vrijdag 30 mei 2025

De raven van Dorst II.

roepende raaf, 12 mei 2025
Vanmorgen werd ik in alle vroegte toegezongen door de raven van Dorst. De drie raven zaten aan de bosrand in de toppen van een groepje berken. Ze waren erg luidruchtig en onverschrokken want ik liep op een vrij korte afstand langs hun zitpost en ze keken mij al roepend na. Misschien werd ik wel uitgescholden of in het gunstigste geval toegezongen dat weet ik niet. Ik het raventaaltje niet. Het waren zo te zien drie vrij jonge raven raven en mogelijk maken ze deel uit van het nest van vijf jonge raven die dit voorjaar in Dorst zijn geboren. De jonge raven zijn geringd en hebben een oranje ring aan een van de twee poten. Jammer dat ik de poten niet goed kon zien.

Ik vroeg mij wel af wat de reden was van dat onophoudelijk roepen. Waren het misschien alarmkreten om andere raven te waarschuwen? De drie raven leken nog jong want de snavel was nog niet zo zwaar als die van een volwassen raaf. 

al roepend overvliegend
De vleugels blonken in de ochtendzon en dat is ook een kenmerk van een jonge raaf. Als de raven wat ouder worden, worden de vleugels doffer, de snavel langer en groffer en de ogen donkerder. De ogen waren nu nog een beetje blauwgrijs in plaats van gitzwart.

Als ik al deze kernmerken zo eens op de raven van deze ochtend projecteer kan ik niet anders zeggen dat het hier dus om drie jonge vogels van het nest van vijf gaat. Dat zou voor dit jaar weer een succesvol raven broedsel betekenen. De afgelopen zeven jaar lukt het ze steeds weer om jongen groot te brengen. 
de vleugel glimt nog flink
Dat roept bij mij direct de vraag op, waarom broeden hier in Dorst niet meer paartjes raven? Een paar jaar geleden vlogen hier al eens vier jonge raven rond en ik denk dat we zo over de hele periode langzaamaan richting de vijfentwintig jonge raven gaan. 

Jonge raven zijn wel zwervers en kunnen flinke afstanden afleggen. Ze kunnen zelfs in een gebied van meer dan dertig vierkante kilometer foerageren. Maar broeden is een ander verhaal dan hebben ze toch wat minder ruimte nodig. De boswachterij Dorst is naar mijn idee toch groot genoeg voor nog een paartje raven?

Wil je meer weten van deze schitterende bosvogels, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/raaf

maandag 26 mei 2025

De exotische ibis.

zwarte ibis in de Galeiwaard, 19 mei 2025
Ibissen zijn voor mijn gevoel exotische vogels en hebben iets tropisch en dat klopt over het algemeen ook. Er is echter een ibis die hier in Nederland gewoon een inheemse vogel is. De zwarte ibis komt hier gewoon voor, echter niet in grote aantallen maar in slechts enkele exemplaren. Hij is overigens niet eens zwart maar overwegend bruin van kleur. Zwarte ibissen broeden niet in ons land en het zijn hier meer nomaden die uit Zuid/Europa voorbij komen. Met een beetje geluk kom je er wel eens een tegen.

Afgelopen week overkwam mij dat namelijk. Op een vroege ochtend stopte ik in de Biesbosch, in de Noordwaard bij een hele grote ondiepe watervlakte om te kijken of daar nog interessante steltlopers rondliepen.
een assortiment ibissen
Vrijwel direct zag ik de zwarte ibis in mijn kijker. Niet de eerste keer dat ik hem in de Biesbosch zag maar dit was eens voor een keer lekker dichtbij. Meestal zie je dit soort bijzonderheden op grote afstand. De zwarte ibis was enige tijd geleden ook al een keer aan de andere kant van de Biesbosch, aan de overkant van de Nieuwe Merwede gezien.

Deze zwarte ibis was nog niet aan "onze" kant gezien en had ik de primeur te pakken. Het bleek wel een beweeglijk beestje te zijn want een uurtje of twee later zat hij alweer een kilometertje verder in de Noordwaard en weer wat later werd hij op een heel andere plek gezien. Lastig voor de vogelaars die hem ook willen zien en hem in dit grote uitgestrekte gebied moeten gaan zoeken.
dezelfde ibis op 22 mei in de Eijerwaard
Inmiddels, vier dagen later, zag ik hem weer en nu was dat in de Eijerwaard. Een plek waar ik hem een paar jaar geleden ook al een keer had gezien. Met een beetje geluk scharrelt hij hier nog even rond. Net als de rode ibis die ik begin dit jaar bij Oosteind zag. Dit is echter een exoot en hoort hier niet vrij rond te vliegen maar net als bij de zwarte ibis toch een bijzondere ontmoeting was. En wat jaren geleden zag ik in Afrika de heilige ibis en de hadada ibis. Bij elkaar toch een mooie serie bijzonder reigerachtigen die ik door de jaren heen gezien heb en waar ik blij mee ben.

