goed verscholen bosuil |
Afgelopen week zag ik in de Boswachterij de bosuilen in de boomholte zitten. Ze roepen s'-avonds al veelvuldig en hebben de territoria al bezet. De steenuiltjes idem dito. Samen in de nestkast zitten en af en toe even naar buiten voor een frisse neus. Maar dan wel in een lekker winters zonnetje. De veertjes flink bol zetten zodat de winterse kou geen vat op je heeft. En ze zijn toch zo schuw, want zodra ik het portier van de auto opendoe trippelt hij razendsnel naar binnen. Een prachtig gezicht zo.
koppeltje steenuilen |
De bosuilen zijn erg honkvast en blijven soms jaren in dezelfde boom wonen. Net als de nieuwe buren, iets verder in het bos, de ravenfamilie. Die zijn wat dat betreft ook erg honkvast. Als het broeden eenmaal goed is gegaan is dat de plek voor het leven. Hoe dat met de steenuiltjes zit, weet ik eigenlijk niet maar volgens mij zijn die ook erg honkvast.
Bij ransuilen werkt dat weer heel anders, die zijn afhankelijk van anderen want ze maken gebruik van bijvoorbeeld een oud kraaiennest en dat kan steeds ergens anders zijn.
Ransuilen bouwen zelf namelijk geen nest. Om het even welke uilensoort het ook is alle uilen zijn lastig te ontdekken maar als je eenmaal een plekje hebt gevonden dan kun je er ook langere tijd van genieten.
In ieder geval gaat het nu gebeuren en kunnen we over niet al te lange tijd weer nieuwe uilen horen bedelen en met wat geluk laten ze zich nog een keer zien ook. In de Oranjepolder horen we de jonge ransuilen, in Dorst de jonge bosuilen en in de Noordwaard met wat geluk de jonge steenuiltjes. Kerkuilen, de witte nachtspoken zijn voor mij wat moeilijker te spotten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten