vrijdag 21 juni 2019

Geelgorzen in Oost-Brabant.

geelgors in al zijn pracht
Als er ergens in Brabant meer geelgorzen dan vinken zitten weet je zeker dat je niet in West-Brabant bent. Als je hier een geelgors tegenkomt, dan is dat een toevals-treffer, een verdwaalde die de weg kwijt is. Maar zodra je oostelijk van Tilburg en Den Bosch komt, wemelt het van de geelgorzen.

Met name grote open natuurgebieden afgewisseld met bosjes, singels en houtwallen genieten de voorkeur. Het Natuurgebied De Maashorst bij Uden en Nistelrode is een waar geelgorzen eldorado. Ik wed dat er meer geelgorzen dan vinken zitten, zoals wij hier overal, soms wel om de vijftig meter, de vinkenslag horen, hoor je daar om de vijftig meter de "vijfde van Beethoven" klinken. Is misschien wat overdreven maar het zijn er echt veel.

De grens ligt van noord naar zuid, midden over ons land, rechts de (hoge) zandgronden en links van de grenslijn de kleigronden. Nu zitten wij ook op een grens van zand en 

klei maar dat is voor geelgorzen niet de goede grenslijn want deze grens loopt van west naar oost en heeft te maken met de afzetting van rivier-, ook wel zeeklei genoemd. De grote rivieren hebben eeuwenlang de het land over-spoeld en hier de klei achtergelaten.

Volgens de Vogelatlas van Nederland, zouden ten zuiden van Breda in de grensstreek ook geelgorzen voor moeten komen maar ook daar heb ik ze niet eerder gezien.

Er zijn dus vogels die net als de geelgors hele strikte "grenzen" hanteren, bijvoorbeeld de glanskop en raaf zijn vogels die liever in het oosten verblijven. Er zijn gelukkig veel vogels die het allemaal niet uitmaakt, net als de vink, de koolmees en zo zijn er nog talloze andere te noemen die zich overal thuis voelen en dat is maar goed ook. Om van de geelgors te genieten, rijd ik daarom wel een keer naar oosten van Brabant, want het is wel genieten van de zang van deze "klassieker".

Wil je meer weten van deze muzikale gors, klik dan op de link;
 https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/geelgors

dinsdag 18 juni 2019

Zomertortel in de wijk.

zomertortel in de wijk
Als je het over een echte zomergast hebt, dan kun je zeker hebben over de zomertortel. Een steeds zeldzamer wordende duif die je bijna nergens in onze omgeving kunt vinden. De eens zo algemene zomerduif is in rap tempo aan het verdwijnen. ik weet op Goeree nog een paar zomertortel bolwerken en ga daar ook regelmatig naartoe om ze te zien en het geluid van de zomertortel te horen. Een heerlijk zomers geluid dat in die regio gelukkig nog op veel plekken te horen is.

Maar wat was dat een bijzonder telefoontje, er zat namelijk bij iemand een zomertortel in een achtertuin niet eens zo ver bij ons vandaan. Slechts drie minuten fietsen voor mij en voor de zomertortel amper een minuut vliegen zat het beestje gretig vogelzaden te eten. Ik vermoed dat het een vogel was die net terug was uit het zuiden en hier even op adem zat te komen. Even aansterken en uitrusten om daarna weer op pad te gaan naar het broedgebied. Waar dat ergens is, blijft gissen.

de laatste zaadjes zijn opgegeten en de krop zit vol.
Langs de kust zijn de zomertortels nog vrij gemakkelijk te vinden. Met name de wat bredere duingebieden met duindoornstruiken, bramen, bomen en kale open stukken zijn ideaal voor deze vogels. Toch zijn er naar mijn idee bij ons in de buurt ook wel stukjes te vinden die passen in het voorkeursplaatje van de zomertortel. Met name het deel van de nieuwe Biesbosch, de Noordwaard ziet er volgens mij goed genoeg uit voor deze zomergasten.

Hoe het komt dat deze vogel hier vrijwel niet meer gezien wordt, weet ik niet. Heel af en toe wordt er een gemeld maar volgens mij gaat het dan niet om een broedgeval. De meldingen die ik voorbij zag komen gingen volgens mij voornamelijk om trekvogels. Wat is het dan toch een bonus als je als vogelliefhebber getrakteerd wordt op een zeldzame zomertortel in je tuin.

Wil je meer weten van deze zachtjes koerende duif, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zomertortel

vrijdag 14 juni 2019

Nachtzwaluwen in de Brabantse duinen.

Loonse en Drunese duinen met invallende duister
Er zijn niet zo heel veel vogels die 's-nachts leven, of beter gezegd, 's-nachts tot leven komen, Je hebt het dan al snel over de uilen en verder zijn maar weinig andere vogels te noemen die dat doen. In de zomer-maanden komt daar nog een speciale soort bij namelijk de nachtzwaluw.

Gisterenavond ben ik weer naar de Loonse en Drunese duinen gereden om daar op de grote open vlakte naar de nachtzwaluwen te luisteren. Een mooie windstille avond leek ideaal maar ik was even vergeten dat de muggen dat ook fijn vinden. Ik stond daar als een soort windmolen in het wilde weg te maaien en was o zo dankbaar toen er een windje opstak. De nachtzwaluwen lieten zich goed horen en als er een aantal tegelijk zingen is het lastig te bepalen waar het geluid exact vandaan komt. Maar dat geeft niet, genieten geblazen! Op een gegeven moment dacht ik dat ik er een zag vliegen maar die was wel drie keer zo groot en bleek later een mooie bosuil te zijn die vlakbij op een dode boomstronk ging zitten. Op amper 30 meter van mij vandaan zat de uil en observeerde de omgeving, ik hield de adem in en durfde niet te bewegen, prachtig!

een onopvallende nachtzwaluw
De naam nachtzwaluw doet vermoeden dat deze vogel verwant is aan de huis-, oever- en boerenzwaluw maar dat is dus niet zo. Net als de gierzwaluw zijn ze geen familie van elkaar. En eigenlijk snap ik dat ook wel. Het is een totaal andere vogel, veel groter, leeft in de schemer en 's-nachts, zit in de lengterichting op een tak en trekt niet op met grote groepen soortgenoten  en dat doen de "echte" zwaluwen wel.

Dat zie je bijvoorbeeld goed bij oeverzwaluwen die samen een berg zand claimen en er in nestelen of huiszwaluwen die gezamenlijk een dak oversteek volplakken met nesten en dan boerenzwaluwen die met tientallen jarenlang een boerenschuur gebruiken om te nestelen. Dat doet de nachtzwaluw dus niet, die legt haar eieren op de kale grond, niet eens in een nestje en halverwege de broedtijd neemt het mannetje het broedsel over zodat het vrouwtje alweer aan de tweede leg kan beginnen. Ze hebben de voorkeur voor kale vlaktes in bossen en zitten overdag op de grond of op een tak. Allemaal net anders dan de "echte" zwaluwen maar wel zeer bijzonder en mysterieus.

Wil je meer weten van deze mysterieuze nachtbraker, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/nachtzwaluw

dinsdag 11 juni 2019

Uilengebroed.

vier jonge ransuilen
Het gebeurd niet vaak dat je uilen hoort roepen of ziet vliegen en als dat gebeurd, heb je heel veel geluk. Het zijn vooral nachtdieren en dan zie ik het sowieso niet al te best. Zo stond ik afgelopen week bij ons in de Oranjepolder te luisteren naar de jonge, pas uitgevlogen ransuilen en hoorde het bedelgeroep om mij heen, maar zag ze niet. Het schemerde al flink en de lucht was flink bewolkt waardoor het zicht niet al te best was.

Met veel moeite ontdekte ik de laag over de weilanden vliegende ransuilen maar of het de jonge ransuilen of de oudervogels waren, dat was niet te zien, veel te donker.
vijf jonge steenuiltjes
Behalve de jonge ransuilen horen en zien, kreeg ik ook de kans om even in een nestkast van broedende steenuilen te kijken. Tijdens de nestkast controle van het IVN worden de nestkasten van de steen- en kerkuilen op broedsucces gecontroleerd. En wordt natuurlijk ook gekeken of de nestkasten na het broedseizoen schoongemaakt moeten worden.

De nestkast in een eikenboom in Oosteind was goed bezet met maar liefst vijf jonge steen-uiltjes. Goed beschermd door moeder steenuil zaten ze stil in een hoekje te wachten totdat ik de klep weer op de nestkast deed.

Zowel de steenuilen als de ransuilen maken tot op heden een goed broedseizoen door, net als de torenvalken, niet ver van de ransuilen, die zeker vier en mogelijk vijf jongen hebben. Dat zegt dus ook iets over het muizenaanbod. Dat moet enorm zijn. In Friesland zijn ook alweer zoveel muizen dat de boeren overwegen om de weilanden onder water te zetten om de schade aan de gewassen te beperken. Wie weet wat al die muizen in positieve zin kunnen veroorzaken, een explosie van velduilen misschien? In ieder geval kunnen we de komende weken volop genieten van uilen en valken.

vrijdag 7 juni 2019

Jonge torenvalken geboren.

een jonge torenvalk krijgt een lekker hapje
De vroege balts in maart van de twee toren-valken in de Oranjepolder, heeft een vervolg gekregen. Dat had ik al eerder gemeld en met name de laatste twee weken houd ik de boel goed in de gaten. Dat doe ik omdat er veel activiteit rond het nest is. Op amper 4 meter broedt een zwarte kraai en elke beweging van die kraaien lokt een felle reactie van de toren-valken uit. Hoe verzinnen ze het om zo dicht bij elkaar te nestelen?

Ik zag bijvoorbeeld dat vorige week, binnen een kwartiertje, zomaar drie gevangen muizen het nest in werden gebracht. Dat kan maar een ding betekenen, er zijn jongen geboren.

Waarschijnlijk nog zo klein dat ze nog niet over de rand kunnen kijken. Het mannetje is waaks en kiest direct het luchtruim als een "vreemde" vogel het waagt om in de buurt van de hoog-
3 jonkies en een klein kopje in het nest
spanningsmast te komen. Het loopt niet altijd uit op een knokpartij, maar zijn aanwezigheid is vaak afdoende. Luid roepend vliegt hij rond, jaagt in de pas gemaaide grasakkers en vangt makkelijk prooien. Dat is op dit moment natuurlijk heel makkelijk want jagen in hoog gras valt niet mee.

Vandaag, dinsdag, is het heel erg warm en drukkend benauwd en dat was voor mij weer een voordeeltje want de jonge valkjes probeerden wat verkoeling te vinden op de rand van het nest. Hierdoor zaten ze mooi in het zicht en kon ik vier kopjes tellen en het zouden er ook weleens vijf kunnen zijn.

een baasje van een torenvalk
De komende paar weken zullen de jongen groeien en groeien en zorgen dat het nest te klein wordt. De ouders moeten de komende tijd keihard werken om voldoende muizen aan te voeren want die kleintjes hebben een onstilbare honger.

Zo net voordat de jonge torenvalken uitvliegen zitten ze vol in het zicht, in ieder geval voor mij en voor nog een paar ingewijden. Het kleine kraaiennest barst dan uit zijn voegen en biedt nog amper bescherming. Ik hoop het uitvliegen mee te maken, hoewel dat nog een spannende is. Meestal in alle vroegte kiezen ze het luchtruim en vliegen ze naar een veilige plek waar ze door de ouders gevoerd worden. Dat kan verspreid in het gebied zijn en meestal zitten ze dan niet vlak bij elkaar. Ik verheug me nu al op al die activiteit!

Wil je meer weten van deze kleine poldervalk, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/torenvalk

dinsdag 4 juni 2019

Grauwe klauwier.

mannetje grauwe klauwier
Aan een grauwe klauwier is niets grauws aan. Waar deze prachtige vogel zo'n lelijke naam aan te danken heeft weet ik ook niet. De kleuren zijn prachtig en strak belijnd, waardoor de vogel er nog voornamer uitziet. Het zwarte boevenmaskertje steekt scherp af tegen de zachte warme kleuren van het grijze kopje en de zachtgele borst.

De laatste weken heb ik een koppeltje grauwe klauwieren kunnen bekijken in een mooi natuurgebied vlakbij. In dit gebied beheert door natuurmonumenten, leven een paar koppeltjes van deze klauwieren, ze broeden zelfs in dit gebied. Ik had nog nooit eerder in ons land gezien en kende ze alleen van vakantie bestemmingen. De eerste keer dat ik grauwe klauwieren zag, was in 1992 toen we, nog net voor daar de oorlog uitbrak, op vakantie waren in Joegoslavië. Ooit had ik een keer vlak bij de plek van deze grauwe klauwieren een roodkop klauwier gezien. Dit is een nog zeldzamere verschijning in Nederland maar die had ik dus al jaren eerder in april 2013 gezien.

ook de achterkant is prachtig
Het vrouwtje heeft haar nestje in een grote bramenstruik met daar vlak naast een kleine eik en kleine berkenboom. Ik weet dat omdat het mannetje af en toe een grote prooi naar de struik brengt en het vrouwtje de prooi dankbaar van hem overneemt en direct weer in de bramenstruik verdwijnt. De vogel zit volgens mij op eieren want het mannetje vangt af en toe een insect en vliegt dan naar de top van het berkje en niet naar het nest. Ook het vrouwtje jaagt nog niet op insecten of andere kleine prooien.

Het zal denk ik niet lang duren of ze gaan allebei op jacht en zullen dan nog beter te zien zijn. En waar ik benieuwd naar ben, is hoe dat volgend jaar zal gaan. Komen de klauwieren terug naar hun stekje en gaan daar weer opnieuw broeden? Waar gaan de jonge klauwieren naar toe? Komen die ook terug naar dit gebied en gaan daar dan ook broeden en ontstaat er dan zo langzaamaan een grotere populatie klauwieren? Allemaal vragen die nog een jaartje wachten op antwoord.

Wil je meer weten van deze onschuldig uitziende bandiet, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grauwe-klauwier

vrijdag 31 mei 2019

Bonte vliegevanger

bonte vliegenvanger in Surae
Ook weer zo'n vogeltje wat er altijd wel is maar niet opvalt, niet door zijn zang en niet door zijn uiterlijk. Enigszins verborgen levend, liefst in het bos of bosrand, net als een braamsluiper die zich weer thuis voelt in het duinstruweel en ook zo'n onopvallend liedje heeft. Van die vogeltjes zijn er meer dan je denkt en misschien ook wel minder zeldzaam dan wordt aangenomen.

Ik ben de laatste weken scherp op ongewone geluidjes en rangschik ze niet meer klakkeloos onder de noemer "'t zal wel een mees ofzo zijn". Want dat valt wel op dat deze vogeltjes liedjes zingen die ook zomaar door een mees of ander algemeen voorkomend beestje gezongen kunnen worden.

Nou nemen die bonte vliegenvangers in aantal wel wat toe en schuiven ze wat meer op naar het westen wat dus ook de reden kan zijn dat ze niet zo opvallen. Ze sluipen zeg maar onze regio binnen en vestigen zich onopvallend. Alhoewel ze ook alweer jaren op de Oosterhoutse golfbaan worden gezien. Van de golfbaan naar de bossen bij Surae, zijn voor dit vogeltje slechts enkele ferme vleugelslagen en hij zit er. In de afgelopen twee weken ben ik ze op meerdere plekken tegengekomen, onduidelijk geluidje dat na wat speurwerk een bonte vlieg opleverde.

Sinds de bossen van Surae mogen verouderen en dode bomen niet meer opgeruimd worden, neemt het aantal spechten spectaculair toe en daarmee ook het aantal spechtengaten en holen, die worden dus door boomklevers en ook door bonte vliegenvangers dankbaar overgenomen. En zo zullen er nog heel wat meer vogels in die bomen zitten. Als je maar met je tengels van de natuur afblijft, dan gebeuren er echt mooie dingen maar daar is nog niet iedereen achter.

Voorlopig zie ik in de bossen weer een mooie nieuwe soort rondfladderen. Als je meer wil weten van deze kleine bruine vogel(kbv), klik dan op de link,
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/bonte-vliegenvanger

dinsdag 28 mei 2019

Glasalen schrapen.

de ene na de andere aal ging eraan
Het gebeurt onder water en wij weten er maar weinig van. Onop-vallend trekken de jonge palingen van zee naar het binnenland. Ze komen van de Saragossa Zee bij midden Amerika naar hier om te groeien en pas als ze geslachtsrijp zijn, weer terug te gaan om te paaien.