Wil je meer weten van deze bijzondere reigerachtige met een kromme snavel, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zwarte-ibis

donderdag 22 mei 2025

Steeds meer visarenden.

visarend met een grote ruisvoorn
Biesbosch, 
Dat het goed gaat met de visarenden in Nederland mag duidelijk zijn. Van een eerste broedpaar in de Biesbosch in 2016 naar vijf broedparen in 2025. Van een broedpaar is nog niet helemaal duidelijk of ze ook daadwerkelijk tot broeden gaan komen. Het koppel maakt geen haast om een nest te bouwen en verder aan nageslacht te werken. Van de andere vier koppels is dat al wel duidelijk. De nesten zijn gebouwd en op enkele plekken wordt al een vast op het nest zittende visarend gezien.

Buiten de Biesbosch zijn inmiddels ook al succesvolle broedparen vastgesteld. Aan de rand van de Noord Veluwe en in West-Brabant zijn ook broedparen actief. De soort heeft het hier naar de zin en dat is ook niet zo gek want er is wel wat verbeterd aan de leefomgeving en natuur. Het water in de Biesbosch is op veel plekken helder en niet diep en zit ook nog eens vol met vis waardoor voedsel geen probleem is voor deze viseter.

visarend met prooi.
18 sept 2024
Ik zie ze regelmatig een visje vangen en soms is dat ook een vis van een serieus formaat. De visarenden in de Brabantse Biesbosch geven de voorkeur aan hoogspanningsmasten als nest locatie. Het eerste nest was een boomnest maar die boom is destijds na een flinke storm afgebroken. Een tweede boomnest is alweer een paar jaar verlaten en tegenwoordig zitten ze dus hoog op de hoogspanningsmasten. Wel zo veilig want die zullen niet snel omwaaien.

De allereerste visarend uit 2016 is geringd en heeft de letter/cijfer combinatie 7TG. En deze visarend is nog steeds de visarend die jaar na jaar als eerste arriveert in de Biesbosch, Meestal rond 25 maart laat hij zich in de Noordwaard zien. Niet veel later volgen de andere visarenden en worden de bekende territoria voor een nieuw broedseizoen bezet. Zo heeft iedereen zijn eigen vaste plekje.

dit keer is een baars de klos
Enkele jaren is zijn vrouwtje niet teruggekeerd uit Afrika en heeft hij een jaar zonder partner in de Noordwaard rondgehangen. Inmiddels heeft hij een nieuw vrouwtje en is daarmee ook alweer een jaar succesvol. 

Dit jaar wordt het alweer het negende jaar dat hij het de vissen van de Noordwaard lastig maakt. Hoelang we deze oervader van de Nederlandse visarenden nog zullen is de vraag. Ik weet niet hoe oud hij was toeen hij besloot om jaarlijks in de Noordwaard terug te komen. Met een beetje geluk tijdens de migratietochten en een goede gezondheid kam hij nog makkelijk een jaartje of tien mee. Een mooie gedachte dat hij er dan nog steeds bij is.

Wil je meer weten van deze oervader van de Nederlandse visarenden familie, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/visarend

maandag 19 mei 2025

Er zijn weer purperreigers.

purperreiger, 4 mei 2025
polder de Plomp
Van de meeste algemene reigerssoorten die we hier in de buurt tegen kunnen komen is de purperreiger nog de lastigste om te zien. De echte zeldzame reigersoorten zoals de ralreiger, woudaap en kwak tel ik nu even niet mee. De purperreigers broeden net zoals de meeste reigers in een kolonie en dat is in deze periode aan de hand en is het sowieso lastig om ze te zien.

Voor een purperreiger broedkolonie moet je wat verder het land in. Dat was trouwens een jaar of vijftien niet het geval, toen zat in de Sliedrechtse Biesbosch nog een kleine broedkolonie van purren zoals ze in de vogelwereld ook wel worden genoemd. 
bezet nest, 1 juni 2013
de snavel is net te zien
Het was een kleine broedkolonie in een soort mangrovebosje. De wilgen stonden dicht opeen in het water met een dikke blubberlaag als bodem. In die tijd ging ik met een aantal tellers de nesten controleren en de eieren tellen. Op die manier wisten we hoeveel broedparen in de kolonie zaten en hoeveel jongen er mogelijk uit zouden kunnen vliegen.

Maar zoals ze vaak nam het aantal broedparen jaar na jaar af. Dat had overigens ook deels te maken met de ontwikkeling van het wilgen mangrovebos. De bomen groeiden flink door waardoor het gebied steeds ongeschikter werd voor de purperreigers. Uiteindelijk verdween de kolonie en waren we ze in de Biesbosch een aantal jaren kwijt. 

Inmiddels zie ik in de polders Lepelaar en de Plomp weer purperreigers. En het gedrag voorspelt ook nog wat goeds. De purperreigers zitten diep in de grote rietvelden en het zou zelfs kunnen dat ze in deze polders op de grond in het rietveld broeden. Het hoeven namelijk niet altijd boomnesten te zijn.

purperreigernest, 7 juni 2012
De boomnesten waren altijd groot en zaten op ongeveer anderhalve tot twee meter hoog. Je kon er net inkijken. De broedvogel was dan allang vertrokken want om bij het nest te komen moest je je door een oerwoud van takken wurmen. Alles was vies en nat en de blubber zoog je vast in de bodem. Maar zodra je was vertrokken keerden de vogels weer terug op het nest. De verstoring was minimaal.

