volwassen jan van gent |
Pijlstormvogel, noordse stormvogel, jagers, zeekoeten en alken allemaal vogels die niet zo makkelijk onder de kust komen. Ze zitten altijd wat verder op zee en zijn alleen met een stevige noordwesten wind vanaf de kant te zien. Eiders, zwarte zee eenden, roodkeelduikers en middelste zaagbekken zijn wat dat betreft een stuk makkelijker te spotten. Die zitten soms wel eens op de kant.
jager die een meeuw achterna zit |
Ze flitsen door de grote groepen meeuwen en zijn er dan ineens. Drie keer zo groot dan een meeuw en toch onopvallend kunnen zijn. Dat is de kunt die de jan van gent als geen ander beheerst. De jagers zijn wel een categorie moeilijker want die komen nooit echt dicht bij de boot maar blijven op een respectabele afstand rond de boot cirkelen en loeren dan op meeuwen de net wat stukken vis naar binnen hebben gewerkt. Die worden dan tot
drieteenmeeuw ook een echte zeesoort |
Ook drieteenmeeuwen en noordse stormvogels zijn normaal gesproken wat lastiger te spotten. Die kun je met name in de trektijd nog weleens langs de kust treffen maar dan moet je wel wat geluk hebben. En van die twee is de drieteenmeeuw misschien nog wel de makkelijkste, als je dat zo kunt zeggen.
De zeetocht kan heel spectaculair zijn maar er is geen garantie op mooie soorten. De wind is eigenlijk de belangrijkste speler in het mogelijke succes van de dag. Noordwesten wind brengt vogels dichterbij en op de dag zelf mag het van mij gerust wat rustiger zijn zodat je ook nog een beetje normaal op de boot kunt blijven staan en je foto's niet teveel bewogen zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten