donderdag 3 juli 2025

Wespendieven spotten.

wespendief boven ons huis
Wespendieven zijn altijd lastig te ontdekken. In hun vlucht en silhouet hebben ze best wel wat weg van een buizerd en daar ligt dan ook meteen de valkuil. Ik ga er soms te snel vanuit dat het wel weer een buizerd zal zijn. De wespendief heeft in de vlucht wel degelijk een paar goed waarneembare verschillen maar ik moet er dan wel scherp op zijn. Zo heeft de wespendief een opvallend kleinere kop, behoorlijk brede en langere vleugels dan de buizerd en vooral de staart is langer. Het zijn vrij kleine verschillen maar bij elkaar genoeg om in de vlucht te zien dat het een andere vogel betreft dan een buizerd. 

Wespendieven kom ik hier de buurt op verschillende plekken tegen, zelfs hier thuis waar ik een paar jaar geleden een wespendief boven ons huis zag vliegen. Maar verder maak je in de Biesbosch, Dorst, Bleeke Heide, Merkske en vooral ook bij Huis ter Heide goede kans op een wespendief. 

Huis ter Heide, 20 aug 2022
Als je in de vogelboeken de verschillen tussen de buizerd en de wespendief opzoekt, staat daar bijvoorbeeld bij dat de wespendief altijd een duidelijke eindband op de staart heeft en dat de polsvlekken goed zichtbaar zijn maar in de praktijk is dat nog niet zo makkelijk. Kijk maar eens op de foto hierboven waar amper sprake is van een duidelijke eindband. De polsvlekken zijn hier overigens wel goed zichtbaar. 

Her is bij een wespendief net zo als bij een buizerd, ze zijn allebei zeer variabel gekleurd en getekend. Geen twee exemplaren zien er precies hetzelfde uit. Bijvoorbeeld bij torenvalken zijn juist geen verschillen te zien en zien de vogels er allemaal hetzelfde uit. Ik vind zelf de lengte van de staart van de wespendief die vergeleken met de breedte van de vleugel gelijk is een goed hulpmiddel. Dat valt echt op en is een opvallend verschil in het silhouet van een buizerd.

Wil je meer weten van deze mooie zomerse roofvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/actueel/bericht/vogels-herkennen-buizerd-vs-wespendief

maandag 30 juni 2025

Dudeljo klinkt zijn lied.

vorige week donderdag
Het blijft een bijzonder geluid als je de wielewaal hoort zingen. Geen mooi gevarieerd lied maar steeds weer het herhalen van enkele warme klanken meer is het niet. Hel geluid draagt ver en valt direct op en het zit wat de klankkleur betreft in hetzelfde genre als de zang van de merel en zanglijster. Er zijn niet zo heel veel plekken meer over waar de wielewaal nog goed vertegenwoordigd is en waar je de zang nog regelmatig hoort. Bij de grens met België liggen nog een paar flinke natuurgebieden waar de omstandigheden nog voldoen aan het strenge eisenpakket van de wielewaal.

De gebieden hier in de buurt waar de wielewaal in het verleden nog voorkwam zijn inmiddels verlaten. In de Boswachterij Dorst bijvoorbeeld telde de boswachterij in 1977 nog een gezonde populatie van 24 territoria. 

augustus 2024

Daarna heb ik in 2019 nog als enige in Dorst een wielwaal gehoord en daarna is hier geen wielewaal meer gehoord. En zo zijn ze hier de regio langzamerhand allemaal verdwenen. Zelfs in de Brabantse Biesbosch zijn in de afgelopen paar jaar de wielewalen in het Binnenkooigat en bij de populieren bij het Gat van de Slek verdwenen. Er zullen nog wel plekken in de Biesbosch zijn zoals de Dordtse Biesbosch waar wielewalen leven maar dat worden er wel steeds minder.

Des te aangenaam was het vorige week om tijdens mijn wandeling in het natuurgebied zomaar vijf zingende mannen te horen. Uiteindelijk leidde een zingende man mij naar de kale boom waar hij in het volle zicht zat te zingen. Ik had geluk dat hij mij niet opmerkte want als dat wel zo was geweest, was hij direct opgevlogen en vertrokken. Wielewalen hebben de vervelende eigenschap om dan ook direct ver door te vliegen en dan ben je ze ook kwijt. Ze zullen nooit eens een paar bomen verder gaan zitten, nee altijd honderden meters verder waar je ze zomaar niet terug kan vinden.

minder kleurrijk vrouwtje
Deze wielewaal was prachtig op kleur en zat met het zonnetje op de rug te zingen en moest ik direct terugdenken aan Afrika waar ook de meest prachtig gekleurde vogels rondvliegen. Hij past in ons land wat kleur betreft perfect in het rijtje van groene specht, ijsvogel en putter.

De wielwaal is ondanks zijn zeer opvallende kleur een onopvallende vogel. Hij laat zich maar heel af en toe zien en leeft goed verborgen hoog in de boomtoppen. Meestal grootbladige populieren in de buurt van water. De wielwalen zijn op de hoge droge zandgronden zo goed als verdwenen. En daar hoort de Boswachterij Dorst dus ook bij. 