Ik weet niet goed hoe een grondnest er uitziet. De reigers vliegen met grote takken in de bek en stapelen maar door. Uiteindelijk ligt er een nest waar de prachtige blauwgroene eieren in gelegd worden. In de nesten die ik destijds vond lagen steeds drie a vier eieren.

Wil je meer weten van deze geheimzinnige broedvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/purperreiger



donderdag 15 mei 2025

De raspende grote karekiet.

kleine karekiet, 3 mei 2020
Je hebt kleine en grote karekieten en die laatste is hier in de buurt alleen tijdens de trek begin mei te horen en heel soms ook te zien. De grote karekieten kun je maar een paar dagen in het voorjaar tegenkomen want ze blijven hier niet. Broeden doen ze in de noordelijke randmeren en ook bij de Loosdrechtse Plassen. En dan ook nog eens in kleine aantallen.

Afgelopen week hoorde ik de grote karekiet op drie verschillende plekken hier in de buurt en dat zijn er meer dan in andere jaren bij elkaar. In de polder De Plomp heeft een grote karekiet daar vanaf 3 mei een kleine week doorgebracht. Zijn zang was niet uitbundig maar wel heel herkenbaar. Het luide raspen klinkt ook echt anders dan de zang van een kleine karekiet en valt direct op. Als de grote karekiet in zijn broedgebied is, laat hij zich ook veel beter zien en gaat bovenin de rietstengel zitten. Deze drie karekieten van afgelopen week bleven meestal onderin het riet zitten en zongen steeds maar kort.

nummer 3 grote karekiet, 10 mei 2025
polder de Plomp
In Nederland broeden maar een paar honderd grote karekieten en dat aantal staat zwaar onder druk. De grote karekiet stelt hoge eisen aan de rietkwaliteit en daar wringt het dus. Door de enorme toename van grauwe ganzen in het grote karekietengebied worden heel veel jonge rietstengels opgegeten waardoor er te weinig geschikt riet is om nesten in te bouwen. En dan te bedenken dat zo'n 40-50 jaar geleden vele duizenden grote karekieten in ons land hebben gebroed.

Kleine karekieten kunnen ook wel dieper in het riet blijven maar zingen op dit moment uitbundiger dan ooit. We zitten wat de kleine karekiet betreft dan ook in de piek van het broedseizoen. Als ik 's-morgensvroeg door de Oranjepolder loop hoor ik elf mannetjes zingen. En dat is maar een klein stukje rietkraag van een dikke kilometer. Meer is het niet. 

In de Biesbosch zingt daar een veelvoud van en dat is van de grote karekiet in zijn eigen broedbiotoop niet te zeggen. Jammer dat het riet van de Biesbosch niet voldoet aan de strenge eisen die de grote karekiet daaraan stelt. Deze karekiet met zijn fantastische krassende, raspende en eenvoudige lied zou hier perfect passen.

Wil je meer weten van deze grootste karekiet, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grote-karekiet

maandag 12 mei 2025

Koereigers houden van ons.

25 april 2025 de 8 koereigers
Sinds eind april zie ik in de Biesbosch regelmatig een groepje koereigers vliegen. Steeds in alle vroegte komen ze voorbij vliegen. Ik heb een sterk vermoeden dat ze in de buurt van de Langeplaat, want daar zie ik ze steeds, een slaapplaats hebben. De volwassen koereigers zijn net als alle andere reigers al weer even druk met het broedseizoen en dat doen ze niet hier in de deze hoek van de Biesbosch. Daarom denk ik dat dit groepje onvolwassen koereigers zijn. 

Het verenkleed lijkt niet echt op dat van een volwassen koereiger. Die heeft op de een kop geeloranje kuif die vanaf de nek over de rug door-
een echte volwassen koereiger
loopt. Dat zie je overigens alleen als de vogel vliegt en duidt op het broedkleed. Op de borst is een flinke geel- oranje vlek te zien. Deze jonge koereigers zijn hagelwit en missen deze kleuraccenten wat duidt op minimaal tweede kalenderjaar vogels. Ook zag ik dat de poten zwart waren en dat is ook een kenmerk van een jonge vogel. 

Het zouden dus zomaar jonge koereigers kunnen zijn die afgelopen jaar in Nederland zijn geboren. Nog maar enkele jaren geleden was de koereiger uiterst zeldzaam en sprongen vogelaars massaal in de auto als er ergens een was gespot. En we kenden ze eigenlijk alleen maar van onze vakanties in het zuiden van Europa of willekeurig waar in Afrika. 

Tegenwoordig is dat niet meer nodig want de aantallen nemen jaarlijks met procenten toe. 
de slaapplaats in oktober 2024

Het verloop van een enkele pionier naar de huidige populatie verloopt vergelijkbaar als de vestiging van grote zilverreigers in ons land van jaren geleden. Dat is inmiddels een zeer algemene soort geworden en dat voorzie ik voor de koereiger ook. Afgelopen najaar verbaasde ik mij over het groeiende aantal koereigers op de slaapplaats in de Noordwaard. Half oktober afgelopen jaar telde ik langs de Bandijk in de Noordwaard maar liefst 56 koereigers. En dat waren ze niet eens allemaal.

een jonge koereiger, wit met zwarte poten
En niet voor het een of ander, het is een prachtige aanwinst in ons landschap. Wat mij wel opvalt is dat ik ze vooral in het meer natuurlijke, kruidenrijke agrarische landschap zie. Tussen de koeien jagen ze achter de door de koeien opgevlogen insecten aan. Soms zitten ze op een koe en liften ze graag mee naar het volgende insectenrijke stukje weiland. De naam past prima bij het beestje en de koeien malen er niet om als op de rug zitten of tussen de poten doorlopen.

Wil je meer weten van deze bijna "algemene" nieuwkomer, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/koereiger

donderdag 8 mei 2025

Bosruiter

bosruiter, 5 mei 2025
Bosruiters zijn hier in kleine groepjes te vinden maar dan moet je goed zoeken. Ze zijn wat kleiner dan een tureluur en wat lichter grijs waardoor ze niet opvallen. Een groot deel van de dag wordt er gerust want even bijkomen van een mega grote inspanning is pure noodzaak. Ik zie dat in deze tijd wel vaker. Ook andere trekvogels pauzeren een tijdje in ons land om na die pauze de laatste etappe aan te kunnen. Nederland is met al zijn natte gebieden en slikrandjes het ideale hersteloord. Opvetten en weer spierkracht opbouwen is in die korte periode het devies.

De bosruiters zijn wat lastiger te vinden dan de grotere groenpootruiters die driftig door het ondiepe water paraderen of de inmiddels bijna zwarte, zwarte ruiters die hun zomerkleed al aan hebben en al van verre opvallen. Dit zijn de wat algemenere ruiters en tussen al dat trekvogel geweld zitten soms ook een paar juweeltjes zoals de poelruiter, kleine- en grote geelpootruiter. 

kleine geelpootruiter, 14 oktober 2023
Die speciale ruiters komen in hele kleine aantallen en soms als eenlingen langs. De kleine geelpootruiter is dan nog de meest voorkomende en is elk jaar wel ergens te vinden. Alweer twee jaar geleden zag ik deze voor Nederland zeldzame ruiter voor de tweede keer in de Biesbosch. Normaalgesproken moet je deze soort in Noord-Amerika zoeken en incidenteel raakt er een verdwaalt en die zien we dan met wat geluk hier. Dat geldt ook voor de grote geelpootruiter, nog zo'n wereldreiziger die soms de weg kwijt raakt.

Voor de bosruiter ligt dat wel anders. De aantallen die we hier tijdens de trek zien zijn redelijk groot en ze zijn altijd in het binnenland te zien. Deze soort zie je tijdens de trek niet aan de kust. Vandaar de naam bosruiter. Het is trouwens al bijna honderd jaar geleden dat de bosruiter in ons land broedde. Weer een mooie soort die in de loop der tijd kwijt zijn geraakt. Gelukkig maar dat we ze tijdens de trek nog mooi even kunnen bekijken.
Dordtse Biesbosch,6 mei 2024
De bosruiters zijn hier met een beetje stevige oostenwind goed te vinden. De oostenwind is in deze periode voor ons vam belang want dan krijgen wij hier de kans om de zeldzame doortrekkers op korte reisafstand te zien. De Biesbosch is dan toch een van de meest kansrijke gebieden waar met de goede waterstand de slikjes droogvallen. Dit zijn de favoriete plekjes voor bosruiters. In de zachte grond is het dan makkelijk foerageren. Rusten doen ze daar niet ver vandaan, een flinke graspol of in kleine verhoging in het natte gebied is al genoeg om voldoende dekking te vinden. 

Wil je meer weten van de voormalige Hollandse broedvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/bosruiter

maandag 5 mei 2025

De finalist.

bosrietzanger, 12 mei 2024
Een van de laatste zangvogels die terugkeert uit Afrika is de bosrietzanger. Ik noem hem daarom de finalist van het stel. En dat is eigenlijk ook niet gek als je weet dat dit kleine bruine zangvogeltje dat maar amper vijftien gram dik 5.000 tot wel 7.500 kilometer moet vliegen om hier te aan te komen. Zo'n tocht duurt weken en zit vol gevaren zoals de Sahara die zonder voedsel en drinken overgestoken moet worden. 

Slecht weer, roofvogels, te weinig voedsel, hier moet deze kleine vogel allemaal mee dealen. Hoe meer ik er bij na denk, hoe indrukwekkender ik deze prestatie vind. De bosrietzangers arriveren
Oranjepolder, 1 juni 2021
eind april, begin mei en hoe moe ze ook moeten zijn, ze beginnen vrijwel direct te zingen en dat is een onvermoeibaar lied waar geen eind aan lijkt te komen. In hun lied zitten allerlei imitaties van liedjes van vogels uit Afrika. Zo kan ik mooi eens meeluisteren hoe het daar klinkt. Het geluid klinkt volledig anders dan het lied van de gewone rietzanger en lijkt soms een beetje op het lied van de spotvogel die ook bekent staat als een ras imitator.