Ik ken dat fenomeen al vanaf ik een jaar of 7 of 8 was, ik ving de glasaaltjes bij honderden bij de stuw in het kanaal aan het eind van de Wilhelminalaan. De jonkies trekken het binnenland in en konden tot aan Oosterhout ongehinderd van zee naar hier komen. Een open verbinding met zee zorgde er ook voor dat we in de zwaaikom krabben en bot vingen. Wij hoefden toen niet naar zee om zeevis te vangen.

alen hotspot
Dat ik daar nu op kom, komt door de blauwe reigers bij Stellendam, op de slikken van de Kwade Hoek. Vlak voor de dam naar het Haringvliet liepen de blauwe reigers bij het lage water spiedend over het slik. Her en der in de blubber pikkend, meestal voor niets maar ook nog al eens raak. Ik zag de ene blauwe na de ander een palinkje pikken. Een mooi gezicht want zie maar eens zo´n gladde aal naar binnen te werken. Sommige alen kwamen weer net zo makkelijk naar buitengekropen en een andere wat dikkere aal, greep de reiger bij zijn nek en probeerde net als een koningspython de reiger te wurgen.
ook de koningspython legt het loodje
Wat is zo´n paling dan toch sterk als je ziet dat de kop van de reiger, die trouwens ook niet los liet, door de paling in een rare kronkeling getrokken werd. Ik dacht even dat het niet goed zou aflopen maar dat viel toch mee. Deze palingen zaten dus nog in zout water en waren naar mijn idee op weg naar de kier in de sluis. Die kier in de sluis is pas sinds dit voorjaar een feit. Er werd al jaren over gesproken maar nu is het dan toch zover en staat de deur regelmatig een stukje open.

Zouden we de tijden van vroeger, meer dan een halve eeuw geleden, bij ons in de zwaaikom, weer herbeleven? Kinderen, die met schepnetjes glasalen van de natte wanden van de stuw schrapen? Als ik ze dan bezig zie, doe ik mee en laat ze aan de andere kant van de stuw weer los, net als vroeger.

vrijdag 24 mei 2019

Dansende steltlopers.

kan het nog sierlijker?
Als je het over de sierlijkste steltlopers van ons land hebt, dan heb je het vrijwel zeker over kluten en steltkluten. Hoog op de poten, mooie kleurstellingen, bijzondere snavels, kortom ze zijn niet te evenaren als het om schoonheid gaat. Niet dat andere stellopers niet mooi zijn maar mooi én sierlijk tegelijkertijd dat zijn er echt maar twee.

De "gewone" kluut is wat algemener en broedt zelfs in de Biesbosch op het eiland in de Hardenhoek. Deze kolonie is overigens de grootste kolonie die in het binnenland broedt. Bij de laatste nesttelling werden maar liefst 81 nesten gevonden. En dat is weer een toename ten opzichte van het vorige jaar toen we "slechts" 36 nesten telden. Maar dat lage aantal van toen kan te maken hebben gehad met de enorme hoge waterstand tijdens het broedseizoen toen veel nesten wegspoelden. Een groepje kluten is toen voor de tweede leg uitgeweken naar de Muggenwaard en dat waren ze heus niet allemaal.

sierlijkste (stelt)kluut
Dat is wel wat anders bij de steltkluut, veel zeldzamer met af en toe een nestje in de Biesbosch. En dat is best veel als je weet dat deze vogel graag in kleine kolonies broedt en we in Nederland maar een broedpaartje of 25 hebben. Wij zitten aan het noordelijkste randje van het Europese verspreidingsgebied van de steltkluut. Een echte zeldzaamheid dus die pas vanaf eind mei gaat broeden.

En dat maakt het nu zo spannend, want er worden sinds deze week maar liefst 6 steltkluten in de Noorwaard gezien. Dat zouden dan, optimist als ik ben, drie broedpaartjes kunnen zijn. Dat zou echt een ongelofelijke ontwikkeling zijn die de enorme natuurwaarde van de "nieuwe" Biesbosch nog maar eens bevestigd.

Samen met de herstelwerkzaamheden aan de oude rietpolders met een toename van porseleinhoenen en roerdompen hebben we goud in handen en al dat moois zit bij ons dus gewoon om de hoek!