Wil je meer weten van deze tropische verschijning, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/wielewaal

donderdag 26 juni 2025

Ook vogels zonnen graag.

een zonnende reiger
Met het droge en warme weer van de laatste tijd zie ik regelmatig vogels zonnen. Ze gaan dan zo liggen dat de zon grote delen van het verenkleed beschijnt en verwarmt. Ik vond het in eerste instantie vreemd want wil je het dan nog warmer krijgen dan dat het nu al is? Maar vogels maken juist dankbaar gebruik van de warme zonnestralen om zo de mijten, luizen en al het andere ongedierte wat zich in het verenkleed genesteld heeft te verjagen. Vooral onder de vleugels in de oksels zit volgens mij vaak het ongedierte. Het ongedierte moet van die extra warmte niet veel hebben en gaan er vandoor.

een zonnende tortelduif
De zonnende vogels zijn op hun manier weer mooi om te zien want er gaat een rust en vertrouwen vanuit. Het lijkt erop dat ze zich niet bespied voelen en de tijd kunnen nemen om hun verenkleed te verzorgen. Niet onbelangrijk natuurlijk want een vogel is volledig afhankelijk van een goed verzorgt en puntgaaf verenkleed. Is het niet om te vliegen dan is het wel om te zwemmen en alles wat daar tussenin zit. De reiger van afgelopen week zat in de Oranjepolder vlakbij een maisveld en gebruikte de rietstengels in de slootkant als een soort kamerscherm zodat hij én in de zon kon zitten én zijn privacy gewaarborgd was. Ik kende dit gedrag bij de blauwe reiger nog niet maar wel van de turkse tortels bij ons in de tuin.
een zonnende houtduif
De turkse tortels die bij ons in de tuin leven zitten regelmatig te zonnen net als de houtduiven trouwens maar die zie ik dat wat minder doen. De tortels liggen dan op hun zij in het gras en houden een vleugel omhoog zodat de zon zijn werk kan doen. De houtduiven willen ook nog weleens in de drinkschaal in het water gaan liggen. Alle manieren worden aangewend om parasieten uit het verenkleed te verwijderen Wat dat betreft maken ze wel werk van hun verenkleed. En behalve het reinigen van het verenkleed zorgt zonnen natuurlijk ook voor het aanmaken van vitamine D. Dus het is ook nog eens gezond.



maandag 23 juni 2025

Jonge groene spechten voor de deur.

de jonge specht wordt gevoerd
Afgelopen week zijn hier in de Oranjepolder de ijsvogels uitgevlogen en daar heb ik vorige week een stukje aan gewijd. Want het zijn zulke prachtige vogels die zelfs als ze nog heel jong zijn, een prachtig uitgekleurd verenleed hebben. Ik moest eergisteren nog aan ze denken toen hier voor ons huis een prachtige groene specht, ook met twee jongen mieren aan het eten waren. 

De groene spechten zijn net zo prachtige gekleurd en doen eigenlijk niet onder voor de blauwe ijsvogels. De jonge spechten moet nog wat verder op kleur komen en hebben nu een lichtgrijze borst met kleine donkere streepjes. Je zou ze eens naast elkaar moeten kunnen zien, de groen specht naast de blauwe ijsvogel. Dan denk je toch dat je in een of ander tropisch land bent?
deze kijkt toe
De groene spechten vertrouwen zo op hun schutkleur dat ze zich nauwelijks iets aantrekken van de bewegingen om hen heen. Auto's en fietsen rijden voorbij, voetgangers steken over maar de spechten gaan onverstoorbaar verder met mieren eten. Het zijn oorspronkelijk liefhebbers van de rode en gele bosmieren maar door de steeds verder westelijke verspreiding van de groene spechten broeden en foerageren ze steeds vaker in agrarische gebieden, woonwijken en parken waar ook andere mierensoorten leven. 

De grote mierenhopen met de rode en gele bosmierenvolken in de bossen doen het ook weer wat beter dankzij het beheer wat beter past bij de bosmieren. Maar als de groene spechten zo'n mierenhoop hebben ontdekt kunnen ze die helemaal opentrekken en met hun lange tong de grote mieren eten. De mieren die hier tegenover in het grasveld zitten zijn andere mierensoorten en zijn een stuk kleiner en ik denk dat het vooral zwarte wegmieren zijn. De spechten moeten er flink wat van eten om hun maag gevuld te krijgen.
de 2 jongen en hun moeder
De twee jonge spechten keken vorige week aandachtig naar moederspecht hoe zij de mieren uit het grasveld peuterde. Ze hakte flink het grasveld om wat dieper in de grond te komen. Met haar lange plaktong wist ze steeds wat mieren te pakken.  Af en toe krijgen ze nog wat van haar maar ze moeten vooral snel leren om zelf te eten. Als ze te opdringerig waren werden ze door moeder hardhandig op hun plek gezet. Ook dat hoort bij de opvoeding. Als ze nog in het nest zitten worden de door moederspecht gevangen mieren tot een papje gemaakt wat aan de jongen wordt gevoerd. Daar zijn deze jongen te groot voor maar proberen kan altijd.