De bosrietzanger van deze ochtend had er duidelijk zin terwijl de temperatuur voor in ieder geval erg laag was. Met slechts twee graden Celsius zou mij de lust om te zingen snel over zijn maar de bosrietzanger heeft de tijd niet om te wachten met zingen. 
Zonzeelse polder, 21 mei 2021
In een hele korte periode moet alles geregeld worden. Het territorium moet vastgesteld worden en bewaakt worden, vrouwtjes moeten gelokt worden, een nest moet worden gebouwd en dan kan voor het nageslacht worden gezorgd met een intensieve nazorg daar opvolgend. In die relatief korte periode moet alles gebeuren terwijl zijn neef, de rietzanger al vanaf maart hier is en inmiddels aan een tweede leg zit te denken. De bosriet van vanmorgen is een vroege want er moeten nog een heleboel rietzangers arriveren en dat kant tot in de tweede helft van mei doorgaan.

Het voordeel van deze tijd is dat de bosrietzangers het zo druk hebben dat je ze ook nog eens best goed kunt bekijken. De angst voor onze aanwezigheid is in deze, voor hun zo hectische tijd, even ondergeschikt geraakt. Veel tijd om ze te zien en te horen is er niet want ze zwijgen over een maand alweer waar de gewone rietzanger wel vier maanden achter elkaar zit te zingen.

Wil je meer weten van deze meester imitator, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/bosrietzanger

donderdag 1 mei 2025

Het gouden keeltje klinkt weer.

zingende nachtegaal, 29 april 2025
Halverwege afgelopen maand zongen in de Biesbosch de eerste nachtegalen. In de zogenaamde `natte` Biesbosch waar diep in het Nationaal Park de oude rietpolders liggen, leven de meeste nachtegalen van West-Brabant. Tenminste dat denk ik, want ik weet zo gauw geen andere plek in West-Brabant waar zoveel nachtegalen leven. De zang klinkt al heel vroeg in de ochtend, eigenlijk is het dan nog nacht en daar danken ze ook hun naam aan. In de piek van het broedseizoen hoor je ze soms ook nog wat later in de ochtend.

De zang klinkt ver door en is heel herkenbaar. Net als de zanglijster herhaalt de nachtegaal sommige klanken. De zang is mooier dan de de zang van de zanglijster maar minder bekend en minder vaak te horen. In de Biesbosch zoeken ze de rust en vind je ze aan de randen van de polders. Meestal diep verscholen in het struikgewas van bramenstruiken, vlieren en kleine boompjes. Meestal wat lager bij de grond en vrijwel nooit in de toppen van de bomen waar je de zanglijster wel kunt zien zingen.

een beetje kleurloos en saai,
maar zingen?
Ze zien er niet spectaculair uit en zijn vrij saai om te zien. Warmbruin verenkleed, een iets oranje gekleurde staart en een lichte keel, dat is het wel. Geen fel gekleurde accenten of iets dergelijks, nee hij moet het dus duidelijk van zijn zang hebben. Ik moet altijd veel moeite doen om er een goed te zien. Laat staan dat hij zich al zingend goed goed laat bekijken.

Nachtegalen zijn trouwens in grotere aantallen langs de kust te vinden waar ze een voorkeur hebben voor de dichte begroeiing van de duingebieden. Dat ze hier zo talrijk zijn heeft denk ik vooral te maken met de uitgestrektheid van het gebied en de rust natuurlijk. Op veel plekken in de Biesbosch is het niet toegestaan om daar rond te lopen en dat is maar goed ook. 

Wil je een nachtegaal horen dan kan dat als je maar vroeg genoeg uit de veren bent. Met wat geluk is een nachtegaal ook te horen in de Noordwaard. Het zijn er weliswaar een stuk minder maar er zitten er wel een paar.

Wil je meer weten van dit anoniem zangtalent, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nachtegaal

maandag 28 april 2025

De eerste giertjes.

Afgelopen vrijdag vlogen de eerste gierzwaluwen weer over mijn hoofd. Wel een beetje hoog en duidelijk nog op weg naar de finish. De plek waar ze deze zomer zullen broeden en dat kan heel Noord-Europa zijn.
Deze gierzwaluwen zijn aan de vroege kant want jaren geleden werden de eerste giertjes zo rond Koninginnedag verwacht en de laatste paar jaar werd dat Koningsdag. De reden dat ze steeds vroeger arriveren is, zoals de laatste tijd wel vaker wordt gezegd, de opwarming van de aarde. Ik weet niet of dat een groot probleem is voor deze vogels want door die opwarming vliegen de insecten ook vroeger rond dus voedsel is beschikbaar.

thuis op 10 mei 2024
Er zijn vogelsoorten waarvoor de opwarming van de aarde wel degelijk een probleem is. Want als vogels zich niet zoals de gierzwaluw aanpassen en nog steeds op de "oude" tijd arriveren en hun aankomst hier niet vervroegen kan de rupsen of insecten piek alweer achter de rug zijn. Met als desastreus gevolg dat rupsen alweer verpopt zijn en er voor de jonge vogels niet voldoende voedsel beschikbaar is. En zo neemt het aantal vogels jaarlijks af. Dit is een van de redenen en zo zijn er nog wel een paar te noemen.

