overwinterende ooievaar, 18 jan in de Overdiepse |
Aan de telling heb ik verder niet meegedaan want daarvoor
moet ik dan echt op pad en dat gaat mij net te ver. Alhoewel ik op 18 januari
twee dagen voor de telling hier vlakbij twee ooievaars in een akker had gezien. De onderzoekers hebben vast
gesteld dat ongeveer 35% van de populatie hier blijft en dat zijn dan
voornamelijk de broedvogels. De jonge vogels trekken allemaal weg en laten
daarmee zien dat het trekgedrag in de genen zit. Oudere vogels en broedvogels
nemen op latere leeftijd dus wat vaker de gok dat ze het zonder die gevaarlijke
reis ook kunnen redden.
afgelopen zomer bij de Spinder 175 foeragerende ooievaars |
Normaal moeten ze toch een behoorlijk gevaarlijke tocht ondernemen naar Zuid Europa of nog verder naar Noord Afrika. Onze ooievaars nemen de westelijke trekroute en bijvoorbeeld de Poolse ooievaars nemen de oostelijke trekroute over de Bosporus in Turkije. Daar tussenin loopt nog een wat minder grote trekroute die via Italiè naar Noord Afrika loopt. Maar daar maken `onze` ooievaars geen gebruik van.
De twee ooievaars die ik vorige week in de Overdiepse polder bij Waspik zag, zouden best weleens dezelfde vogels kunnen zijn die alweer een paar jaar in Waspik broeden.
Die nemen dan ook de gok dat de winter niet al te
streng wordt. En misschien foerageren die twee wel bij de Spinder in Tilburg.
De vuilstort daar is ook alweer jarenlang een verzamelpunt van foeragerende
ooievaars uit de regio. De twee jonge ooievaars die afgelopen voorjaar in
Waspik zijn geboren zijn nu in Zuid Europa en komen pas over een paar maanden
terug. En het kan dus zijn dat deze twee trekvogels dit jaar of volgend jaar
ook standvogels worden net als hun ouders.
Wil je meer weten van deze statige standvogel, klik dan op de link; https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/ooievaar
Geen opmerkingen:
Een reactie posten