Wil je meer weten van deze prachtige groene tuinvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/groene-specht


vrijdag 20 juni 2025

Sneller dan verwacht.

2 jonge ijvogeltjes 19 juni 2025
Gisteren zag ik in de Oranjepolder de eerste jonge ijsvogels. Op dit moment hadden we al enige tijd gewacht. Twee jonge ijsvogeltjes zaten naast elkaar op een tak vlak voor de nestingang. Zo te zien waren ze alweer even buiten en ik denk dat een aantal jongen al eerder uitgevlogen is. Ik hoorde namelijk wat verderop een jonge ijsvogel roepen. Het was dezelfde roep als de twee voor mij op de tak ook lieten horen. Jammer dat ik niet op tijd in de polder was om de eerste uitvliegende ijsvogels te zien. 

De twee jonge ijsvogels werden regelmatig gevoerd door een van de ouders en dat gaat razendsnel. De ouder vogels brengt voedsel en neemt maar amper de tijd om het voedsel over te dragen. 

stekelbaarsjes, ijsvogelvoedsel
De jonge vogel moet het snel aanpakken want voor dat het jong er erg in heeft is de ouder alweer vertrokken. De jongen hebben een niet te stillen honger en de ouder moeten hard werken om al die lege maagjes te vullen. Het lievelingsvoedsel van de ijsvogels is de tiendoornige stekelbaars en die zijn volop beschikbaar in de drie poelen van de IVN Natuurtuin.

De ijsvogelwand waar dit jaar voor het eerst een koppel ijsvogels gebruik van heeft gemaakt, bestaat alweer een jaar of zes-zeven. 

wachten op eten
Maar nog nooit heeft een ijsvogel er naar gekeken laat staan een poging te wagen om er te gaan broeden. Tot dit voorjaar toen ik op een keer zag dat er in een van de openingen was gegraven. Een week later werd er serieus gegraven en konden we vaststellen dat er een nest werd gebouwd. Het gebied rond de poel werd verboden gebied zodat we de vogels volledige rust konden broeden en met succes zoals deze week duidelijk werd.

Er lag nog een plan om de want aan te passen om de ijsvogels te verleiden hier een nest te komen bouwen maar die aanpassingen zijn dus niet nodig dat is duidelijk. Ik moet nu nog wel uitzoeken of het nodig is om de nestgangen weer te vullen met zand zodat volgend jaar opnieuw gegraven moet worden of misschien moet je hier nu vanaf blijven en gebruiken ze de nestgang volgend jaar opnieuw? Voorlopig doen we niets want wie weet wordt nog een volgend legsel voorbereid.

Wil je meer weten van deze prachtige blauwe schichten, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ijsvogel


dinsdag 17 juni 2025

Grauwe klauwier in het zicht.

een koppel grauwe klauwieren
Inmiddels is de grauwe klauwier voor mij geen hele zeldzame vogelsoort meer. Ik zie ze regelmatig en weet ook wel de plekken waar ze leven en broeden. Ik neem daarom voor het gemak ook maar aan dat dat voor veel vogelaars geldt. De meeste die ik ken weten wel waar ze leven. Toch blijft rond deze soort een soort geheimzinnigheid hangen. De waarnemingen die ik doe registreer ik voor mijzelf op de site van waarneming.nl. Alle waarnemingen worden vervaagd, niet door mij maar door de beheerder van de site. Waarnemingen in alle leefgebieden staan standaard op "vervaagd" alsof het een uiterst zeldzame soort is.

Als dat het geval was zou ik het kunnen begrijpen want veel zeldzame soorten worden als dat eenmaal in het wereldje bekend is, belaagd door fotografen die vaak de boel verstoren. Wat dat betreft is het voor de vogels wel goed maar ik weet zeker dat ook fotografen ze inmiddels wel weten te zitten. Met de soort gaat het de laatste jaren ook steeds beter en nemen de aantallen broedparen langzaamaan toe.

Ditzelfde patroon zie ik ook in de Biesbosch waar de visarenden en de zeearenden jaarlijks succesvol broeden en de aantallen gestaag toenemen. Op de site van waarneming.nl worden alle meldingen nog steeds angstvallig vervaagd terwijl wekelijk iedereen weet dat de vogels daar broeden. Bijna iedereen weet ook waarde nesten zich bevinden dus het heeft eigenlijk weinig nut om de waarnemingen te verbergen.

jonge grauwe klauwier
De afgelopen jaren heb ik de grauwe klauwieren regelmatig met jongen gezien en in een van de gebieden waar ze broeden zag ik de broedparen ook toenemen van twee naar vijf. De andere gebieden die ik ken zijn stabiel en zie ik geen toename maar de soort kan zich prima handhaven. Hoelang worden deze vogels nog op deze manier beschermd? Ik denk dat de juiste maatregelen in het veld effectiever kunnen zijn en als dat goed is geregeld kunnen er misschien meer mensen van genieten.

Wie weet wart er aan mooie vogels hier in de buurt op deze manier beschermd worden? Vogels die ik ook wel zou willen zien zoals bijvoorbeeld de oehoe die hier in Brabant op verschillende plaatsen broedt. 