Maar goed, ik was er in ieder geval blij mee om de eerste giertjes weer te zien. Dit is een van die iconische vogelsoorten, die samen met de veldleeuwerik, de koekoek en de zomertortel het zomerse gevoel compleet maken. De komende weken komen nog dagelijks grote groepen gierzwaluwen aan en dat kunnen dan soms wel tienduizenden vogels per dag zijn. 

giertjes op trek, 29 april 2024
Op 5 mei 2017 waren wij daar getuige van toen we op de telpost in Breskens op een ochtend 12.000 gierzwaluwen over zagen komen. Door de wind zaten de vogels erg laag en vlogen op een paar meter hoog voorbij. Die dag inclusief de middag vlogen daar naar schatting meer dan 20.000 gierzwaluwen voorbij. Allemaal op weg naar hun eigen broedgebiedje in Nederland en verder door in Noord-Europa. Een indrukwekkend schouwspel dat als ik eerlijk ben, niet veel meer blijdschap opleverde dan de 4 giertjes van afgelopen vrijdag.

Wil je meer weten van deze spectaculaire luchtacrobaat, klik dan op de link;

donderdag 24 april 2025

Opvetten en door.

rustende rosse grutto's, 18 apr 2025
In deze tijd zijn alle grutto soorten in de buurt. De Hollandse grutto, de IJslandse grutto en de rosse grutto.
Die laatste grutto is serieus een andere grutto dan die andere twee. De Hollandse en IJslandse neef kom je hier in het binnenland tegen en je moet goed opletten om de verschillen te zien.

Bij de rosse grutto ligt dat allemaal wat anders. Ten eerste kom je de rosse grutto vrijwel nooit in het binnenland tegen. Het is een echte wadvogel en foerageert graag in het zoute deel van ons land. De slikjes en drooggevallen zandplaten aan de kust zijn het werkterrein van deze Arctische vogel. Vaak in grote groepen rusten ze uit en foerageren ze samen.

de rode rosse grutto
En dat rusten is voor deze vogels geen overbodige luxe want dit zijn de kampioenen lange afstand in een keer vliegen. Ze vliegen in een keer 12.000 kilometer onafgebroken door. Bijna niet te geloven dat een vogel dat kan. Als je het hebt over welke vogel de meeste kilometers in een jaar vliegt dan is dat de noordse stern maar dat is een ander verhaal. Deze vogel legt dan wel de meeste kilometers af maar dat doet hij niet in een keer. 

Om de vogel te herkennen moet je naar de opgewipte snavel, de dieprode kleur die tot op de buik doorloopt en de korte poten die niet voorbij de staart uitsteken als de vogel vliegt, kijken. Bij de gewone grutto is dat niet zo. Die is groter en heeft een lange rechte snavel en is niet rood maar meer oranje gekleurd.

een mooie club rosse grutto's
Maar we zien ze voornamelijk rusten en dan zijn die kenmerken niet goed te zien. Ze staan meestal dicht bij elkaar met de kop in de veren. Slechts een enkeling houdt de boel in de gaten en die moet je dan eerst zien te vinden.

De rosse grutto is ook heel anders getekend en gekleurd dan de Hollandse. Het rood is roder en loopt door tot op de buik tussen de porten door. Bij de onze houdt dat rode bij de borst op. We zien ze nu nog even aan de kust en eenmaal voldoende opgevet, trekken ze weer door.

Wil je meer weten van deze rode noorderling, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/rosse-grutto


maandag 21 april 2025

Kustvogeltje in de Noordwaard

Noordwaard, 14 april 2025
Als er een vogelsoort is waarmee het steeds slechter gaat dan is dat de strandplevier wel. Door de recreatiedruk op de stranden, en er zullen vast nog wel meer factoren zijn die een rol spelen, gaat het elk jaar slechter met deze kleine plevier. Waar de pleviertjes nog wel voorkomen worden alle mogelijke kunstgrepen uitgehaald om ze tijdens het broesseizoen te beschermen. Zo worden hele stukken strand met linten en borden afgezet en worden eilandjes aangelegd waar op gebroed kan worden. Het ene jaar met meer succes dan in het andere jaar.

Elk jaar ga ik in april of mei wel een keer naar de kust om ze te zien. Meestal lukt dat ook wel maar het gaat dan nooit om meer dan vijf vogels en dat is dan ook wel het maximum aan strandpleviertjes wat ik tot nu toe gezien heb. De meeste kans heb ik dan bij Ouddorp op Goeree waar het strand deels beschermd gebied is en ook afgezet is met linten. Met de telescoop kun je ze dan op het strand heen en weer zien rennen.