Wil je meer weten van deze sierlijkste steltloper op rode poten, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/steltkluut

dinsdag 21 mei 2019

Spotvogels gespot.

zicht op spotvogelland
Hij liet zich maar heel even zien, net lang genoeg om te zien dat hij een zachtgele borst en buik had en een wat grijsgroen bovendekje. De spotvogel aan de Deeneplaat in de Biesbosch zat verborgen in het struikgewas uit volle borst te zingen. Een geluid wat je pas rond begin mei kunt horen. Hij behoort samen met de bosrietzanger tot de laatkomers in het broedseizoen.

En naast dat het een laatkomer is, zijn het er nooit zoveel maar zo langzamerhand weet ik de vaste plekjes wel te vinden.
een spotvogel
Bijvoorbeeld aan het eind van de Groenendijk in Oosteind, aan de Zwarte dijk in Teteringen net voor de woonwijk en nu dan ook halverwege de Deeneplaat in de Biesbosch. Met name de spotvogel aan de Groenendijk zit daar al heel wat zomers achter elkaar. Het zou daar weleens steeds dezelfde vogel kunnen zijn die elk jaar trouw naar zijn vaste stekje komt.

Als de vogel zingt, valt het direct op dat hij steeds maar weer in herhaling valt, soms drie keer achter elkaar het snerpende deuntje gevolgd door wat gevarieerd gebrabbel, De roep is een ander verhaal, die verwar je met het grootste gemak met het roepje van een mees of een drukke mus.

De komende 2 maanden zitten ze nog in ons land en dan zijn we weg naar de overwintergebieden. Een heel eind vliegen voor een korte broed vakantie in een soms koud en nat land. Ik zou het wel weten en een stukje dichter bij mijn warme winterverblijf opzoeken.

Wil je meer weten van deze stiekeme imitator, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/spotvogel
 

vrijdag 17 mei 2019

Grote karekiet-kiet-kiet.

een beter zicht op de grote karekiet had ik niet
Zelfs enkele keren per week wordt door een van de deelnemers van de Biesbosch app wel een app-je verstuurd met de melding dat er weer iets bijzonders te zien is in de Biesbosch. Meestal reageer ik daar niet op want dan ben je alleen nog maar in de Biesbosch te vinden. Maar zo heel af en toe ga ik na zo'n berichtje op pad. Deze week was dat na de melding van een zingende grote karekiet bij het uitkijkpunt, "De Ooievaar".

De grote karekiet is een van mijn doelsoorten van dit jaar. Dit jaar staan de grote karekiet, raaf en grauwe klauwier op de wensenlijst. Allemaal vogels die hier in de regio wel eens opduiken. De raaf vorige week nog in de boswachterij Dorst en de grauwe klauwier wordt af en toe wel eens gezien bij Huis Ter Heide bij Tilburg. Realistische doelen zullen we maar zeggen.
grote karekiet
De grote karekiet heeft het moeilijk in ons land, van duizenden broedparen naar amper honderd overgebleven broedparen. Een gebrek aan stevig riet is een van de oorzaken en dat komt weer door het kunstmatig op peil houden van waterpeilen in de moerassen.

In de zomer laag water, zodat riet kan groeien en hoog water in de winter zorgt voor stevige dikke rietstengels waar grote karekieten hun zware nesten in kunnen bouwen. En dat riet is hier steeds minder te vinden met alle gevolgen van dien.

De grote karekiet in de Biesbosch was duidelijk een doortrekker ook al staat in de nieuwe "Vogelatlas van Nederland" dat in de Biesbosch door een tot drie broedparen gebroed wordt. Naspeurwerk in de waarnemingen van de Biesbosch en navraag bij een aantal vogelaars die de grote karekiet al eens gezien hadden, zeggen dat er nauwelijks geschikte plaatsen te vinden zijn en dat het dus onwaarschijnlijk is dat deze vogel hier zijn broedstekje heeft. Gelukkig was ik dus op tijd om hem te zien maar vooral goed te horen.