Wil je meer weten van deze gemaskerde jager, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grauwe-klauwier

donderdag 12 juni 2025

Waar blijven de geelgorzen?

mannetje geelgors, 9 jun 2025
De vijfde van Beethoven klonk deze ochtend op meerdere plekken. De o zo herkenbare zang van de geelgors hoorde ik al op grote afstand. Dat hoge ijle toontje draagt ver ondanks dat het geen echte harde zang is en dat helpt enorm om hem te vinden. Deze prachtige kanarie van de lage landen blijft het liefst in de oostelijk helft van ons land en de meest westelijke verspreidingsgrens wil maar niet verder naar onze richting opschuiven. Om ze zien en horen moet ik dus even rijden.

Je zou denken dat met het veranderende klimaat de geelgors daar in zijn gedrag ook op zou reageren. Dat zie ik in de vogelwereld steeds vaker gebeuren. Vogels verspreiden zich over steeds grotere gebieden in ons land, kijk maar naar de grauwe klauwier en middelste bonte specht. Of ze trekken in de winter niet meer weg, kijk maar naar zwartkoppen en tjiftjaffen of ze komen door de opwarming van de aarde steeds noordelijker en komen hier zelfs tot broeden, kijk maar eens naar de steltkluten. Maar de geelgors kan dus nog niet in dit rijtje geplaatst worden en blijft voorlopig zitten waar hij zit.

dzji-dzji-dzji-dzjuuuuu.
De eerste geelgors die zich deze ochtend goed liet zien en horen zat in een dode struik. Dit mannetje was prachtig op kleur en wilde ook gezien worden. Nauwelijks schuw liet hij de vijfde nog maar eens klinken, dzji-dzji,dzji dzjuuuuu. En dat dan eindeloos achterelkaar. Beethoven moet dit in zijn tijd ook gehoord hebben en heeft dat schaamteloos gekopieerd. En je hoeft je in dit geval niet af te vragen wie was er eerst, Beethoven of de geelgors?

Als ik hier in de omgeving de natuurgebieden die dicht tegen het agrarische landschap aanliggen bekijk, zijn er toch wel een paar die in aanmerking komen voor de titel "ideaal geelgorzen gebied".

geelgorzen gebied in het oosten van het land
Neem De Pannenhoef bij Etten-Leur en Huis ter Heide eens met hun houtwallen en singels in een natuurlijk agrarisch gebied met kruidenrijke akkers? Ik verwacht dat ze toch een keer die oversteek maken en het westen gaan veroveren.

Heel wat jaren geleden tijdens de voorjaarstrek heb ik hier in de buurt weleens geelgorzen gezien, Eentje in het voorjaar van 2011 in de Oranjepolder op het hek van de schaatsbaan. Even rusten en door. Nooit zingend en nooit blijven hangen daar was gewoonweg geen tijd voor. Het broedseizoen gaat van start en dan moet je op tijd terug zijn en de beste plek bezetten. 

Wil je meer weten van deze voor mij best zeldzame zanger, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/geelgors

maandag 9 juni 2025

Nachtelijke avonturen.

nachtzwaluw in de schemer
Ze zijn alweer een paar maanden in de buurt en leven goed verborgen in de Oosterhoutse bossen. De nachtzwaluwen die ik elk jaar weer opzoek, hebben een redelijk vaste stek en ik hoef niet lang te zoeken om ze te vinden. Heel wat jaren geleden kende ik nog een paar goede plekken om ze zien en te horen maar die zijn inmiddels verlaten. En zo gaat het met veel vogelsoorten. De aantallen nemen gestaag af door de afname van geschikt leefgebied. 

Door de enorme stikstofuitstoot en de daarmee gepaard gaande vergrassing van heidegebieden en door de afname van beheer van de terreinen waar nachtzwaluwen van houden is de soort aan het verdwijnen. Door de afname van het beheer zie je een enorme toename van jonge berken een echte pioniersplant die als je er niets aan doet er voor zorgt dat er over een paar jaar een nieuw bos ontstaat. Dat lijkt mooi maar is het niet altijd. Om nachtzwaluwen te behouden moet je toch wat meer voor ze doen dan alleen wat runderen het gebied late begrazen.

het beste moment om ze te zien
Maar goed, op de paar goede plekken waar de nachtzwaluwen nog wel zitten, is het aantal vogels de laatste jaren redelijk stabiel. Het territorium is behoorlijk groot en om een aantal nachtzwaluwen op een avond te zien, moet ik wel een aardig stukje door het nachtelijke bos struinen. Avontuurlijk en het levert altijd wel een mooie bijvangst op want in het donker zijn nog meer beesten actief die je overdag niet zomaar tegenkomt. Vooral uilen zijn aan het begin van de nacht behoorlijk actief en met mijn warmtebeeld- camera lukt het wel eens om er een te zien. 

ransuil als bijvangst
Vooral de ransuilen zijn actief en laten zich meestal ook goed horen. Ik kom ook bosuilen, reeën en konijnen tegen. Vooral konijnen zijn goed te bespieden want die hebben vrijwel nooit iets in de gaten als de afstand maar groot genoeg is. De nachtzwaluwen kan ik nu met deze camera ook prachtig zien vliegen en volgen. De vlucht is snel en beweeglijk. Het is goed te zien dat deze vogels jagen op nachtvlinders en andere insecten. Het lukt nu ook om de nachtzwaluw zittend op een tak te vinden en dat was in het donker altijd een onmogelijke opgave. 

Ik ben nog niet overdag in het gebied naar nachtzwaluwen gaan zoeken maar dat zou met de warmtebeeldcamera wel mogelijk moeten zijn. In ieder geval zitten er weer een mooi aantal nachtzwaluwen in het bos en met wat geluk blijft dat de komende jaren ook zo.

Wil je meer weten van deze bijzondere nachtvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nachtzwaluw

donderdag 5 juni 2025

Zomaar kraanvogels tegenkomen.

volwassen kraanvogels
Kraanvogels zie ik eigenlijk alleen maar tijdens de voorjaars- en najaarstrek. Met wat geluk vliegen ze hier over en af en toe had ik het geluk om ze in de Biesbosch over te zien vliegen. Het zijn altijd van die spaarzame momenten in een jaar waarop ik ze even zie. Meestal in een strakke lijn hoog overvliegend zoals een paar jaar gelden toen een grote groep over de A27 vloog toen ik daar reed. En heel af en toe komen ze hier wel eens aan de grond maar dat zijn unieke momenten.

Afgelopen jaar ontdekte ik er een in alle vroegte tijdens een broedvogelinventarisatie in de Biesbosch en weer een aantal jaren eerder heeft een jonge kraanvogel een paar weken in de Noordwaard in de Biesbosch gebivakkeerd. Maar nogmaals dit zijn echte bijzonderheden. En bij elkaar genomen heb ik het over een fractie van het aantal vogels wat jaarlijks over ons land vliegt.

 
2e kalenderjaar kraanvogel, 5 maart 2019
Overvliegend worden ze met de juiste wind tijdens de trek wel daar wel vaker gezien maar dan moet je ook maar net in de buurt zijn. Afgelopen week werd ik tijdens een vakantie in Twente in het Wierdense Veld aangenaam verrast door drie kraanvogels. Ik was eigenlijk wel verbaasd want ik had ze daar helemaal niet verwacht. Ik was namelijk in de veronderstelling dat de kraanvogels die in Nederland blijven en broeden meer noordelijk zaten. Een bekende broedplek in ons land is het Fochterloërveen en inmiddels broeden ze ook op een aantal andere plekken op de grens van Drenthe en Friesland. 

Of de kraanvogels in het Wierdense Veld daar ook broeden was mij niet bekend maar meldingen van waarnemingen worden wel verborgen gehouden zodat je niet kunt weten dat ze daar dus voorkomen. Je moet dus gewoonweg geluk hebben om ze in dat uitgestrekte natuurgebied te zien. Hiermee wordt overigens wel voorkomen dat teveel mensen op deze toch best wel zeldzame vogels afkomen en de boel onnodig zouden kunnen verstoren. Het Wierdense Veld is een van de weinige echte levende hoogveengebieden van Nederland dus wat dat betreft past het gebied precies in het straatje van de kraanvogels. Toch staat het gebied hier niet echt om bekend. Voor mij was deze ontmoeting dus een echte verrassing en dat maakt het nog leuker om ze te zien.

Wil je meer weten van deze toch wel statische en zeldzame vogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kraanvogel

maandag 2 juni 2025

Naar de Langeplaat.

een stukje Langeplaat in het Nationaal Park De Biesbosch
Het broedseizoen loopt zo langzaamaan op zijn eind. Deze maand worden nog wel wat nesten uitgebroed maar een aardig deel van de broedvogels is zo goed als klaar. En dat betekent dat ook het BMP(Broedvogel Monitoring Project) seizoen op zijn eind loopt. Het afgelopen seizoen ben ik weer vaak in alle vroegte op pad gegaan om alle zingende broedvogels in de rietpolders van de Biesbosch te inventariseren. Ik kijk er elk jaar weer naar uit en voor dat ik het weet, is het seizoen weer voorbij. Deze maand staan nog een paar telrondes op de rol en dat was het dan voor dit jaar.

een Biesbosch icoon, 13 mei 2021
De juni tellingen zijn het zwaarst omdat de wekker dan om 2.00 uur in de ochtend gaat. De bedoeling is dat je een uur voor zonsopkomst in de telplot bent. De telplot die het verst of diepst in de Biesbosch ligt is de Langeplaat en dat betekent drie kwartier varen om er te komen. Dit is een voormalige agrarische polder die inmiddels alweer een aantal jaren onder water staat en waar de natuur vrij spel heeft. Rietvelden krijgen hier de ruimte en de waterstand wordt scherp in de gaten gehouden zodat het een ideaal gebied is voor rietvogels. Met name roerdompen en porseleinhoenen worden hier in de watten gelegd. 

