame karekiet
Van de rietvogels is de kleine karekiet op een na de laatste die naar hier komt om te broeden. De laatste is de bosrietzanger en die arriveert een maandje later. Ongeveer vanaf 20 april arriveren de karekieten en die beginnen dan ook gelijk te kare-kare-kare-kieten. Ineens zitten de rietkragen er vol mee. Wel fijn dat ze wat later aankomen dan de rietzangers want dan verwar je die twee liedjes niet met elkaar. Je kunt dan even wennen aan de zang. Want dat wil in het begin van het seizoen nog weleens misgaan.

Ik hoorde afgelopen week nog een karekiet zingen en dat is laat. Eind augustus zijn ze vrijwel klaar met broeden en de jongen zijn al niet meer te onderscheiden van de oudervogels. Over niet al te lange tijd vertrekken ze weer en zitten we een half jaartje zonder. Ze zijn nu dus nog volop aanwezig alleen moet je ze nu op "zicht" zoeken en kun je niet meer op het geluid afgaan. Ze zitten nog steeds in de rietkragen en zijn best druk. Altijd klimmen en overspringen naar een volgende stengel en maar zoeken naar spinnetjes en insectjes. 

kleine karekiet in het riet
Gisterenochtend liep ik om de Zonzeelse polder heen en heb tijdens het lopen de rietkraag geen moment uit het oog verloren. En telkens als er wat rietpluimen heen en weer bewogen, keek ik even snel met mijn kijker wie dat deed. Van de tien keer dat een rietpluim stond te wuiven was het acht keer een scharrelende kleine karekiet en de twee andere vogels waren een vrouwtjes rietgors en een rietzanger. 

Het zou trouwens best wel een kunnen dat tussen al die karekieten ook nog een bosrietzanger heeft gezeten. Het uiterlijk van die twee verschilt vrijwel niet en om dat verschil vast te kunnen stellen, moeten ze wel even zingen en die tijd is dus voorbij. Het enige piepkleine verschil is de lengte van de snavel. Die is van de bosrietzanger iets langer. 
bosrietzanger met een iets langere snavel
Langs de rietkraag staan flink wat bosjes grauwe wilg en af en toe een vlier en braam. Dat is precies de biotoop voor een bosrietzanger en een karekiet zit daar ook in de rietstengels die erbij staan. 

Hier in de wijk zaten verschillende kleine karekieten en vrijwel elke vijver langs de Oostpolderweg had zijn eigen karekiet maar die zie ik al een hele tijd niet meer. Of ze hebben geen vrouwtje kunnen vinden en zijn naar elders gegaan of ze zijn al even geleden stilletjes vertrokken naar het winterverblijf.

Wil je meer weten van deze gezellige rietbewoner, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kleine-karekiet

vrijdag 26 augustus 2022

Visarenden zijn er klaar voor.

de drie van het Boomgatnest(18 aug 2022)
De Nederlandse visarendenpopulatie blijft maar groeien en tot vorig jaar kon ik nog zeggen dat die hele broedende visarendenpopulatie in de Biesbosch zat maar dat is vanaf dit jaar anders. In het Noorden van de Veluwe broedt het eerste paar visarenden buiten de Biesbosch en dat is natuurlijk een prachtige ontwikkeling. 

Zo verspreiden ze zich vanuit de Biesbosch over heel Nederland. Wat nu gebeurt, is al eerder gebeurt met de Cetti's zanger die ook vanuit de Biesbosch heel Nederland heeft veroverd.

een trotse ouder kijkt toe.
De jonge visarenden in de Biesbosch zijn bijna zover en gaan dan op weg naar Afrika. Een pittige tocht met onderweg veel gevaren. Een aantal vogels is geringd en wie weet horen we nog wat van deze vogels en met wat geluk zien we ze volgend jaar terug. Behalve A77 dan, die is vorige deze week verongelukt en doet niet meer mee.

Met de rest gaat het goed en ze zien er prachtig uit. Afgelopen weekend zag ik de drie van het Boomgatnest op het nest zitten. Prachtige volgroeide vogels die zelfverzekerd de wereld inkijken.

TG7 met een lekker visje
Waar zouden die vogels volgend jaar terechtkomen? In de Biesbosch zitten visarenden uit alle windrichtingen. S2 uit Engeland, BD61, AH93 en 7TG uit Duitsland en dit zijn dus onze broedvogels geworden. Hun nakomelingen gaan weer ergens anders voor nakomelingen zorgen en hoe komen we dat ooit te weten? Dan is ringen toch wel een een uitkomst.