Wil je meer weten van deze stevige rietzanger, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grote-karekiet

dinsdag 14 mei 2019

Zeldzame kwak.

volwassen kwak met de mooie witte pluim op zijn kop
We hebben in ons land heel wat schuwe vogels, beesten die zich niet of nauwelijks laten zien maar er wel zijn. Meestal zijn dit ook de soorten die niet in grote aantallen in ons land voorkomen. Zo is de kans om een korhoen, oehoe of woudaapje te zien uiterst klein. Ik rangschik de kwak onder deze categorie, weliswaar iets algemener maar ook uiterst zeldzaam en dat is misschien het voordeel, het is een koloniebroeder. Dus als ze ergens zitten, dan zijn het er meer dan twee. In Nederland broeden ongeveer dertig koppels en dat is echt weinig.

twee pas uitgevlogen kwakken in Middelburg
Een van die kolonies met kwakken zit in Middelburg, aan de rand van een nieuwbouwwijk. Ik vermoed dat het parkje, met het kwakken-eilandje, vroeger bij een "buiten-plaats" heeft gehoord. De grote statige witte villa staat wat verderop en de verbinding met het parkje is onderbroken en hoort er niet meer bij. Op het eilandje broeden, volgens een Zeeuwse inboorlinge die haar hond uitliet, blauwe reigers, kwakken en kleine zilverreigers.  Die laatste koloniebroeders heb ik ook nog nooit in een kolonie gezien en ook nu waren die niet te zien. Hun broedseizoen moet nog beginnen dus dat kan de reden zijn dat ze niet te zien waren.

De kwak is een kleine reigerachtige die een wat gedrongen houding heeft, blauwgrijs is met een lange witte pluim op de kop. Een prachtig beestje dat ik in 2012 in de Biesbosch voor het eerst zag. Ook met jongen en niet echt schuw. Ze vertrouwen denk ik volledig op hun schutkleur alhoewel die niet echt in de achtergrond opgenomen wordt. We hoorden ook hun roep en dat is onverwacht een mooi geluid en klinkt als KWAK, net zoals een klein kind een eend nadoet.

In Middelburg zitten nu inclusief jonge vogels, elf kwakken maar om die allemaal tegelijk te kunnen zien, heb je veel geduld nodig. Met wat speurwerk kwamen wij niet verder dan vier. Een geweldige waarneming en ervaring om zo'n zeldzaam beestje zo dichtbij te kunnen zien.

Wil je meer weten van deze zeldzame moerasvogel, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/kwak

vrijdag 10 mei 2019

Verborgen porseleinhoen.

porseleinhoen in de polder Vogelzang
Ik weet nog goed dat in 2011 in de Sliedrechtse Biesbosch voor het eerst een porseleinhoen hoorde roepen. Ik herkende het geluid in het geheel niet maar de vogelaar/ teller waarmee ik op pad was sprong een gat in de lucht toen het kenmerkende zweepslag geluidje hoorde. Hij vertelde mij dat het weer voor het eerst sinds jaren was dat het porseleinhoen zich hier liet horen.

De tweede keer dat ik het porseleinhoen hoorde was vorig jaar april tijdens de broedvogel inventarisatie in de polder Vijfambachten in de Biesbosch en toen overkwam het mij dat ik een gat in de lucht sprong toen het zweepje van het porseleinhoen hoorde. Een bijzondere ervaring wanneer je een geluidje pas jaren later voor de tweede keer hoort en direct weet wat het is. Na die vroege ochtend, 't was denk ik een uur of vijf, heb ik het porseleinhoen vaker gehoord en het hoentje zelfs ook gezien. Dat zien van deze zeer verborgen levende ralachtige overkwam mij aan het eind van de zomer in augustus in de polder Vogelzang, ook in de Biesbosch. Ze schijnen zich in het najaar wat makkelijker te laten zien dan in het voorjaar.

porseleinhoen in de Zonzeelse polder
Afgelopen week was het weer prijs, ik zag een geel/oranje vlekje in het riet bewegen. Door de verrekijker kijkend, ontdekte in dat het een porseleinhoen was, in het riet scharrelend en op zoek naar voedsel. Dit was de eerste keer dat ik er een in voorjaar buiten de Biesbosch zag.

Het was in de Zonzeelse polder, een nat natuurgebied, ingericht door het Brabants Landschap. Hier broeden nu door de vernatting en rust grutto's, tureluurs, bruine kiekendieven, blauwborsten en veel soorten rietzangers. En echte topstek in wording want als een porseleinhoen zich hier vestigt, dan moet het wel goed zijn.