En met die twee wil het nog niet echt lukken. Dit jaar hoorden we slechts een roerdomp en hebben ook maar een porseleinhoen gezien. Voorgaande jaren ging het wel wat beter maar het laat een grillig patroon zien. Andere rietvogels die minder hoge eisen stellen en al tevreden zijn met flink wat riet afgewisseld met water en af en toe een wilgje doen het hier erg goed. 

acht uitgeslapen koereigers, mei 2025
Met name rietzangers, blauwborsten, nachtegalen, baardmannen, snorren, rietgorzen en kleine karekieten hebben hier de tijd van leven. Als ik daar dan in de hele vroege ochtendschemer op de dijk sta, leun je bij wijze van spreken tegen een muur van geluid aan. De massale zang van deze rietvogels is overweldigend en magisch. Het is onvoorstelbaar hoeveel rietvogels in dit seizoen in de hele Biesbosch verblijven en broeden. Ik kom behalve in deze rietpolder nog in een aantal vergelijkbare polders, ook om te tellen en daar is het niet anders en soms zelfs drukker met vogels. 

zingende snor, 13 april 2024
En behalve broedvogels passeren soms ook bijzondere vogels die daar geslapen hebben of komen jagen. Zoals de acht koereigers die alweer een paar maanden in de rand van de polder slapen. Alhoewel ik alweer een paar jaar merk dat het ondanks alle inspanningen en goed beheer de aantallen broedvogels wat afnemen. Ook kun je het ene jaar niet met andere jaar vergelijken. Het extreem natte voorjaar in 2024 kun je moeilijk vergelijken met het extreem droge voorjaar van 2025. Je ziet vrijwel direct het effect in de telresultaten. Vorig jaar riepen in een van de rietpolders acht roerdompen rond en dit jaar hoorde je daar nog maar een roerdomp hoempen. Een verklaring buiten de extreme weersverschillen in deze twee jaren kan ik niet noemen. Dat maakt wel dat broedvogels inventariseren nooit gaat vervelen ondanks het gebrek aan een goede nachtrust.

Wil je meer weten van de Biesbosch, klik dan op de link;
https://np-debiesbosch.nl/

vrijdag 30 mei 2025

De raven van Dorst II.

roepende raaf, 12 mei 2025
Vanmorgen werd ik in alle vroegte toegezongen door de raven van Dorst. De drie raven zaten aan de bosrand in de toppen van een groepje berken. Ze waren erg luidruchtig en onverschrokken want ik liep op een vrij korte afstand langs hun zitpost en ze keken mij al roepend na. Misschien werd ik wel uitgescholden of in het gunstigste geval toegezongen dat weet ik niet. Ik het raventaaltje niet. Het waren zo te zien drie vrij jonge raven raven en mogelijk maken ze deel uit van het nest van vijf jonge raven die dit voorjaar in Dorst zijn geboren. De jonge raven zijn geringd en hebben een oranje ring aan een van de twee poten. Jammer dat ik de poten niet goed kon zien.

Ik vroeg mij wel af wat de reden was van dat onophoudelijk roepen. Waren het misschien alarmkreten om andere raven te waarschuwen? De drie raven leken nog jong want de snavel was nog niet zo zwaar als die van een volwassen raaf. 

al roepend overvliegend
De vleugels blonken in de ochtendzon en dat is ook een kenmerk van een jonge raaf. Als de raven wat ouder worden, worden de vleugels doffer, de snavel langer en groffer en de ogen donkerder. De ogen waren nu nog een beetje blauwgrijs in plaats van gitzwart.

Als ik al deze kernmerken zo eens op de raven van deze ochtend projecteer kan ik niet anders zeggen dat het hier dus om drie jonge vogels van het nest van vijf gaat. Dat zou voor dit jaar weer een succesvol raven broedsel betekenen. De afgelopen zeven jaar lukt het ze steeds weer om jongen groot te brengen. 
de vleugel glimt nog flink
Dat roept bij mij direct de vraag op, waarom broeden hier in Dorst niet meer paartjes raven? Een paar jaar geleden vlogen hier al eens vier jonge raven rond en ik denk dat we zo over de hele periode langzaamaan richting de vijfentwintig jonge raven gaan. 

Jonge raven zijn wel zwervers en kunnen flinke afstanden afleggen. Ze kunnen zelfs in een gebied van meer dan dertig vierkante kilometer foerageren. Maar broeden is een ander verhaal dan hebben ze toch wat minder ruimte nodig. De boswachterij Dorst is naar mijn idee toch groot genoeg voor nog een paartje raven?

Wil je meer weten van deze schitterende bosvogels, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/raaf

maandag 26 mei 2025

De exotische ibis.

zwarte ibis in de Galeiwaard, 19 mei 2025
Ibissen zijn voor mijn gevoel exotische vogels en hebben iets tropisch en dat klopt over het algemeen ook. Er is echter een ibis die hier in Nederland gewoon een inheemse vogel is. De zwarte ibis komt hier gewoon voor, echter niet in grote aantallen maar in slechts enkele exemplaren. Hij is overigens niet eens zwart maar overwegend bruin van kleur. Zwarte ibissen broeden niet in ons land en het zijn hier meer nomaden die uit Zuid/Europa voorbij komen. Met een beetje geluk kom je er wel eens een tegen.