Dit jaar zijn drie vogels uit een nest geringd waarvan er nu dus een is verongelukt, de andere jongen uit de twee andere nesten zijn niet geringd dus van die vogels weten we eigenlijk nu al zeker dat we daar nooit meer iets van terug zullen horen. 

Wil je meer weten van deze relatief nieuwe Nederlandse broedvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/visarend

dinsdag 23 augustus 2022

Zangertjes op trek.

paapje, op trek
De vogeltrek is alweer een paar weken bezig en dat gaat vrij onopvallend. Veel zangertjes zoals grasmussen, braamsluipers, fitissen, koekoeken, bosrietzangers en spotvogels zie amper nog. Ik hoor ook minder vogels zingen maar dat komt doordat het broedseizoen is afgelopen. Al deze vogels vertrekken dus letterlijk in alle stilte naar het Zuiden. Je hebt het dus eigenlijk niet zo in de gaten maar er is nu al volop beweging in de vogelwereld gaande.

Ik word door de aankomst van andere trekvogels gewezen op deze beweging want de paapjes en tapuiten zijn nu hier te zien, terwijl die hier niet broeden. Ze broeden wel in Nederland maar niet bij ons in Brabant. Dit is zeg maar de eerste golf trekvogels uit het "Noorden". De volgende reeks trekvogels komt weer van wat verder weg en zo volgen de soorten die op trek zijn elkaar op.

tapuit, ook op trek
Volgende maand vliegen de kraanvogels voorbij en over een dikke maand komen bijvoorbeeld de kramsvogels en koperwieken naar hier. Eind oktober arriveren de sijzen en kepen. Weer wat later vliegen de kleine zwanen en wilde zwanen deze kant uit en zo gaat dat maar door totdat het winter wordt. Dan is alles opgeschoven en hebben we een heel andere soortenrijkdom in onze omgeving. 

Veel vliegbewegingen gebeuren buiten ons gezichtsveld. Flink wat vogels vliegen namelijk 's-nachts en daar merk je niets van behalve de korte contactroepjes die ik dan 's-avonds laat in de polder hoor. 

roodborsttapuit & paapje
Vooral lijsters laten zich dan horen. Begin oktober vertrekken bijvoorbeeld de graspiepers massaal en die kun je dan wel overdag zien. In de Willemspolder zagen wij een keer honderden graspiepers in een grasveld binnenvallen. Even rusten en door.

Veel vogelaars vinden deze tijd een stille tijd. Als ze het dan over de vogelzang hebben, hebben ze gelijk maar ze bedoelen dan vaak dat er weinig te doen is op vogelgebied en dat is dus absoluut niet waar. Je moet in deze tijd alleen anders naar vogels kijken want er is juist heel veel te beleven. Het is alleen net even anders dan de voorbije vijf maanden.

vrijdag 19 augustus 2022

Een boswulp.

9 augustus, een wulp in Dorst
Twee weken geleden, op 9 augustus, zag ik 's-morgensvroeg in de Boswachterij Dorst een wulp langs het oude zwembad lopen. Bijzonder dacht ik nog en ik kreeg zo'n zelfde reactie van een andere vogelaar. Die reageerde ook verbaasd dat een wulp in het bos zat. Een wulp is bij ons namelijk het meest bekend als weidevogel die in het agrarische gebied leeft en in het najaar en winter vooral aan de kust zit.

Vanmorgen dacht ik weer terug aan die wulp en bedacht mij ineens dat die waarneming helemaal niet zo bijzonder is. Die is hooguit bijzonder in deze tijd, de eenentwintigste eeuw. 

een beetje hei, is dat herstel?
Want in de vorige eeuw toen we zo'n beetje vanaf de zeventiger jaren te maken kregen met de verzuring van de natuur, veranderde de azijnzure regen de natuur compleet. In die tijd was het effect op de natuur dramatisch. 