Dat de strandplevier nu het onderwerp van dit stukje is, komt door de strandpleviertjes die de laatste week in de Biesbosch in de Noorwaard bivakkeren. Heel bijzonder want de Noordwaard is absoluut niet het juiste leefgebied van deze kustvogeltjes. Waarschijnlijk zijn ze tijdens de trek naar hier door de wind wat verder landinwaarts geblazen en zijn ze hier neergestreken. Hier rusten ze uit en zorgen ze dat ze weer wat aansterken en gaan ze daarna weer naar de kust om daar aan het broedseizoen te beginnen.

Voor de Biesbosch vogelaars was dit weer een hele mooie en bijzondere soort om te zien. Tegelijkertijd vlogen hier ook de zwarte sternen rond maar die blijven nog korter en zijn maar een paar uur in het gebeid aanwezig. Die jagen een paar uurtjes achter de insecten in het gebied aan en als ze genoeg op hebben trekken ze weer door. 

Lang geleden hebben strandplevieren ook in het binnenland gebroed maar dat is alweer lang geleden. Ze zouden hier dus best kunnen overleven en zelfs kunnen broeden maar waarom ze dat niet meer doen weet ik niet. Het zou heel bijzonder zijn als dat weer zou gebeuren. Het aantal broedparen is inmiddels dramatisch laag en als we de tweehonderd aantikken is dat een optimistische benadering.

Daarom is het een prachtige ontmoeting met deze kustvogel zo dichtbij, hier om de hoek in de Noordwaard. Een soort die je hier niet vaak ziet..

Wil je meer weten van deze zeldzame plevier, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/strandplevier

donderdag 17 april 2025

De zwarte stern is hier heel even.

zwarte stern, 14 ap5ril 2025 
Zoals elk jaar trekken rond deze tijd een groot deel van de broedvogels naar ons land maar een veel groter deel trekt over ons land verder door naar de broedgebieden. Met name roofvogels trekken in deze tijd voorbij en moet je geluk hebben om er een te zien. Andere mooie soorten trekken in wat grotere groepen door ons land en zijn wat makkelijker waar te nemen. Denk bijvoorbeeld aan de regenwulpen. Die willen nog weleens een weekje of wat langer hier blijven hangen. Andere doortrekkers hebben ons land ook als broedgebied maar dat is dan weer niet hier in de buurt en dat zijn bijvoorbeeld zwarte sternen. Zo heeft elke soort zijn eigen agenda en planning.

De zwarte sternen zijn kort hier in de buurt te zien en met wat geluk kun je ze tegenkomen in de Noordwaard. Met de juiste wind en temperatuur willen ze dan wel een dagje of wat blijven hangen . Als er voldoende insecten beschikbaar zijn, is dat een extra motivatie om nog even uit te rusten en aan te sterken.

happen naar insecten
Afgelopen week zag ik zo op een mooie voorjaarsmiddag een groepje van vijf zwarte sternen in de Noordwaard foerageren. De vogels vlogen steeds volgens hetzelfde patroon laag over het water en maakten snelle bewegingen om zo elk insect op hun pad te verschalken. Zo te zien ging het ze goed af en moeten er ook genoeg beestjes in de lucht hebben gezeten. 

De zwarte sternen broeden niet in de Biesbosch maar wel een stukje verder ion de Zouwe Boezem. Daar worden ze geholpen met kleine vlotjes waarop ze hun nest kunnen maken. Oorspronkelijk bouwen ze hun nest op drijvende krabbenscheer maar dat is bijna niet meer beschikbaar. Deze verlandingsplant zie je  vrijwel nergens meer en daarmee wordt het er voor de sterntjes niet makkelijker op. 
Als deze nesthulp er niet was, zouden we vrijwel geen zwarte sternen meer hebben. Voor 1980 waren ze algemeen en kwamen ze ook hier in de buurt voor en werd er zelfs gebroed. In Terheijden, Breda en de Biesbosch, allemaal plekken hier in de buurt kwamen zwarte sternen voor. Ik sprak jaren geleden een oude Raamsdonker die zelfs beweerde dat in Raamsdonk zwarte sternen tot broeden kwamen op de velden gele plompbladen in de wateren rond Raamsdonk. Dat vond ik een spannend verhaal en betwijfel ik. In ieder geval heb ik ze weer even gezien want ze blijven amper een dag in de Biesbosch en trekken na een stevige maaltijd snel verder. Het broedseizoen wacht niet!.

Wil je meer weten van deze prachtige sierlijke passant, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zwarte-stern

maandag 14 april 2025

IJsvogels hebben een nieuwe stek.

het gat linksonder is de nestingang
In de Oranjepolder leven al heel veel jaren ijsvogels. Ze weten altijd wel ergens een geschikte nestgelegenheid te vinden. En met die gedachte in het achterhoofd hebben we zeven, acht jaar geleden bedacht om in de Natuurtuin een ijsvogelwand te maken. En al die jaren daarna gebeurde er niets bij de wand terwijl we toch heel vaak een vissende ijsvogel in de poel ervoor zagen. 

Ik heb de wand altijd vrij van riet gehouden, de grond voor de wand uitgediept zodat daar minimaal twintig centimeter water staat en in het midden van de poel een paar wilgentenen in de bodem gestoken zodat de ijsvogel een zitpost had om te vissen. Het hielp niet. Wel vissende ijsvogels maar geen broedende ijsvogels.

vrouwtje ijsvogel voor de ingang
donderdag 10 april
En daar is nu dan eindelijk verandering in gekomen. Op 10 april ontdekte ik activiteit in de gaten van de wand. Zeker drie gaten waren flink uitgegraven en in het water voor de wand lag een flinke hoop zand. Dit zand is een stevig mengsel van leem en maaszand en hebben we destijds gebruikt achter de wand zodat de ijsvogels daar een nest uit konden graven en de gangen niet direct in zouden storten.

Zoals het er nu naar uitziet werkt het want de gang ziet er stevig uit en is een stuk kleiner in diameter dan de door ons gezaagde ingang. Ik dacht destijds dat tien centimeter wel zou voldoen maar las later ergens dat zes centimeter al voldoende is. Even dacht ik nog in de afgelopen jaren dat de grote opening voor de ijsvogels een drempel zou zijn. Gelukkig is dat niet zo en is de wand nu dus eindelijk goedgekeurd.
mannetje, 28 augustus 2022
De twee ijsvogels vlogen vanmiddag regelmatig langs de wand, zaten op de wilgentenen in de poelen maakten volop herrie. Ze waren zogezegd duidelijk aanwezig. Het zal de komende tijd nog spannend worden of er daadwerkelijk een nestje ijsvogels uit gaat vliegen.

Ik weet in ieder geval zeker dat het om een koppel gaat want zowel het mannetje als het vrouwtje heb ik gezien. Het mannetje met de geheel zwarte snavel en het vrouwtje met de rode ondersnavel zaten om de beurt op de wilgentenen voor de ijsvogelwand. Ze waren sowieso alert en kwamen steeds even langs maar vlogen dan ook weer direct door omdat ze ons zagen. Ik was even bang dat wij de boel te zeer zouden verstoren en namen daarna afstand. Ik ben benieuw hoe de vlag erbij hangt na het weekend maar ik ben gematigd positief.

Wil je meer weten van deze schitterende blauwe schicht, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ijsvogel

donderdag 10 april 2025

Zigzaggende snippen.

dinsdagmiddag 8 april 2025
Watersnippen zijn als doortrekker en overwinteraar zeker niet zeldzaam. Ik zie vrijwel wekelijks wel ergens een watersnip of soms ook wel meer. Met name in de Noordwaard in de Biesbosch is de watersnip in het winterhalfjaar een vrij algemene soort. En nu het weidevogel beschermingsseizoen is begonnen, zie ik ze elke dinsdagmiddag wel ergens in de velden opvliegen. Ik weet niet of dit nog doortrekkers zijn of late overwinteraars. Ze vliegen nooit ver weg als we ze opstoten, meestal ploffen ze in een volgende akker weer neer en verdwijnen dan direct uit het zicht.

Biesbosch, 12 september 2024
Watersnippen broeden in het noordoosten van ons land maar ook ten zuiden van de Biesbosch wordt door SOVON* aangegeven dat daar broedgevallen voorkomen. Dat was mij niet bekend en zeker niet dat die broedgevallen ook nog eens hier in de buurt voorkomen. Naar mijn idee hebben we hier in de buurt nauwelijks geschikte broedgebieden. Het is hier veel te gestructureerd en de grond is veel te droog en veel te monotoon en wordt ook nog eens veel te intensief bewerkt. Ik zet er dus mijn twijfels bij maar het zou mooi zijn als ik het mis had.
Afgelopen dinsdagmiddag zaten weer twee watersnippen in ons loopgebied en de vogels werden door ons weer onbedoeld de lucht ingejaagd. En ook nu vlogen ze maar een klein stukje en verdwenen weer makkelijk aan ons zicht. Ik vroeg mij af hoelang we ze nog tegenkomen want ook voor hun tikt de tijd gewoon door en moet aan het nageslacht worden gedacht.

Ik denk dat dit nu wel de laatste snippen zijn die we hier tegenkomen en dan zien we ze zo rond augustus weer terug. Het valt mij op dat veel steltlopers maar kort in de broedgebieden verblijven. Ook grutto's,  kieviten en scholeksters zijn maar kort in het agrarisch gebied te zien. 
Over een maand bijvoorbeeld staan de eerste grutto's alweer in het ondiepe water van de Hardenhoek of Eijerwaard in de Biesbosch. Dit is meestal geen goed nieuws want dat betekend meestal dat de legsels mislukt zijn. De watersnippen blijven in de zomer tot november in de Biesbosch en gedurende die periode groeit de groep watersnippen flink. In de herfst kun je daar dan wel honderden snippen bij elkaar zien.

Maar zover is het nog lang niet en ben ik elke week weer blij als er weer eens een voor mijn neus opvliegt. Zigzaggend en krassend wegvliegt. Het blijft een bijzondere vogel.

*SOVON = Stichting Ornithologisch Veld Onderzoek Nederland

Wil je meer weten van deze bijzondere weidevogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/watersnip