Afgelopen week overkwam mij dat namelijk. Op een vroege ochtend stopte ik in de Biesbosch, in de Noordwaard bij een hele grote ondiepe watervlakte om te kijken of daar nog interessante steltlopers rondliepen.
een assortiment ibissen
Vrijwel direct zag ik de zwarte ibis in mijn kijker. Niet de eerste keer dat ik hem in de Biesbosch zag maar dit was eens voor een keer lekker dichtbij. Meestal zie je dit soort bijzonderheden op grote afstand. De zwarte ibis was enige tijd geleden ook al een keer aan de andere kant van de Biesbosch, aan de overkant van de Nieuwe Merwede gezien.

Deze zwarte ibis was nog niet aan "onze" kant gezien en had ik de primeur te pakken. Het bleek wel een beweeglijk beestje te zijn want een uurtje of twee later zat hij alweer een kilometertje verder in de Noordwaard en weer wat later werd hij op een heel andere plek gezien. Lastig voor de vogelaars die hem ook willen zien en hem in dit grote uitgestrekte gebied moeten gaan zoeken.
dezelfde ibis op 22 mei in de Eijerwaard
Inmiddels, vier dagen later, zag ik hem weer en nu was dat in de Eijerwaard. Een plek waar ik hem een paar jaar geleden ook al een keer had gezien. Met een beetje geluk scharrelt hij hier nog even rond. Net als de rode ibis die ik begin dit jaar bij Oosteind zag. Dit is echter een exoot en hoort hier niet vrij rond te vliegen maar net als bij de zwarte ibis toch een bijzondere ontmoeting was. En wat jaren geleden zag ik in Afrika de heilige ibis en de hadada ibis. Bij elkaar toch een mooie serie bijzonder reigerachtigen die ik door de jaren heen gezien heb en waar ik blij mee ben.

Wil je meer weten van deze bijzondere reigerachtige met een kromme snavel, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zwarte-ibis

donderdag 22 mei 2025

Steeds meer visarenden.

visarend met een grote ruisvoorn
Biesbosch, 
Dat het goed gaat met de visarenden in Nederland mag duidelijk zijn. Van een eerste broedpaar in de Biesbosch in 2016 naar vijf broedparen in 2025. Van een broedpaar is nog niet helemaal duidelijk of ze ook daadwerkelijk tot broeden gaan komen. Het koppel maakt geen haast om een nest te bouwen en verder aan nageslacht te werken. Van de andere vier koppels is dat al wel duidelijk. De nesten zijn gebouwd en op enkele plekken wordt al een vast op het nest zittende visarend gezien.

Buiten de Biesbosch zijn inmiddels ook al succesvolle broedparen vastgesteld. Aan de rand van de Noord Veluwe en in West-Brabant zijn ook broedparen actief. De soort heeft het hier naar de zin en dat is ook niet zo gek want er is wel wat verbeterd aan de leefomgeving en natuur. Het water in de Biesbosch is op veel plekken helder en niet diep en zit ook nog eens vol met vis waardoor voedsel geen probleem is voor deze viseter.

visarend met prooi.
18 sept 2024
Ik zie ze regelmatig een visje vangen en soms is dat ook een vis van een serieus formaat. De visarenden in de Brabantse Biesbosch geven de voorkeur aan hoogspanningsmasten als nest locatie. Het eerste nest was een boomnest maar die boom is destijds na een flinke storm afgebroken. Een tweede boomnest is alweer een paar jaar verlaten en tegenwoordig zitten ze dus hoog op de hoogspanningsmasten. Wel zo veilig want die zullen niet snel omwaaien.

De allereerste visarend uit 2016 is geringd en heeft de letter/cijfer combinatie 7TG. En deze visarend is nog steeds de visarend die jaar na jaar als eerste arriveert in de Biesbosch, Meestal rond 25 maart laat hij zich in de Noordwaard zien. Niet veel later volgen de andere visarenden en worden de bekende territoria voor een nieuw broedseizoen bezet. Zo heeft iedereen zijn eigen vaste plekje.

dit keer is een baars de klos
Enkele jaren is zijn vrouwtje niet teruggekeerd uit Afrika en heeft hij een jaar zonder partner in de Noordwaard rondgehangen. Inmiddels heeft hij een nieuw vrouwtje en is daarmee ook alweer een jaar succesvol. 

Dit jaar wordt het alweer het negende jaar dat hij het de vissen van de Noordwaard lastig maakt. Hoelang we deze oervader van de Nederlandse visarenden nog zullen is de vraag. Ik weet niet hoe oud hij was toeen hij besloot om jaarlijks in de Noordwaard terug te komen. Met een beetje geluk tijdens de migratietochten en een goede gezondheid kam hij nog makkelijk een jaartje of tien mee. Een mooie gedachte dat hij er dan nog steeds bij is.