Ook de heide kreeg het zwaar te verduren en moest plaats maken voor grassen. En dat was voor de wulp de druppel die de emmer deed overlopen. Het oorspronkelijke leefgebied van de wulp was namelijk het bos- en heidegebied. Wulpen broedden destijds op de heidevelden en helemaal niet in het agrarische gebied zoals dat nu doen. Je hebt nog wel echte wulpenbolwerken in het Oosten van ons land en dan met name op de overgebleven heidegebieden. Maar deze wulp kwam dus poolshoogte nemen in het leefgebied van zijn bet-bet-overgrootouders. 

wulpen in de wei


Een nostalgisch tripje naar vroeger en daar zag deze wulp op 9 augustus jl, dat na vijftig jaar het oorspronkelijke broedgebied nog geen streep verbeterd is. Onbewoonbaar verklaard voor en door wulpen. Ik hoop werkelijk niet dat het gebied voor altijd ongeschikt blijft en de Boswachterij weer net als vroeger zijn heidevelden en stuifzanden terugkrijgt. Ik kan het mij niet herinneren, maar in de "goeie oude tijd" kwamen wij in de zomer vaak in Dorst om te zwemmen en toen moet het bos nog in orde zijn geweest, de grote open vlakte was stuifzand en de wat hoger gelegen velden waren geheel begroeid met heide. Jammer dat ik daar geen actieve herinnering meer aan heb, maar daar hebben meer mensen last van.

Wil je meer weten van deze grootste stelloper van Europa, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/wulp

dinsdag 16 augustus 2022

Voedselcrisis?

wegtrekkers?
Het valt op dat veel vogels al naar het Zuiden wegtrekken en dat is vroeg. Of ze ook daadwerkelijk vroeger vertrekken dan andere jaren kan ik niet met zekerheid zeggen. Het valt mij maar ook anderen op dat sommige soorten die je normaal gesproken in deze tijd nog kunt tegenkomen, nu al weg zijn of nog maar sporadisch gezien worden. Grauwe klauwieren, gierzwaluwen, spotvogels zijn van die soorten die je in deze tijd nog tegen moet kunnen komen. Weliswaar in kleinere aantallen dan vorige maand maar toch, ze moeten er nog zijn.

De mensen die ik spreek, zeggen vrijwel allemaal dat deze vroege trek mede veroorzaakt wordt door de gigantische afname van insecten. Afgelopen jaar was dat ook al in het nieuws, toen werd gemeld dat 75% van alle insecten verdwenen was. 
gisteren dansende insecten boven een berk
Weinig voedsel kan dus een mogelijke oorzaak zijn. Met dat verhaal in het achterhoofd loop ik nu alweer een week door de natuur en regelmatig denk ik hieraan. Inderdaad, 's-avonds weinig insecten rond de buitenlamp in de tuin, vrijwel geen insecten op de voorruit van mijn auto en ik ben amper door muggen gestoken ook al staat het slaapkamerraam wijd open en zouden de muggen ongestoord hun gang kunnen gaan. Naast het vroege vertrek, vertrekken nu dus vogels die nog niet sterk genoeg zijn en het is de vraag nog maar of ze hun eindbestemming halen.

spotvogel, putter, tjiftjaf en grasmus
vlak bij elkaar in een struik
Afgelopen week in Huis ter Heide zag ik bij een grote braamstruik een wolk insecten, uit de wind, aan de schaduwkant van de braam vliegen. In die braam barstte het van de vogeltjes, putters, grasmussen, spotvogels, roodborsttapuiten en tjiftjafs. De ene uitval na de andere uitval werd naar deze dansende insecten gedaan door steeds een of twee van de eerder genoemde soorten. Hmmmm, ze waren toch weg dacht ik eerder nog? 

Gisterenochtend zag ik een herhaling van dit tafereel maar nu in de Boswachterij Dorst. De wolk insecten was groot en is dus zeg maar een soort "vliegend buffet" voor vogels. Ook hier lagen de vogels op de loer en pikten hun graantje mee. Boompiepers, verschillende mezen, tjiftjaf, grauwe vliegenvanger en bonte vliegenvanger profiteerden volop van dit ruime aanbod. Volgens mij geen reden om eerder te vertrekken.
een boompieper lust ook
muggen

Het dramatische verhaal van de achteruitgang van insecten en het om die reden vroege vertrek van veel vogels naar het Zuiden geloof ik zeker maar er zijn ook, weliswaar hele kleine, lichtpuntjes als je maar oplet. 

Ik hoop werkelijk dat het aantal insecten en ook het aantal soorten insecten langzaamaan weer herstelt zodat de vogels wat langer hier blijven en goed doorvoed de verre tocht kunnen maken. Des te groter is de kans dat ze volgend jaar weer naar hier terugkeren. Leve de klimaatmaatregelen???

vrijdag 12 augustus 2022

Roofvogels zweven liever.

twee zwevende wespendieven
Gisterenochtend was weer zo'n ochtend dat de roofvogels echt zin hadden om te vliegen. Ik weet niet waar dat aan ligt maar je hebt van die ochtenden die niet veel anders zijn dan gisterenochtend en dan vliegt geen enkele roofvogel. Op deze dagen als de temperatuur snel stijgt, ontstaat ook al vroeg thermiek en daar houden ze van. Zonder een enkele vleugelslag omhoog schroeven en dan lekker zweven. Ze vliegen nergens naartoe genieten van het uitzicht en doden de tijd daar hoog in de lucht. Lijkt mij ook wel wat.

Gisteren dreven de buizerds, volop miauwend op grote hoogte over. Die twee waren duidelijk met elkaar in gesprek, roepen en antwoorden, daar leek het op. 
loerende slechtvalk
Wat later op de ochtend hoorde ik van ver een wespendief aankomen. Het bleken ook nu weer twee vogels te zijn die volop gebruik maakten van de thermiek. Waarom de ene ochtend anders dan andere ochtend is, terwijl de weersomstandigheden in mijn ogen gelijk zijn, kan ik dus niet beredeneren. 

En het waren die ochtend niet alleen de grote zwevers die het luchtruim kozen. Een torenvalk werd wat verderop achterna gezeten door een stelletje kraaien, op de een of andere manier liggen deze twee elkaar niet want dit zie ik wel vaker gebeuren. Weer wat verderop zat een slechtvalk op een hoogspanningsmast de buurt nauwlettend in de gaten te houden. Ik zag hem tot twee keer toe tevergeefs een uitval doen. Wat een spektakel deze ochtend en weer eens iets anders dan die kleine zangertjes of watervogels.

Met het warme weer van de komende dagen zullen de roofvogels wel wat vroeger op de wieken gaan en gebruik maken van de thermiek. Ik kijk alweer naar boven want die weet wat voor moois over zweeft.

dinsdag 9 augustus 2022

In de Boswachterij Dorst

een van de leemputten
Elke wandeling in de Boswachterij levert wel iets bijzonders op. De afgelopen paar weken verbaasde ik mij steeds over de voor mij  "nieuwe" bossoorten. Een paar weken geleden zag ik een grote gele kwikstaart bij de leemputten, een week daarna een witgat, grote zilverreiger, wespendief, oeverloper en vandaag een wulp. Deze laatste maakte dat ik voor dit jaar op 100 soorten in Dorst uitkom. Dat is elk jaar wel zo maar niet eerder zo vroeg in het jaar en niet eerder met zulke voor het bos bijzondere soorten.

alles behalve een bosvogel
Vorig jaar hoorde ik voor het eerst een wielewaal uitbundig zingen en daar had ik dit jaar ook op gehoopt maar dat is jammer genoeg niet gebeurd. Die wielewaal was wel heel erg bijzonder want dit was de eerste sinds 1992 die hier werd waargenomen. En dan moet je weten dat in zeventiger jaren van de vorige eeuw in de Boswachterij maar liefst 24 wielewaal territoria werden vastgesteld. Er is zeg maar gerust, in de tussenliggende tijd, heel wat veranderd.
het prachtige beukenbos

Dat die veranderingen niet allemaal negatief zijn moet ook gezegd worden. In het verleden werd heel anders naar dit bos gekeken. Staatsbosbeheer zag dit als een productiebos waar met grote regelmaat hout geoogst werd. Omgevallen bomen werden netjes opgeruimd en recreatie was ook een van de hoofddoelstellingen met het natuurzwembad Surae voorop. Ik kwam hier als klein jongetje vaak met mijn ouders en zus. Hele vakanties brachten we hier door.

en die hoort er ook bij
Later zorgde zure regen voor ingrijpende veranderingen en gingen vooral veel naaldbomen dood. Daarna trad de grote verandering van het bos op. Er werd niet meer zo intensief gekapt, het zwembad verdween en niet alle omgevallen bomen werden opgeruimd. En sinds kort mag je er niet meer met honden en fietsen in. Het bos wordt steeds meer een bos wat met name aantrekkelijk is voor vogels. Waar vind je vijf spechtensoorten, wespendieven, raven, uilen, kruisbekken en in de winter honderden sijzen en kepen? 

Nee, niet alle veranderingen zijn verbeteringen maar hier kun je dat met een gerust hart wel zeggen. De natuur ontwikkelt nog steeds en de soortenrijkdom neemt nog steeds toe. 100 soorten in iets meer dan een half jaar zegt best veel over de kwaliteit van dit bos.

vrijdag 5 augustus 2022

Ooievaar als vuinisman.