Wil je meer weten van deze stiekeme rietkraag bewoner, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/porseleinhoen

dinsdag 7 mei 2019

Beflijsters in de duinen.

mannetje beflijster bij Oostkaeplle
Elk jaar in april passeren de beflijsters ons land. Het zullen er best wel wat zijn maar om de een of andere reden kom ik ze vrijwel nooit tegen. De meldingen van beflijsters zijn willekeurig, dan weer in Dussen bij het Pompveld, of de Biesbosch, zelfs op het trainingsveld van SCO hier vlakbij maar nooit langer dan een dag en nooit op vaste plekken. Behalve op de open duinvallei bij Oostkapelle, net voor de hoge duinen zitten ze wel elk jaar.

De laatste zeven, acht jaar zijn we daar in april altijd wel een weekje te vinden en op mijn vroege rondje met de hond loop ik dan langs die duinvallei en zie ik de beflijsters op de open vlakte naar voedsel zoeken. Ze blijven hier wel een tijdje hangen of misschien zijn het steeds nieuwe vogels die hier aansterken en weer snel doorvliegen. In ieder geval is de kans op beflijsters hier het grootst. De vogel is ook goed te herkennen met zijn typische lijsterachtige gedrag, stukje rennen, stoppen en rechtop gaan staan. Ze zijn zwart en hebben een mooie witte band over de borst lopen en afhangende vleugels, alleen de vrouwtjes zijn wat minder scherp getekend en die zijn trouwens net als merels donkerbruin.

duinvallei, ideaal voor beflijsters
Er is wel een voorwaarde om ze te kunnen zien en dat is het vroege tijdstip. Naarmate er meer mensen richting het strand lopen voor een ochtendwandeling of rondje joggen, schuiven de schuwe vogels steeds wat verder op en verdwijnen verder weg van het pad. Zo rond een uur of acht zijn ze foetsie en zie je ze de hele dag niet meer.

Over de najaarstrek hoor je niet zoveel maar ook dan komen ze hier voorbij op hun weg naar het zuiden. Ik geloof niet dat ik ze weleens in het najaar gezien heb, misschien toch eens wat beter opletten en uitzoeken wanneer ze langskomen. Ze passeren over het hele land en niet alleen langs de kust.

Wil je meer weten van deze op een advocaat lijkende lijsterachtige, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/beflijster

zaterdag 4 mei 2019

Grote lijster of zanglijster?

zanglijster met zijn `pijlpuntjes`
Als ze niet zingen en op de grond zitten, is extra aandacht nodig om er zeker van te zijn wat voor lijster het is. De zanglijster en grote lijster lijken op het eerste gezicht sterk op elkaar maar met wat oefening zijn de verschillen snel gevonden.

De zanglijster is ten eerste kleiner, staat hoog op zijn poten en is op de grond wat sneller in zijn bewegingen. De stippeltjes op de borst lijken op kleine driehoekjes ook wel pijlpuntjes genoemd. Maar als ze zingen is geen twijfel meer mogelijk. Het heldere en hard klinkende liedje met de herhalingen is zo herkenbaar. Twee tot vier keer wordt een klank herhaald en dat doet de grote lijster niet. Daarbij zit de zanglijster graag in een top van een boom of nok van het dak en de grote lijster is veel schuwer en minder zichtbaar.

grote lijster met stipjes op de borst
De grote lijster is ook echt groter dan de zanglijster, oogt ook fors en heeft dezelfde opgerichte houding als een merel of kramsvogel op de grond. Staat niet zo hoog op de poten als een zanglijster en is minder zenuwachtig. De stippels op de borst van de grote lijster zijn ronde vlekjes en lijken in de verste verte niet op de pijlpuntjes van de zanglijster. Het lied klinkt wat merelachtig en heeft niet die herhalingen die zo kenmerkend voor een zanglijster zijn.

In de boswachterij Dorst kun je in het najaar, zeg maar vanaf eind augustus, groepen van wel dertig grote lijsters op de open vlaktes zien zitten. Ze verzamelen daar om gezamenlijk naar het zuiden te trekken. Ik weet trouwens niet of het `onze` grote lijsters zijn of dat het doortrekkers uit het noorden zijn? Gedurende de winter zijn daar nog wel grote lijsters te vinden en dat zouden ook best onze vogels kunnen zijn. Of schuiven ze door, die van ons naar het zuiden en de noordelijke broeders en zusters naar hier?

Wil je meer weten van de grote lijster, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/grote-lijster
Wil je meer weten van de zanglijster, klik dan op de link;
https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/zanglijster