Wil je meer weten van deze oervader van de Nederlandse visarenden familie, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/visarend

maandag 19 mei 2025

Er zijn weer purperreigers.

purperreiger, 4 mei 2025
polder de Plomp
Van de meeste algemene reigerssoorten die we hier in de buurt tegen kunnen komen is de purperreiger nog de lastigste om te zien. De echte zeldzame reigersoorten zoals de ralreiger, woudaap en kwak tel ik nu even niet mee. De purperreigers broeden net zoals de meeste reigers in een kolonie en dat is in deze periode aan de hand en is het sowieso lastig om ze te zien.

Voor een purperreiger broedkolonie moet je wat verder het land in. Dat was trouwens een jaar of vijftien niet het geval, toen zat in de Sliedrechtse Biesbosch nog een kleine broedkolonie van purren zoals ze in de vogelwereld ook wel worden genoemd. 
bezet nest, 1 juni 2013
de snavel is net te zien
Het was een kleine broedkolonie in een soort mangrovebosje. De wilgen stonden dicht opeen in het water met een dikke blubberlaag als bodem. In die tijd ging ik met een aantal tellers de nesten controleren en de eieren tellen. Op die manier wisten we hoeveel broedparen in de kolonie zaten en hoeveel jongen er mogelijk uit zouden kunnen vliegen.

Maar zoals ze vaak nam het aantal broedparen jaar na jaar af. Dat had overigens ook deels te maken met de ontwikkeling van het wilgen mangrovebos. De bomen groeiden flink door waardoor het gebied steeds ongeschikter werd voor de purperreigers. Uiteindelijk verdween de kolonie en waren we ze in de Biesbosch een aantal jaren kwijt. 

Inmiddels zie ik in de polders Lepelaar en de Plomp weer purperreigers. En het gedrag voorspelt ook nog wat goeds. De purperreigers zitten diep in de grote rietvelden en het zou zelfs kunnen dat ze in deze polders op de grond in het rietveld broeden. Het hoeven namelijk niet altijd boomnesten te zijn.

purperreigernest, 7 juni 2012
De boomnesten waren altijd groot en zaten op ongeveer anderhalve tot twee meter hoog. Je kon er net inkijken. De broedvogel was dan allang vertrokken want om bij het nest te komen moest je je door een oerwoud van takken wurmen. Alles was vies en nat en de blubber zoog je vast in de bodem. Maar zodra je was vertrokken keerden de vogels weer terug op het nest. De verstoring was minimaal.

Ik weet niet goed hoe een grondnest er uitziet. De reigers vliegen met grote takken in de bek en stapelen maar door. Uiteindelijk ligt er een nest waar de prachtige blauwgroene eieren in gelegd worden. In de nesten die ik destijds vond lagen steeds drie a vier eieren.

Wil je meer weten van deze geheimzinnige broedvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/purperreiger



donderdag 15 mei 2025

De raspende grote karekiet.

kleine karekiet, 3 mei 2020
Je hebt kleine en grote karekieten en die laatste is hier in de buurt alleen tijdens de trek begin mei te horen en heel soms ook te zien. De grote karekieten kun je maar een paar dagen in het voorjaar tegenkomen want ze blijven hier niet. Broeden doen ze in de noordelijke randmeren en ook bij de Loosdrechtse Plassen. En dan ook nog eens in kleine aantallen.

Afgelopen week hoorde ik de grote karekiet op drie verschillende plekken hier in de buurt en dat zijn er meer dan in andere jaren bij elkaar. In de polder De Plomp heeft een grote karekiet daar vanaf 3 mei een kleine week doorgebracht. Zijn zang was niet uitbundig maar wel heel herkenbaar. Het luide raspen klinkt ook echt anders dan de zang van een kleine karekiet en valt direct op. Als de grote karekiet in zijn broedgebied is, laat hij zich ook veel beter zien en gaat bovenin de rietstengel zitten. Deze drie karekieten van afgelopen week bleven meestal onderin het riet zitten en zongen steeds maar kort.

nummer 3 grote karekiet, 10 mei 2025
polder de Plomp
In Nederland broeden maar een paar honderd grote karekieten en dat aantal staat zwaar onder druk. De grote karekiet stelt hoge eisen aan de rietkwaliteit en daar wringt het dus. Door de enorme toename van grauwe ganzen in het grote karekietengebied worden heel veel jonge rietstengels opgegeten waardoor er te weinig geschikt riet is om nesten in te bouwen. En dan te bedenken dat zo'n 40-50 jaar geleden vele duizenden grote karekieten in ons land hebben gebroed.

Kleine karekieten kunnen ook wel dieper in het riet blijven maar zingen op dit moment uitbundiger dan ooit. We zitten wat de kleine karekiet betreft dan ook in de piek van het broedseizoen. Als ik 's-morgensvroeg door de Oranjepolder loop hoor ik elf mannetjes zingen. En dat is maar een klein stukje rietkraag van een dikke kilometer. Meer is het niet. 

In de Biesbosch zingt daar een veelvoud van en dat is van de grote karekiet in zijn eigen broedbiotoop niet te zeggen. Jammer dat het riet van de Biesbosch niet voldoet aan de strenge eisen die de grote karekiet daaraan stelt. Deze karekiet met zijn fantastische krassende, raspende en eenvoudige lied zou hier perfect passen.

Wil je meer weten van deze grootste karekiet, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grote-karekiet