De Spinder vanmorgen
Vuilnisbelten ken ik vooral van vroeger. Hier in Oosterhout had je er een aan de kanaaldijk bij de Korenbocht en later verhuisde die naar de Hillen. Niet letterlijk want het vuil aan de Korenbocht ligt er nog steeds en wordt straks een mooi park. Die aan de Hillen is ook al weg en is inmiddels een composteerbedrijf geworden. 

Maar die grote vuilnisbelt bij Tilburg bij de Spinder is nog steeds volop in gebruik. Dat ik het over een vuilnisbelt heb, komt omdat die plek een enorme aantrekkingskracht op vogels heeft. 

aan de rand van de vuilnisbelt
Een vuilnisbelt is een enorme gedekte tafel met ongelofelijk veel voedsel en het is daar lekker makkelijk foerageren. Enorme aantallen meeuwen, in alle soorten en maten, kraaien en roeken vliegen daar rond. En vanmorgen verbaasde ik mij over de gigantische groep ooievaars. Ze zitten er daar altijd wel maar nooit in de aantallen zoals ik die vanmorgen zag. Aan de rand van de belt zaten tussen de 150 en 175 ooievaars. Ik denk dat ze hier in deze tijd ook verzamelen voor de grote tocht naar Afrika. Nog even makkelijk opvetten en dan straks met z'n allen op weg maar het Zuiden.

marabou(familie van de ooievaar)
In de winter blijven hier altijd wel een paar ooievaars achter, niet veel maar een paar vinden het zo wel best. Waarom zo ver vliegen als je hier ook eten kunt vinden en met de kou valt het ook wel mee. In Afrika is voedsel zoeken een stuk makkelijker dan hier. Dat zou je zo een, twee, drie niet verwachten maar de vuilnis ligt daar in enorme hopen, open en bloot. Niks afvalverwerking of groenafval composteren, nee daar blijft alles gewoon liggen stinken en rotten. 

Onze ooievaars ontmoeten hier hun Afrikaanse collega's zoals maraboes, nimmerzatten, zadelbekooievaars en hamerkoppen. Prachtige beesten in een verschrikkelijk vieze omgeving. Jaren geleden nam een gids in Tanzania mij een keer mee naar een plek waar ik veel prachtige vogels zou kunnen zien. Uiteindelijk stond ik aan de rand van een enorme stortplaats waar het vreselijk stonk. Wel veel prachtige vogels, dat wel. Ik moest er vanmorgen weer even aan terugdenken toen ik al die ooievaars bij de vuilnisbelt van Tilburg zag staan.

dinsdag 2 augustus 2022

Een mooie blauwe flits.

het koppel in Dorst(1 aug 2022)
Een paar maanden geleden schreef ik al dat de ijsvogels het vorig jaar erg zwaar hadden. In de vorstweek in maart, toen al een aantal ijsvogels op eieren zat, stierven veel vogels. Wat een week flinke vorst niet aanricht. Tussen de 50 en 75% van alle ijsvogels is toen gestorven door voedselgebrek en kou. Dat gebeurt wel vaker en meestal herstelt zo'n populatie vrij snel, mits er niet weer een flinke vorstperiode is. Maar op de een of andere manier duurde dat nu veel langer dan andere jaren. Tenminste dat denk ik.

In de periode daarna, vanaf maart vorig jaar moest ik moeite doen om een ijsvogel te zien en ik kneep al in mijn handen als ik er een of twee in de maand zag. Ik was in de jaren daarvoor gewend aan een bijna dagelijkse ontmoeting met deze blauwe schicht. Ik kon niet in de polder of in de Biesbosch komen of er vloog er wel een voorbij. In het afgelopen jaar was dat dus wel anders.  

hier in de polder
We hebben nu alweer een flink deel van de broedperiode van 2022 gehad en ik merk nu pas dat de ijsvogels een goed seizoen hebben gehad. Ik zie ze nu alweer vaker en en ook in de Boswachterij Dorst vliegen ze nu weer rond. Dat heeft dus een dik jaar geduurd eer ze daar weer terug waren. De populatie herstelt zich vroeg of laat en de vogels die de vorst overleven zijn ook de sterkste vogels gebleken dus voor de soort is dat soms wel eens goed als er eens goed gesorteerd wordt.

In ieder geval doet het mij goed om ze weer met grote regelmaat te zien, zeker het koppel dat nu weer in de Boswachterij Dorst van leemput naar leemput vliegt. 

Wil je meer weten van deze blauwe schicht, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ijsvogel